ECLI:NL:GHLEE:2002:AE2768
Gerechtshof Leeuwarden
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M. Huiskes
- M. De Jong-Braaksma
- Rechtspraak.nl
Premieplicht voor AOW en Anw van belanghebbende met Duitse uitkeringen
In deze zaak gaat het om de premieplicht van belanghebbende voor de AOW en de Anw in het jaar 1998. Belanghebbende, die sinds november 1997 in Nederland woont, ontving in 1998 uitsluitend uitkeringen uit Duitsland, waaronder een arbeidsongeschiktheidsuitkering en een pensioen. De inspecteur handhaafde de aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen, waarop belanghebbende in beroep ging. Tijdens de mondelinge behandeling op 29 mei 2001 werd het hof verzocht om schriftelijke inlichtingen in te winnen bij het Bureau voor Duitse Zaken. De vraag die centraal stond was of belanghebbende premieplichtig was voor de AOW en de Anw, gezien zijn status als inwoner van Nederland en zijn Duitse uitkeringen.
Het hof overwoog dat belanghebbende als inwoner van Nederland in beginsel verplicht verzekerd is voor de AOW en de Anw, maar dat internationale regelgeving hierop van invloed kan zijn. Het hof concludeerde dat belanghebbende in 1998 als verzekerde voor de premie voor de AOW en de Anw moet worden aangemerkt, omdat hij niet meer onderworpen was aan de Duitse wettelijke voorschriften. De stelling van belanghebbende dat ten onrechte premies voor de AAW waren ingehouden, werd verworpen, aangezien de AAW per 1 januari 1998 was afgeschaft.
Het hof oordeelde dat het niet bevoegd was om te onderzoeken of belanghebbende in aanmerking kwam voor vrijstelling van de verzekering ingevolge de AOW en de Anw, omdat deze beoordeling aan de rechtbank en in hoger beroep aan de Centrale Raad was opgedragen. De beslissing van het hof was dat het beroep ongegrond werd verklaard, en er waren geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten. De uitspraak werd gedaan op 7 mei 2002 door mr. Huiskes, in tegenwoordigheid van griffier mr. De Jong-Braaksma.