ECLI:NL:GHLEE:2002:AF2154
Gerechtshof Leeuwarden
- Eerste aanleg - meervoudig
- J. Huiskes
- H.S. Pruiksma
- H.H.A. Fransen
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen navorderingsaanslag inkomstenbelasting en vergrijpboete
Op 12 december 2002 heeft het Gerechtshof Leeuwarden uitspraak gedaan in een belastingzaak waarbij mw. X in beroep ging tegen een navorderingsaanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen voor het jaar 1999, opgelegd door de inspecteur van de Belastingdienst Groningen. De inspecteur had de navorderingsaanslag opgelegd op basis van een boekenonderzoek, waarbij gebreken in de administratie van het restaurant van belanghebbende en haar echtgenoot waren vastgesteld. De inspecteur had de aanslag berekend op een belastbaar inkomen van f 22.633,- en een vergrijpboete van f 2.472,- opgelegd. Belanghebbende was van mening dat de aanslag en de boete ten onrechte waren opgelegd en ging in beroep.
Tijdens de mondelinge behandeling op 19 september 2002 heeft het hof de argumenten van beide partijen gehoord. Belanghebbende stelde dat de navorderingsaanslag en de boete onterecht waren, terwijl de inspecteur het tegendeel betoogde. Het hof oordeelde dat belanghebbende niet had voldaan aan haar verplichtingen op grond van de Algemene wet inzake rijksbelastingen, waardoor de bewijslast bij haar lag. Het hof concludeerde dat de inspecteur de navorderingsaanslag en de boete terecht had opgelegd, gezien de ernstige gebreken in de administratie van belanghebbende.
Het hof oordeelde dat de inspecteur de omzet en winst voldoende onderbouwd had geschat en dat belanghebbende niet overtuigend had aangetoond dat de berekeningen van de inspecteur onjuist waren. De uitspraak van het hof was dat het beroep van belanghebbende ongegrond werd verklaard, en de opgelegde boete werd als passend en geboden beschouwd. De beslissing werd openbaar uitgesproken door de voorzitter, mr. J. Huiskes, in aanwezigheid van de griffier mw. mr. M. Hiemstra.