ECLI:NL:GHLEE:2003:AF3568
Gerechtshof Leeuwarden
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- H.H.A. Fransen
- M. Haarsma
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet-ontvankelijk verklaring inzake naheffingsaanslag omzetbelasting
In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 14 januari 2003 uitspraak gedaan in het verzet van Stichting X tegen de uitspraak van de voorzitter van de tweede enkelvoudige belastingkamer van 22 februari 2002. De zaak betreft een beroep tegen een naheffingsaanslag in de omzetbelasting over het tijdvak 1999/2000, opgelegd door de inspecteur van de Belastingdienst. De voorzitter van de tweede enkelvoudige belastingkamer had eerder geoordeeld dat het beroepschrift van belanghebbende niet-ontvankelijk was, omdat het niet binnen de wettelijke termijn van zes weken na de dagtekening van de uitspraak van de inspecteur was ingediend.
De belanghebbende had op 5 december 2001 een brief naar de inspecteur gestuurd, die door het hof als een beroepschrift werd opgevat, maar deze was ingediend bij een onbevoegde instantie. Het hof oordeelde dat de inspecteur de brief van belanghebbende op grond van artikel 6:15 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) zo spoedig mogelijk had moeten doorzenden aan het hof. Het hof concludeerde dat het beroepschrift geacht moest worden bij het hof te zijn ingediend op 24 december 2001, wat na de termijn van zes weken viel. Hierdoor was het beroepschrift te laat ingediend en was er geen sprake van verschoonbare termijnoverschrijding.
Het hof verklaarde het verzet van belanghebbende ongegrond en bevestigde de eerdere uitspraak van de voorzitter van de tweede enkelvoudige belastingkamer. De proceskosten werden niet toegewezen, omdat het hof geen termen aanwezig achtte voor een veroordeling in de proceskosten. De uitspraak werd gedaan door mr. H.H.A. Fransen, raadsheer als voorzitter, in tegenwoordigheid van de griffier M. Haarsma.