ECLI:NL:GHLEE:2003:AF8637
Gerechtshof Leeuwarden
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Mr. Drion
- Rechtspraak.nl
Waarde vaststelling onroerende zaak en gelijkheidsbeginsel in WOZ-zaak
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Leeuwarden, betreft het een geschil over de vastgestelde waarde van een onroerende zaak aan de a-straat 7 te Z, vastgesteld door het hoofd van de afdeling financiën van de gemeente Tytsjerksteradiel. De waarde was vastgesteld op f. 466.000,-- bij beschikking van 6 maart 2001, geldig voor het tijdvak van 1 januari 2001 tot en met 31 december 2004. De belanghebbende, eigenaar van de onroerende zaak, heeft verzocht om de mondelinge uitspraak te vervangen door een schriftelijke uitspraak, en heeft het griffierecht voldaan op 3 april 2003.
De kern van het geschil ligt in de vraag of de vastgestelde waarde per peildatum 1 januari 1999 correct is. Het Gerechtshof heeft vastgesteld dat de waarde is bepaald op basis van vergelijkingsobjecten, zoals voorgeschreven in de Wet waardering onroerende zaken. De belanghebbende heeft betoogd dat de waarde te hoog is en heeft een lagere waarde van f. 350.000,-- voorgesteld. Het Gerechtshof heeft echter geoordeeld dat het hoofd aannemelijk heeft gemaakt dat de waarde niet te hoog is vastgesteld en dat de vergelijkingsobjecten goed vergelijkbaar zijn met de onroerende zaak van de belanghebbende.
Daarnaast heeft de belanghebbende een beroep gedaan op het gelijkheidsbeginsel, omdat woningen aan de b-straat lager waren gewaardeerd. Het Gerechtshof heeft geoordeeld dat de belanghebbende niet heeft aangetoond dat er sprake is van gelijke gevallen die een gelijke fiscale behandeling rechtvaardigen. Het beroep op het gelijkheidsbeginsel is dan ook afgewezen.
De conclusie van het Gerechtshof is dat het beroep van de belanghebbende ongegrond is, en er zijn geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten. De uitspraak is gedaan op 9 mei 2003 en op 14 mei 2003 aangetekend verzonden aan beide partijen.