ECLI:NL:GHLEE:2003:AF9025
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- J. Zwerwer
- A. Weenink
- M. Roes
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte in hoger beroep wegens niet bewezen diefstal en heling
Op 22 mei 2003 heeft het Gerechtshof Leeuwarden uitspraak gedaan in de zaak van een verdachte die in hoger beroep was gekomen tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank van het arrondissement Assen. De politierechter had de verdachte op 30 september 2002 veroordeeld voor een misdrijf, maar het hof oordeelde dat de tenlastelegging niet kon worden bewezen. Tijdens de zitting heeft het hof de tenlastelegging gewijzigd op vordering van de advocaat-generaal. De verdachte werd beschuldigd van diefstal, verduistering, opzetheling en schuldheling. Het hof concludeerde dat er onvoldoende bewijs was om de verdachte schuldig te verklaren voor de tenlastegelegde feiten. De verklaringen van getuigen en de omstandigheden rondom de zaak waren niet voldoende om aan te tonen dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan de delictsomschrijving van artikel 310 of artikel 321 van het Wetboek van Strafrecht. De advocaat-generaal had overwogen om de verdachte te vervolgen voor gekwalificeerde diefstal, maar besloot dit niet te doen vanwege de juridische complicaties die dit met zich mee zou brengen. Het hof heeft uiteindelijk het vonnis van de politierechter vernietigd en de verdachte vrijgesproken van alle tenlastegelegde feiten. De uitspraak benadrukt het belang van voldoende bewijs in strafzaken en de rol van de advocaat-generaal in het proces.