ECLI:NL:GHLEE:2003:AH8687
Gerechtshof Leeuwarden
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- F.J.W. Drion
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen aanslag inkomstenbelasting en verzuimboete in verband met vennootschap onder firma
In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 20 juni 2003 uitspraak gedaan in het beroep van belanghebbende, X, tegen de uitspraken van de inspecteur van de Belastingdienst. De zaak betreft de aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen voor het jaar 1999, waarbij belanghebbende een belastbaar inkomen van ƒ 18.583,-- was opgelegd, evenals een verzuimboete van ƒ 50,--. Belanghebbende heeft bezwaar gemaakt tegen deze aanslag en boete, maar de inspecteur heeft dit afgewezen. De mondelinge behandeling vond plaats op 22 april 2003, waar de gemachtigde van belanghebbende en de inspecteur aanwezig waren.
De kern van het geschil draait om drie vragen: het moment waarop de vennootschap onder firma (v.o.f.) is ontstaan, de mogelijkheid van investeringsaftrek voor ingebrachte bedrijfsmiddelen, en de rechtmatigheid van de opgelegde verzuimboete. Het hof oordeelt dat de firmaovereenkomst pas na het belastingjaar 1999 is opgesteld, waardoor er in dat jaar geen sprake was van een v.o.f. maar van een eenmanszaak. Dit wordt ondersteund door de inschrijving bij de Kamer van Koophandel en de facturen die op naam van de echtgenoot van belanghebbende stonden.
Wat betreft de investeringsaftrek concludeert het hof dat deze niet relevant is voor het persoonlijk inkomen van belanghebbende, gezien de eerdere vaststelling dat er geen v.o.f. was in 1999. Ten aanzien van de verzuimboete oordeelt het hof dat deze terecht is opgelegd, omdat de aangifte te laat is ingediend. De gemachtigde had de aangifte op de laatste dag van de termijn ter post bezorgd, wat niet als tijdig kan worden beschouwd. Het hof verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de beslissing van de inspecteur.