ECLI:NL:GHLEE:2003:AI1819
Gerechtshof Leeuwarden
- Eerste aanleg - meervoudig
- H.H.A. Fransen
- H.S. Pruiksma
- J. Huiskes
- Rechtspraak.nl
Bepaling van stakingswinst bij verkoop van een pand door een ondernemer
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Leeuwarden op 22 augustus 2003, staat de bepaling van de stakingswinst centraal die belanghebbende, een ondernemer, moet opgeven bij de verkoop van zijn pand. De belanghebbende had een aanslag inkomstenbelasting ontvangen, berekend op een belastbaar inkomen van f 89.546,-. Na bezwaar van de belanghebbende handhaafde de inspecteur de aanslag. De belanghebbende ging in beroep, waarbij hij stelde dat er sprake was van een stakingsverlies van f 12.500,-. Hij argumenteerde dat een deel van het pand tot zijn privé-vermogen behoorde en dat hij de stakingsvrijstelling van f 45.000,- in mindering moest brengen op de stakingswinst.
Het hof oordeelde dat de belanghebbende niet aannemelijk had gemaakt dat er bijzondere omstandigheden waren die een overgang van een deel van het pand naar zijn privé-vermogen rechtvaardigden. Het hof concludeerde dat het gehele pand tot het ondernemingsvermogen van de belanghebbende bleef behoren, ook na 1995. De inspecteur had de aangiften van de belanghebbende zonder onderzoek gevolgd, maar dit betekende niet dat de inspecteur de splitsing van het pand in privé en zakelijk had geaccepteerd. Het hof oordeelde dat de inspecteur terecht het verschil tussen de verkoopprijs van het pand en de boekwaarde als stakingswinst had aangemerkt.
De beslissing van het hof was dat het beroep van de belanghebbende ongegrond werd verklaard. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer, bestaande uit de voorzitter en twee raadsheren, en werd openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.