Parketnummer: 24-000422-03
Arrest d.d. 22 september 2003 van het gerechtshof te Leeuwarden, meervoudige strafkamer, op het hoger beroep tegen het vonnis van de rechtbank te Groningen d.d. 20 maart 2003 in de strafzaak tegen:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats],
thans verblijvende in P.I. Noord, HvB Groningen,
Helperlinie 2 9722 AZ Groningen,
verschenen in persoon, bijgestaan door zijn raadsman,
mr. J. Klopstra, advocaat te Stadskanaal.
Het vonnis waarvan beroep.
De rechtbank te Groningen heeft de verdachte bij voormeld vonnis op tegenspraak wegens een misdrijf veroordeeld tot een straf en een maatregel, één en ander als in het vonnis nader omschreven.
Aanwending van het rechtsmiddel.
De officier van justitie en de verdachte zijn d.d. 24 maart 2003 respectievelijk d.d. 21 maart 2003 op de voorgeschreven wijze en tijdig van voormeld vonnis in hoger beroep gekomen.
Het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep.
Het hof heeft gelet op het onderzoek ter 's hofs terechtzitting van 8 september 2003 en op het onderzoek in eerste aanleg als voorgeschreven bij artikel 422 van het Wetboek van Strafvordering.
De beslissing op het hoger beroep.
Het hof zal het vonnis, waarvan beroep, vernietigen en opnieuw recht doen.
Telastelegging.
Het hof neemt uit het beroepen vonnis over de daar vermelde inhoud van de inleidende dagvaarding.
Nadere bewijsoverweging.
Uit de bewijsmiddelen blijkt dat verdachte tijdens de nachtelijke uren een geladen pistool onder handbereik had om te voorkomen dat een ter plaatse aanwezige hennepkwekerij zou worden overvallen.
In de vroege ochtend van 27 november 2002 meende hij naar zijn zeggen dat een dergelijke overval zich voordeed, omdat hij hoorde dat één of meer personen zich nabij zijn woning bevond(en). Verdachte - die in bed lag - is daarop onmiddellijk opgestaan, heeft het pistool gepakt en dit doorgeladen en heeft zich onmiddellijk begeven naar de deur van de slaapkamer naar de gang, welke deur zich op korte afstand bevond van de voordeur van de woning. Verdachte was zich er ten volle van bewust, dat zich aan de buitenzijde van die voordeur - die voor een groot deel uit glas bestond - één of meer personen bevonden. Juist omdat dat het geval was heeft verdachte door het glas van de voordeur geschoten en een persoon, die zich aan de andere zijde van de voordeur bevond, geraakt.
Het aldus omschreven handelen van verdachte moet worden beschouwd als te hebben plaatsgevonden na kalm beraad en rustig overleg. Immers, enige tijd vóór 27 november 2002, heeft verdachte voorzorgsmaatregelen genomen (het klaarleggen van een geladen pistool) voor het geval een overval zou plaatsvinden op de ter plaatse aanwezige hennepkwekerij, derhalve voorzorgsmaatregelen met het oog op het intreden van de situatie die zich in de ogen van verdachte op 27 november voordeed. Hetgeen tevoren beraamd was werd die dag uitgevoerd; nadat hij het pistool had doorgeladen heeft verdachte het tegen de vermeende overvallers ingezet. Daarbij heeft verdachte op zeer korte afstand geschoten in de richting van één of meer personen, die zich achter of vlak achter (aan de andere zijde van) de voordeur bevonden.
Reeds daardoor heeft verdachte de aanmerkelijke kans aanvaard dat in elk geval één van die personen dodelijk zou worden getroffen. Dat verdachte daarbij naar beneden heeft geschoten is hier niet belang, omdat dat niet afdoet aan de aanmerkelijke kans dat degene op wie wordt gericht desondanks dodelijk wordt getroffen. Daar komt in het onderhavige geval bij, dat verdachte niet exact op de hoogte was van de plaats waar de persoon of personen zich buiten bevond(en). Immers ook zou(den) deze persoon of personen zich hebben kunnen bevinden op het nabij en lager gelegen erf.
Bewezenverklaring.
hij op 27 november 2002 te [woonplaats], ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om opzettelijk en met voorbedachten rade een persoon, te weten een ambtenaar van politie, bekend onder codenummer [codenummer] en behorende tot het interregionaal arrestatieteam Amsterdam-Amstelland, van het leven te beroven, met dat opzet en na kalm beraad en rustig overleg, - terwijl die politieambtenaar en andere politieambtenaren, die zich nabij een (buiten)deur van een boerderij aan de [adres] bevonden, waarin verdachte zich (in een slaapkamer) bevond, en die deur ramden onder het meermalen luid roepen van "Politie", die boerderij wilden betreden - een onder handbereik klaarliggend pistool (merk Manurhin, model Pp, kaliber .22 LR) geladen met scherpe (hollow point) patronen heeft gepakt en dat pistool heeft doorgeladen en van de slaapkamer in de richting van de gang is gegaan en in de richting van die deur van die boerderij is gegaan en vervolgens gericht een (hollow point) kogel heeft afgevuurd door (een ruit van) die deur, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
Het hof acht niet bewezen hetgeen aan verdachte als voormeld primair meer of anders is telastegelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen.
Kwalificatie.
Hetgeen het hof als bewezen heeft aangenomen levert op het misdrijf:
primair: poging tot moord.
Strafbaarheid.
Het hof acht verdachte te dezer zake strafbaar, nu ten opzichte van hem geen strafuitsluitingsgronden aanwezig worden geacht.
Strafmotivering.
Het hof is van oordeel dat aan verdachte, gelet op de aard en de ernst van het feit en de omstandigheden waaronder dit is begaan, uit een oogpunt van normhandhaving een vrijheidsstraf dient te worden opgelegd van zeer lange duur.
Verdachte had een geladen vuurwapen gedurende de nachtelijke uren voorhanden om dat te kunnen gebruiken in een situatie, die zich in zijn ogen op 27 november 2002 voordeed. Daarop is verdachte zonder aarzelen daadwerkelijk tot het gebruik van het vuurwapen overgegaan op zodanige wijze, dat daardoor tenminste één persoon had kunnen worden gedood. De gevolgen zijn beperkt gebleven tot een schotwond, die niet - naar het hof aanneemt - tot blijvend letsel aanleiding heeft gegeven.
Verdachte heeft er blijk van gegeven weinig waarde te hechten aan het leven en de fysieke integriteit van anderen, in elk geval meer waarde te hechten aan eigen financieel gewin. Het hof rekent dit verdachte aan.
Het hof neemt bij de strafoplegging voorts in aanmerking dat verdachte gebruik heeft gemaakt van een pistool dat was geladen met scherpe kaliber .22 hollow point patronen, waarmee meer dan bij "gewone" patronen het geval is schade wordt aangericht, indien daarmee mens of dier wordt getroffen.
Het hof heeft anderzijds niet de overtuiging bekomen dat verdachte zich bewust was van het feit dat buiten zijn woning zich (uitsluitend) politiemensen van een arrestatieteam bevonden respectievelijk dat hij heeft geschoten om zich aan een door hen voorgenomen aanhouding te onttrekken.
Gelet op bovenvermelde en de omstandigheid dat verdachte blijkens een hem betreffend uittreksel uit het algemeen documentatieregister van de justitiële documentatiedienst te Almelo van 27 juni 2003 eerder terzake geweldsdelicten is veroordeeld, acht het hof na te melden straf passend en geboden.
Onttrekking aan het verkeer.
De door het hof aan het verkeer te onttrekken voorwerpen zijn daarvoor vatbaar. Immers met behulp van die voorwerpen is het hiervoor primair bewezenverklaarde feit begaan en zij zijn van zodanige aard, dat het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met de wet.
Toepassing van wetsartikelen.
Het hof heeft gelet op de artikelen 36b, 36c, 45, 63 en 289 van het Wetboek van Strafrecht.
De uitspraak.
HET HOF,
RECHTDOENDE OP HET HOGER BEROEP:
vernietigt het vonnis, waarvan beroep, en opnieuw rechtdoende:
verklaart het verdachte als voormeld primair telastegelegde bewezen en te kwalificeren als voormeld en verklaart dit feit en verdachte deswege strafbaar;
veroordeelt verdachte [verdachte] tot gevangenisstraf voor de duur van vier jaren;
beveelt dat de tijd door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de uitvoering van de hem opgelegde gevangenisstraf geheel in mindering wordt gebracht;
verklaart aan het verkeer onttrokken de navolgende inbeslaggenomen voorwerpen:
een pistool, merk Manurhin, type PP, kleur zwart, serienummer [serienummer] en 48 stuks munitie, type .22.;
verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte als voormeld primair meer of anders is telastegelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen en spreekt hem daarvan vrij.
Dit arrest is aldus gewezen door mrs. Huisman, voorzitter, Kuiper en Röell-Mulder, in tegenwoordigheid van Eisma als griffier, zijnde mrs. Kuiper en Röell-Mulder voornoemd buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.