ECLI:NL:GHLEE:2003:AO1196
Gerechtshof Leeuwarden
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- mr. Fransen
- Rechtspraak.nl
Waarde onroerende zaak per 1 januari 1999 vastgesteld door de heffingsambtenaar
In deze zaak gaat het om de waarde van een onroerende zaak, gelegen aan de a-straat 10 te Z, die door de heffingsambtenaar van de gemeente Aa en Hunze is vastgesteld op ƒ 565.000,- per 1 januari 1999. De belanghebbende, de heer X, heeft bezwaar gemaakt tegen deze waardebepaling, waarna de ambtenaar zijn beslissing heeft gehandhaafd. Het beroep van de belanghebbende is op 5 april 2002 ingediend bij het Gerechtshof te Leeuwarden. De mondelinge behandeling vond plaats op 9 september 2003, waarbij de belanghebbende en een taxateur van de ambtenaar aanwezig waren. Het hof heeft op 23 september 2003 een mondelinge uitspraak gedaan, die op verzoek van de belanghebbende op 3 november 2003 schriftelijk is bevestigd.
De feiten van de zaak zijn als volgt: de ambtenaar heeft de waarde van de onroerende zaak vastgesteld voor de periode van 1 januari 2001 tot en met 31 december 2004, met als waardepeildatum 1 januari 1999. De belanghebbende is van mening dat de vastgestelde waarde te hoog is en stelt een waarde van ƒ 440.000,- voor. De ambtenaar daarentegen handhaaft zijn vastgestelde waarde en verwijst naar een taxatierapport dat twee referentieobjecten bevat ter onderbouwing van zijn waardebepaling.
Het hof overweegt dat de waarde van de onroerende zaak moet worden bepaald op basis van objectieve maatstaven, zoals de koopprijs die bij verkoop op de peildatum zou zijn gerealiseerd. Het hof concludeert dat de ambtenaar in zijn bewijslast is geslaagd en dat de referentieobjecten een redelijke afspiegeling van de markt vormen. De belanghebbende heeft geen overtuigende argumenten aangedragen die de vastgestelde waarde kunnen verlagen. Het hof verklaart het beroep van de belanghebbende ongegrond en bevestigt de waarde zoals vastgesteld door de ambtenaar.