ECLI:NL:GHLEE:2004:AO3431
Gerechtshof Leeuwarden
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M. van der Meer
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de waardering van onroerende zaken in het kader van de Wet waardering onroerende zaken
In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 3 februari 2004 uitspraak gedaan in een geschil tussen de heer X, belanghebbende, en de heffingsambtenaar van de gemeente Wûnseradiel. Het geschil betreft de waardering van de onroerende zaak gelegen aan de a-weg 17 te Z, die door de ambtenaar bij beschikking van 21 maart 2001 was vastgesteld op ƒ 536.000,-. Belanghebbende heeft bezwaar gemaakt tegen deze waardebeschikking, omdat de woning niet was betrokken in de waardering en er te veel vierkante meters grond waren meegenomen. De ambtenaar heeft de waarde gehandhaafd na een hertaxatie, waarin de woning wel werd meegenomen, maar de waarde niet werd verlaagd.
De kern van het geschil is of de ambtenaar in de bezwaarfase de waarde van de onroerende zaak mag verhogen door de woning alsnog mee te nemen in de waardering. Belanghebbende stelt dat dit in strijd is met het verbod van 'reformatio in peius', terwijl de ambtenaar van mening is dat dit wel mogelijk is. Daarnaast is er een geschil over de hoogte van de vastgestelde waarde, waarbij belanghebbende een lagere waarde bepleit op basis van een taxatierapport.
Het hof oordeelt dat de ambtenaar de waardebeschikking onjuist heeft vastgesteld door de woning niet mee te nemen in de waardering. Het hof volgt de stelling van belanghebbende dat de ambtenaar in de bezwaarfase niet de mogelijkheid heeft om de waarde te verhogen door een groter object te hanteren. De waardebeschikking wordt vernietigd, en het hof verklaart het beroep van belanghebbende gegrond. Tevens wordt de ambtenaar veroordeeld tot betaling van de proceskosten aan belanghebbende.