ECLI:NL:GHLEE:2004:AR8314
Gerechtshof Leeuwarden
- Eerste aanleg - meervoudig
- P. Pruiksma
- M.J. van der Meer
- A. Bakker
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet-ontvankelijk verklaring van bezwaar tegen naheffingsaanslag omzetbelasting
In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 24 december 2004 uitspraak gedaan in een geschil tussen belanghebbende, aangeduid als X, en de inspecteur van de Belastingdienst. Het geschil betreft de niet-ontvankelijkverklaring van het bezwaar van belanghebbende tegen de hoogte van een naheffingsaanslag omzetbelasting die was opgelegd aan Bouw- en Aannemersbedrijf A B.V. over het tijdvak van 1 juli 1990 tot en met 31 maart 1991. De naheffingsaanslag, die een totaalbedrag van f 904.740,- omvatte, werd opgelegd op basis van de Wet op de omzetbelasting 1968. Belanghebbende was hoofdelijk aansprakelijk gesteld voor de niet-betaalde omzetbelasting van A B.V. en had tijdig bezwaar gemaakt tegen de heffingsrente, maar niet tegen de hoogte van de naheffingsaanslag zelf.
De inspecteur verklaarde het bezwaar van belanghebbende tegen de hoogte van de naheffingsaanslag niet-ontvankelijk, omdat dit bezwaar niet binnen de wettelijke termijn van twee maanden was ingediend. Het hof heeft vastgesteld dat het oorspronkelijke bezwaarschrift van belanghebbende uitsluitend gericht was tegen de heffingsrente en dat de inspecteur terecht het bezwaar tegen de naheffingsaanslag niet-ontvankelijk heeft verklaard. Het hof oordeelde dat de inspecteur geen vertrouwen heeft geschonden en dat de grieven van belanghebbende niet konden leiden tot vernietiging van de bestreden uitspraak.
De uitspraak van het hof bevestigt de beslissing van de inspecteur en verklaart het beroep van belanghebbende ongegrond. De proceskosten worden niet toegewezen, aangezien het hof geen termen aanwezig acht voor een veroordeling in de proceskosten. De beslissing werd op 29 december 2004 aangetekend verzonden aan beide partijen.