ECLI:NL:GHLEE:2005:AU8165
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep kort geding
- M. Mollema
- Z. Zuidema
- W. Wissink
- Rechtspraak.nl
Eigendomsgeschil over boerderij en melkquotum tussen erfgenamen en echtgenoot
In deze zaak, die voor het Gerechtshof Leeuwarden diende, gaat het om een geschil over de eigendom van een boerderij met landerijen en een melkquotum. De appellanten, [appellant 1] en [appellant 2], hebben in hoger beroep beroep ingesteld tegen een kort geding vonnis van de rechtbank Groningen, waarin hun vorderingen werden afgewezen. De appellanten stellen dat de boerderij en landerijen niet in de gemeenschap van winst en verlies van hun ouders zijn gevallen, maar dat deze onroerende zaken door [betrokkene] uit de erfenis van haar moeder zijn verkregen. De geïntimeerde, [geïntimeerde], betwist dit en stelt dat de onroerende zaken wel degelijk in de gemeenschap zijn gevallen, omdat de waarde van de onroerende goederen door [betrokkene] is voldaan uit gemeenschapsgelden.
Het hof oordeelt dat de toedeling van de boerderij aan [betrokkene] moet worden aangemerkt als een verkrijging uit erfenis, waardoor deze onroerende zaken niet onder de gemeenschap vallen. Het hof wijst de vorderingen van de appellanten toe, waarbij het de geïntimeerde beveelt om de boerderij en landerijen uiterlijk op 1 juni 2006 te ontruimen. Tevens wordt de geïntimeerde opgedragen mee te werken aan de verkoop van een melkquotum, met een dwangsom voor het geval hij hier niet aan voldoet. Het hof compenseert de proceskosten, zodat iedere partij zijn eigen kosten draagt.