ECLI:NL:GHLEE:2006:AY5848
Gerechtshof Leeuwarden
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- G.M. van der Meer
- K. de Jong-Braaksma
- Rechtspraak.nl
Recht op aftrek van buitengewone lasten voor levensonderhoud van studerende dochters
In deze zaak, uitgesproken op 4 augustus 2006 door het Gerechtshof Leeuwarden, staat de vraag centraal of de belanghebbende in het jaar 1999 recht heeft op aftrek van buitengewone lasten voor uitgaven ten behoeve van het levensonderhoud van haar dochters, die studiefinanciering ontvingen. De belanghebbende had in 1999 een aanslag inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen ontvangen, waartegen zij bezwaar had gemaakt. De inspecteur had de aanslag verminderd, maar de belanghebbende ging in beroep tegen deze beslissing. Tijdens de zittingen werd duidelijk dat de dochters, D en E, beide studiefinanciering ontvingen, wat invloed heeft op de mogelijkheid van aftrek van buitengewone lasten. Het hof oordeelde dat, aangezien dochter D het gehele jaar studiefinanciering ontving, er geen recht op aftrek van buitengewone lasten voor haar was. Voor dochter E, die in bepaalde maanden studiefinanciering ontving, kon de belanghebbende niet aannemelijk maken dat er in de maanden zonder studiefinanciering lasten waren die voor aftrek in aanmerking kwamen. Het hof concludeerde dat het beroep van de belanghebbende ongegrond was, en dat er geen termen waren voor een veroordeling in de proceskosten. De uitspraak werd op 9 augustus 2006 aan beide partijen verzonden.