ECLI:NL:GHLEE:2006:AY6112
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- M. Mollema
- Z. Zuidema
- A. Zandbergen
- J. Streppel
- Rechtspraak.nl
Schadevergoeding na brand en aansprakelijkheid van de bank
In deze zaak, die voor het Gerechtshof Leeuwarden werd behandeld, gaat het om de schadevergoeding die appellanten vorderen na een brand op 2 februari 1993. De appellanten, die in eerste aanleg eisers waren, hebben schade geleden als gevolg van het onrechtmatig handelen van de Coöperatieve Rabobank 'Gorredijk-Jubbega e.o.' (hierna: de Bank). De hoogte van de schade is vastgesteld op basis van het verschil tussen de vermogenstoestand na de brand zonder verzekeringsuitkering en de toestand per 2 februari 1993, indien de schadeveroorzakende gebeurtenis niet had plaatsgevonden. Het hof oordeelt dat de schade moet worden berekend op basis van de verkoopwaarde van de onroerende zaak, waarvoor reeds vóór de brand een koopovereenkomst was gesloten.
Het hof heeft in eerdere arresten al overwogen dat wanprestatie van de appellanten jegens de betrokken derde partij, [betrokkene], ook een onrechtmatige daad jegens de Bank kan opleveren. Echter, het hof concludeert dat de aansprakelijkheid van de Bank niet afhangt van de wanprestatie van de appellanten, maar voortvloeit uit de schending van haar zorgplicht. De Bank is aansprakelijk voor de schade die de appellanten hebben geleden door het niet tijdig meewerken aan de levering van de onroerende zaak.
De rechtbank Groningen had eerder geoordeeld dat de appellanten in verzuim waren en hen veroordeeld tot schadevergoeding aan [betrokkene]. Het hof bevestigt dat de schade van de appellanten, die voortvloeit uit de onrechtmatige daad van de Bank, moet worden vastgesteld op een totaalbedrag van € 50.823,39, inclusief wettelijke rente vanaf 22 mei 1993. Het hof vernietigt het vonnis waarvan beroep en wijst de vordering van de appellanten toe, met compensatie van de proceskosten.