ECLI:NL:GHLEE:2007:BA8647
Gerechtshof Leeuwarden
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- J. Huiskes
- Rechtspraak.nl
Tijdigheid van navorderingsaanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen
In deze zaak, uitgesproken op 29 juni 2007 door het Gerechtshof Leeuwarden, staat de tijdigheid van een navorderingsaanslag in de inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen centraal. De belanghebbende, geboren op 28 juni 19.., is directeur en enig aandeelhouder van C B.V. te Z. De navorderingsaanslag, opgelegd op 14 mei 2002 voor het jaar 1996, betrof een belastbaar inkomen van f 96.620,-, met een verhoging van f 4.875,- en heffingsrente van f 2.073,-. De belanghebbende heeft bezwaar aangetekend tegen deze aanslag, maar dit werd afgewezen door de inspecteur op 20 juni 2003. Hierna heeft de belanghebbende beroep aangetekend bij het gerechtshof, dat op 11 juni 2007 ter zitting werd behandeld.
De belanghebbende betwist de tijdigheid van de navorderingsaanslag, terwijl de inspecteur stelt dat deze tijdig is opgelegd in verband met verleend uitstel. Het hof oordeelt dat de navorderingsaanslag inderdaad tijdig is opgelegd, gelet op het verleende uitstel en de relevante wetgeving. Daarnaast is er een geschil over de verrekening van nageheven loonbelasting, waarbij de belanghebbende stelt dat f 4.427,- aan nageheven loonbelasting verrekend dient te worden. De inspecteur betwist deze claim en het hof concludeert dat de inspecteur terecht aanvoert dat compensatie mogelijk is met een niet toegepaste correctie van f 6.000,-.
Verder is er discussie over de verhoging die is opgelegd voor privé-gebruik van de auto. De belanghebbende verzoekt om vermindering van de verhoging, maar het hof oordeelt dat de opgelegde verhoging passend is, gezien de gebrekkige administratie van de belanghebbende. Het hof concludeert dat de belanghebbende zich bewust was van de risico's van zijn administratieve keuzes en dat de verhoging eerder te laag dan te hoog is. Uiteindelijk verklaart het hof het beroep ongegrond, zonder veroordeling in proceskosten.