ECLI:NL:GHLEE:2007:BB2858
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- G.M. van der Meer
- K. de Jong-Braaksma
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake eigen woning-schuld en aftrek hypotheekrente
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van de heer X tegen een uitspraak van de rechtbank Leeuwarden inzake de aftrekbaarheid van hypotheekrente in de inkomstenbelasting. De belanghebbende, die werkzaam is bij de Belastingdienst, heeft een hypothecaire geldlening afgesloten en stelt dat de totale schuld van € 181.512 moet worden aangemerkt als eigen woning-schuld. Dit zou betekenen dat hij in het onderhavige jaar € 9.365 kan aftrekken als rente en kosten van de eigen woning. De inspecteur van de Belastingdienst heeft echter de eigen woning-schuld vastgesteld op € 158.823, en slechts een deel van de hypotheekrente in aftrek toegelaten.
De rechtbank heeft het beroep van de belanghebbende ongegrond verklaard, waarna hij in hoger beroep is gegaan. Tijdens de zitting op 27 juli 2007 is de belanghebbende niet verschenen, ondanks dat hij opgeroepen was. Het hof heeft de feiten uit de eerdere uitspraak van de rechtbank overgenomen en geconcludeerd dat de belanghebbende niet voldoende bewijs heeft geleverd dat de verhoging van de hypothecaire schuld in 2001 verband hield met onderhoud of verbetering van de eigen woning. Het hof oordeelt dat de belanghebbende de relevante schriftelijke bescheiden had moeten bewaren, en dat de inspecteur terecht de eigen woning-schuld heeft vastgesteld op € 158.823.
De slotsom is dat het hof de uitspraak van de rechtbank bevestigt en het hoger beroep ongegrond verklaart. Er zijn geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten. De beslissing is op 31 augustus 2007 openbaar uitgesproken door de raadsheer G.M. van der Meer, in aanwezigheid van griffier K. de Jong-Braaksma.