ECLI:NL:GHLEE:2009:BH1780
Gerechtshof Leeuwarden
- Eerste aanleg - meervoudig
- J. Huiskes
- G.M. van der Meer
- F.J.W. Drion
- Rechtspraak.nl
Vervangingsreserve bij verkoop inventaris van een onderneming
In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 30 januari 2009 uitspraak gedaan in een belastinggeschil tussen de belanghebbende, X, en de inspecteur van de Belastingdienst/Noord. Het geschil betreft de vraag of de belanghebbende een vervangingsreserve kan vormen voor de boekwinst die hij heeft behaald bij de verkoop van de inventaris van zijn eetcafé, genaamd 'D'. De belanghebbende had in 1999 een aanslag in de inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen ontvangen, waartegen hij bezwaar had aangetekend. De inspecteur verklaarde het bezwaar ongegrond, waarna de belanghebbende in beroep ging bij het hof.
Tijdens de zittingen werd vastgesteld dat de belanghebbende zijn onderneming per 1 september 1999 had beëindigd door de verkoop van de inventaris aan mevrouw E. De belanghebbende had in zijn aangiften over de jaren 2000 tot en met 2005 geen winst of verlies uit onderneming aangegeven, wat erop wijst dat hij na de verkoop van zijn onderneming geen nieuwe ondernemersactiviteiten had ontplooid. De inspecteur betwistte de mogelijkheid van de belanghebbende om een vervangingsreserve te vormen, omdat de onderneming was gestaakt.
Het hof oordeelde dat de belanghebbende niet aannemelijk had gemaakt dat hij na de verkoop van zijn onderneming een andere horecabedrijf had verworven dat als voortzetting van de beëindigde onderneming kon worden beschouwd. Het hof concludeerde dat de belanghebbende geen vervangingsreserve kon vormen voor de boekwinst behaald bij de verkoop van de inventaris, en verklaarde het beroep ongegrond. De proceskosten werden niet toegewezen, aangezien het hof geen termen aanwezig achtte voor een veroordeling in de proceskosten.