ECLI:NL:GHLEE:2009:BH7517
Gerechtshof Leeuwarden
- Kort geding
- M. Mollema
- A. Kuiper
- J. Fikkers
- Rechtspraak.nl
Verblijfplaats en omgangsregeling van een minderjarig kind in hoger beroep
In deze zaak, die voor het Gerechtshof Leeuwarden diende, ging het om de verblijfplaats van een minderjarig kind en de omgangsregeling tussen de ouders, die ex-echtgenoten zijn. De zaak is ontstaan uit een kort geding dat op 14 november 2008 door de voorzieningenrechter van de rechtbank Groningen is behandeld. De appellante, vertegenwoordigd door mr. H.J.K. Wulp, heeft hoger beroep ingesteld tegen het vonnis van de voorzieningenrechter, waarin werd bepaald dat het kind voorshands bij de geïntimeerde, de vader, zou verblijven. De appellante verzocht het hof om het vonnis te vernietigen en de vader te veroordelen tot betaling van een dwangsom indien hij niet meewerkte aan de verzoeken van de moeder. Het hof heeft de grieven van de appellante beoordeeld en vastgesteld dat de voorzieningenrechter in eerste aanleg de feiten correct had weergegeven. Het hof voegde hieraan toe dat er inmiddels een bodemprocedure was gestart door de vader om de verblijfplaats van het kind te wijzigen.
Het hof oordeelde dat er geen bewijs was dat de vader zijn positie misbruikte of de belangen van het kind verwaarloosde. De door de moeder overgelegde stukken waren niet overtuigend genoeg om de beslissing van de voorzieningenrechter te weerleggen. Het hof concludeerde dat de grieven van de appellante falen en dat het vonnis van de voorzieningenrechter bekrachtigd moest worden. De kosten van het hoger beroep werden gecompenseerd, gezien de ex-echtelijke relatie tussen de partijen.