ECLI:NL:GHLEE:2009:BH8918
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- J.J. Beswerda
- H.M.E. Laméris-Tebbenhoff Rijnenberg
- S.J. van der Woude
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen veroordeling voor mishandeling met een voorwaardelijke werkstraf
In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 30 maart 2009 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een veroordeling van de politierechter in de rechtbank Leeuwarden. De verdachte, geboren in 1973 en wonende te [woonplaats], was eerder veroordeeld voor mishandeling van zijn ex-vriendin. De politierechter had hem een straf opgelegd, maar de verdachte ging hiertegen in hoger beroep. Tijdens de zitting in hoger beroep heeft het hof het bewijs en de omstandigheden van de zaak opnieuw beoordeeld. De advocaat-generaal had gevorderd dat de verdachte een werkstraf van 60 uren zou krijgen, maar het hof kwam tot een andere conclusie. Het hof oordeelde dat de verdachte op 1 januari 2007 opzettelijk zijn ex-vriendin had mishandeld door haar met een vork in het bovenbeen te steken en haar te slaan, wat leidde tot pijn en letsel. Het hof achtte de verdachte strafbaar en oordeelde dat er geen strafuitsluitingsgronden aanwezig waren. Bij de strafmotivering hield het hof rekening met de ernst van het feit en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. Uiteindelijk werd de eerdere veroordeling vernietigd en werd de verdachte veroordeeld tot een voorwaardelijke werkstraf van 40 uren, met een proeftijd van 2 jaren. Het hof legde ook vervangende hechtenis op voor het geval de werkstraf niet naar behoren zou worden verricht. De uitspraak is gedaan door een meervoudige strafkamer van het hof, waarbij de voorzitter en twee andere rechters betrokken waren.