ECLI:NL:GHLEE:2009:BI0897
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- J. Janse
- Z. Zandbergen
- O. Onnes-Wind
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van bindend advies wegens schending van hoor en wederhoor in civiele zaak
In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 24 maart 2009 uitspraak gedaan in hoger beroep over een geschil tussen V.O.F. Bouwbedrijf en een geïntimeerde partij. De zaak betreft de vernietiging van een bindend advies dat eerder was gegeven door een deskundige, [betrokkene]. De rechtbank had in eerste aanleg geoordeeld dat het beginsel van hoor en wederhoor was geschonden, wat leidde tot de afwijzing van de vordering van [appellant] tot betaling van een bedrag van € 4.871,45.
Het hof heeft vastgesteld dat de kantonrechter terecht heeft geoordeeld dat de schending van het beginsel van hoor en wederhoor onaanvaardbaar was. [geïntimeerde] had niet de gelegenheid om te reageren op de nieuwe overwegingen die in het bindend advies waren opgenomen, wat de uitkomst van het advies zou kunnen beïnvloeden. Het hof heeft de grieven van [appellant] verworpen, waarbij werd betoogd dat de schending van het beginsel geen invloed had op de uitkomst van het advies.
De slotsom was dat het hof het vonnis van de rechtbank bekrachtigde, met veroordeling van [appellant] in de kosten van het geding in hoger beroep. De zaak benadrukt het belang van het beginsel van hoor en wederhoor in bindende adviezen en de gevolgen van het niet naleven daarvan voor de rechtspositie van partijen.