ECLI:NL:GHLEE:2009:BI6782
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- M. Mollema
- A. Rowel-van der Linde
- J. de Hek
- Rechtspraak.nl
Bewijslevering en proceskosten in hoger beroep bij geschil over schilderwerk en faillissement
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Leeuwarden, stond de bewijslevering centraal in een geschil tussen BSA Schilders & Adviesbureau en de geïntimeerden over een overeenkomst betreffende schilderwerk dat vóór het faillissement van [betrokkene] was uitgevoerd. Het hof oordeelde dat BSA niet in staat was het door haar te leveren bewijs te leveren. De verklaring van mr. P. van Bommel, de curator van [betrokkene], bood geen steun voor de stelling van BSA dat er een afspraak was gemaakt over de betaling van de factuur voor het schilderwerk door de geïntimeerden. Het hof benadrukte dat een dergelijke afspraak in strijd zou zijn met het beginsel van paritas, wat inhoudt dat alle schuldeisers gelijk behandeld moeten worden.
Het hof had eerder in een tussenarrest van 7 oktober 2008 BSA opgedragen te bewijzen dat er een overeenkomst was gesloten tussen [betrokkene] en de geïntimeerden. Tijdens de enquête op 15 januari 2009 werd echter duidelijk dat de getuige [getuige 1] wegens ziekte niet kon verschijnen, en BSA besloot af te zien van het horen van deze getuige. De geïntimeerden deden hetzelfde voor hun getuigen in contra-enquête. Het hof concludeerde dat BSA er niet in was geslaagd het opgedragen bewijs te leveren, wat leidde tot de afwijzing van haar vordering in hoger beroep.
De uitspraak van het hof bekrachtigde het vonnis van de kantonrechter van 10 juli 2007, waarbij BSA werd veroordeeld in de proceskosten van het geding in hoger beroep. De kosten werden vastgesteld op € 251,00 aan verschotten en € 1.580,00 voor het salaris van de advocaat. Het hof benadrukte dat zonder aanvullend bewijs de vordering van BSA niet toewijsbaar was, en dat de grieven tegen het afwijzend vonnis van de kantonrechter faalden.