ECLI:NL:GHLEE:2009:BI9809
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- M. Mollema
- A. Kuiper
- J. de Hek
- Rechtspraak.nl
Onrechtmatige daad en bewijsvoering in een geschil over de verkoop van schapen
In deze zaak, die voor het Gerechtshof Leeuwarden werd behandeld, stond de vraag centraal of [geïntimeerde] op of omstreeks 2 mei 2006 schapen die toebehoorden aan Stichting Schaap & Co heeft weggevoerd en verkocht. Het hof oordeelde dat uit de beschikbare bewijsmiddelen niet kon worden afgeleid dat [geïntimeerde] onrechtmatig heeft gehandeld. De verklaring van getuige [getuige] werd niet als voldoende bewijs beschouwd, omdat deze niet onder ede was afgelegd en de betrouwbaarheid ervan door [geïntimeerde] was betwist. Het hof benadrukte dat de bewijslast bij Schaap & Co lag en dat er geen aanvullende bewijzen waren die de verklaring van de partijgetuige konden ondersteunen.
Het hof behandelde ook de bewijsopdracht die aan Schaap & Co was gegeven en de getuigen die waren opgeroepen. Uiteindelijk werd slechts één getuige gehoord, wat de bewijsvoering van Schaap & Co verder verzwakte. De rechtbank had eerder de vordering van Schaap & Co afgewezen, en het hof concludeerde dat deze beslissing terecht was. De grieven van Schaap & Co konden niet leiden tot een andere beslissing dan die van de rechtbank.
Het hof bekrachtigde het vonnis waarvan beroep en veroordeelde Schaap & Co in de kosten van het geding in hoger beroep. De uitspraak werd gedaan op 23 juni 2009 door de eerste kamer voor burgerlijke zaken van het Gerechtshof Leeuwarden, met de voorzitter en twee raden.