ECLI:NL:GHLEE:2009:BJ6617
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- A. Garos
- J. Melssen
- M. de Ruijter
- Rechtspraak.nl
Wijziging omgangsregeling tussen vader en minderjarige in het belang van de geestelijke ontwikkeling
In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 1 september 2009 uitspraak gedaan in hoger beroep over de omgangsregeling tussen een vader en zijn minderjarige kind. De moeder, appellante, heeft verzocht om de omgangsregeling te wijzigen, omdat zij van mening is dat omgang met de vader niet in het belang van het kind is. De vader, geïntimeerde, heeft zijn zorgen geuit over de situatie en verzocht om nader onderzoek naar de omgangsrelatie.
Het hof heeft in zijn beoordeling gekeken naar het rapport van de Raad voor de Kinderbescherming, waarin werd geconcludeerd dat omgang met de vader schadelijk zou zijn voor de geestelijke ontwikkeling van het kind. Het rapport wees op de trauma's die het kind heeft opgelopen en de onveiligheid die voortkomt uit het gewelddadige gedrag van de vader. De Raad adviseerde om de vader het recht op omgang te ontzeggen, wat het hof heeft overgenomen in zijn beslissing.
Het hof heeft vastgesteld dat de moeder en het kind momenteel in therapie zijn en dat een nieuw onderzoek de situatie zou verergeren. De moeder heeft aangegeven dat zij niet wenst dat de vader betrokken wordt bij de therapie, omdat dit onrust zou veroorzaken. Het hof heeft geconcludeerd dat het in het belang van het kind is om duidelijkheid te scheppen en dat de huidige omgangsregeling niet in het belang van het kind is. Daarom heeft het hof de eerdere beschikking vernietigd en bepaald dat er geen omgangsregeling meer geldt tussen de vader en het kind.
De uitspraak benadrukt het belang van de geestelijke ontwikkeling van het kind en de noodzaak om de belangen van het kind voorop te stellen in zaken van omgangsregelingen. Het hof heeft de beschikking uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de beslissing onmiddellijk van kracht is, ondanks eventuele hoger beroep mogelijkheden.