ECLI:NL:GHLEE:2009:BJ7953
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen veroordeling voor wederrechtelijk binnendringen in besloten lokaal
In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 17 september 2009 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een veroordeling van de politierechter in de rechtbank Groningen. De verdachte, geboren in 1985, was eerder veroordeeld voor het wederrechtelijk binnendringen in een besloten lokaal van een Albert Heijn-vestiging op 16 mei 2007, terwijl zij wist dat zij een toegangsverbod had. De politierechter had een voorwaardelijke geldboete van € 130,-- opgelegd, subsidiair twee dagen vervangende hechtenis, met een proeftijd van twee jaren. De verdachte heeft tijdig hoger beroep aangetekend.
Tijdens de zitting in hoger beroep heeft de advocaat-generaal dezelfde straf gevorderd als eerder opgelegd. Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en opnieuw recht gedaan. Het hof achtte wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde feit had begaan. De verdachte werd strafbaar geacht, en strafuitsluitingsgronden werden niet aanwezig geacht. Het hof heeft bij de straftoemeting rekening gehouden met de ernst van het feit, de omstandigheden waaronder het was begaan, en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, waaronder een uittreksel uit het Justitiële Documentatieregister waaruit bleek dat zij eerder voor strafbare feiten was veroordeeld.
Het hof heeft de verdachte veroordeeld tot een geldboete van € 130,--, met de bepaling dat vervangende hechtenis voor de duur van twee dagen zal worden toegepast indien de geldboete niet wordt betaald. De geldboete zal niet ten uitvoer worden gelegd, tenzij de verdachte zich voor het einde van de proeftijd van twee jaren aan een strafbaar feit schuldig maakt. Het arrest is ondertekend door de voorzitter en de andere rechters, met uitzondering van mr. Anjewierden, die buiten staat was om te ondertekenen.