ECLI:NL:GHLEE:2009:BL3559
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- A. Beswerda
- G. Sekeris
- J. van Schuijlenburg
- Rechtspraak.nl
Kostenvergoeding in bestuursrechtelijke procedure na intrekking hoger beroep
In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 12 november 2009 uitspraak gedaan in hoger beroep betreffende een verzoek om kostenvergoeding in het kader van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (WAHV). De betrokkene, vertegenwoordigd door mr. C.M.J.E.P. Meerts, had eerder een beroep ingesteld tegen een beslissing van de officier van justitie, welke door de kantonrechter gegrond werd verklaard. De kantonrechter had de officier van justitie veroordeeld tot betaling van proceskosten aan de betrokkene. De officier van justitie heeft echter hoger beroep ingesteld, maar dit beroep werd later ingetrokken door de advocaat-generaal.
Het hof heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat, hoewel de officier van justitie niet tegemoet is gekomen aan de indiener van het beroepschrift, er geen wettelijke bepaling bestaat die de vergoeding van gemaakte kosten in deze situatie uitsluit. Het hof heeft artikel 13b WAHV analoog toegepast, wat betekent dat de kosten voor rechtsbijstand in dit geval wel voor vergoeding in aanmerking komen. Het hof heeft daarbij het forfaitaire stelsel van het Besluit proceskosten bestuursrecht toegepast, waarbij de hoogte van de kosten is vastgesteld op basis van de verrichte proceshandelingen.
De gemachtigde van de betrokkene heeft verzocht om vergoeding van de kosten van rechtsbijstand, zonder bewijs van daadwerkelijke kosten. Het hof heeft geoordeeld dat het niet aan de rechter is om te toetsen of er daadwerkelijk kosten zijn gemaakt, en heeft de kosten vastgesteld op € 241,50, gebaseerd op de forfaitaire tarieven. Het verzoek om hogere kostenvergoeding is afgewezen. De beslissing is genomen door de rechters A. Beswerda, G. Sekeris en J. van Schuijlenburg, met mr. Kuiper als griffier.