In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 2 december 2010 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Assen. De verdachte, geboren in 1979 en momenteel verblijvend in een Penitentiaire Inrichting, was niet ter terechtzitting verschenen. De politierechter had de verdachte eerder veroordeeld wegens misdrijven en had een vordering tot tenuitvoerlegging behandeld. De verdachte had tijdig hoger beroep aangetekend.
Tijdens de zitting in hoger beroep heeft het hof verstek verleend tegen de niet verschenen verdachte. De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de vervolging van de verdachte geschorst zou worden. Dit verzoek was gebaseerd op informatie die op 18 november 2010 bij het hof was binnengekomen, waaruit bleek dat de verdachte psychotisch was en dwangmedicatie kreeg. Hij was opgenomen in het Juridisch Medisch Centrum van de P.I. en was niet in staat om ter zitting te verschijnen.
Het hof heeft ook een reclasseringsadvies in overweging genomen, waarin werd gesteld dat de verdachte vanwege een psychotisch toestandsbeeld als ontoerekeningsvatbaar werd geacht. Gezien deze omstandigheden heeft het hof geoordeeld dat de verdachte lijdt aan een zodanige ziekelijke stoornis van zijn geestvermogens, dat hij niet in staat is de strekking van de tegen hem ingestelde vervolging te begrijpen. Daarom heeft het hof besloten de vervolging van de verdachte te schorsen.
De uitspraak van het hof was als volgt: het hof schorst de vervolging van de verdachte. Deze beslissing is genomen door de voorzitter en twee andere rechters, in aanwezigheid van de griffier.