ECLI:NL:GHLEE:2010:BL3869
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- J. Janse
- A. Zandbergen
- H. van Rijssen
- Rechtspraak.nl
Schadevergoeding bij aanrijding met viaduct tijdens groot transport; verjaring en stuiting van vorderingen
In deze zaak, die voor het Gerechtshof Leeuwarden werd behandeld, gaat het om een geschil over schadevergoeding na een aanrijding van een vrachtwagen met een viaduct. De aanrijding vond plaats in november 1996, toen een boormachine, vervoerd door een vrachtwagencombinatie met een hoogte van 4,35 meter, in botsing kwam met het viaduct Barneveld te Nieuwediep, dat een gegarandeerde doorrijhoogte van 4 meter had. De appellante, die in eerste aanleg eiseres was, stelde dat de chauffeur van de vrachtwagen opzettelijk van de geplande route was afgeweken, wat zou wijzen op opzet of gelijk te stellen schuld. De rechtbank had echter geoordeeld dat er onvoldoende bewijs was dat de chauffeur zich bewust was van het risico van de aanrijding.
De appellante heeft hoger beroep ingesteld tegen de vonnissen van de rechtbank Groningen, die op 7 december 2001 en 27 september 2006 waren uitgesproken. In hoger beroep heeft de appellante vijf grieven ingediend, waarbij zij onder andere aanvoert dat de verjaring van haar vordering was gestuit door erkenning van aansprakelijkheid door de verzekeraar van de geïntimeerde. Het hof oordeelde dat de verjaringstermijn van de vordering van de appellante op grond van artikel 32 lid 1 CMR door verloop van een jaar was verjaard, en dat de grieven van de appellante niet voldoende onderbouwd waren.
Het hof heeft de beroepen vonnissen bekrachtigd en de appellante in de proceskosten van het hoger beroep veroordeeld. De uitspraak benadrukt de noodzaak van voldoende bewijs bij het stellen van opzet of schuld in het kader van aansprakelijkheid en de strikte toepassing van verjaringstermijnen in civiele zaken.