Parketnummer: 24-003322-09
Parketnummer eerste aanleg: 17-880131-09, 17-880201-08 (tul) en 17-754464-08 (tul)
Arrest van 18 juni 2010 van het gerechtshof te Leeuwarden, meervoudige strafkamer, op het hoger beroep tegen het vonnis van de rechtbank Leeuwarden van 22 december 2009 in de strafzaak tegen:
[verdachte],
geboren op [1988] te [geboorteplaats],
wonende te [woonplaats], [adres],
ten tijde van de terechtzitting verblijvende te P.I. Noord, gevangenis De Marwei te Leeuwarden
verschenen in persoon, bijgestaan door zijn raadsman mr. B. Koenders, advocaat te Amsterdam.
Het vonnis waarvan beroep
De rechtbank Leeuwarden heeft de verdachte bij het vonnis wegens misdrijven veroordeeld tot een straf, heeft een maatregel opgelegd, heeft een beslissing genomen omtrent de vorderingen van de benadeelde partijen en heeft op twee vorderingen tot tenuitvoerlegging beslist, zoals in dat vonnis omschreven.
Gebruik van het rechtsmiddel
De verdachte is op de voorgeschreven wijze en tijdig in hoger beroep gekomen.
Het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep, alsmede het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
De vordering van de advocaat-generaal
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof de verdachte ten aanzien van het ten laste gelegde onder A primair en onder B zal vrijspreken en ten aanzien van het ten laste gelegde onder A subsidiair zal veroordelen tot een gevangenisstraf van 24 maanden met aftrek van voorarrest, een vordering tot tenuitvoerlegging (parketnummer 17-754464-08: 6 maanden gevangenisstraf) zal toewijzen en een vordering tot tenuitvoerlegging (parketnummer 17-880201-08: een geldboete van
€ 250,-) zal afwijzen. Voorts heeft zij gevorderd dat het hof de vordering van de benadeelde partij [benadeelde 1] hoofdelijk zal toewijzen met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel en de vorderingen van de benadeelde partijen [benadeelde 2] en [benadeelde 3] niet-ontvankelijk zal verklaren.
De beslissing op het hoger beroep
Het hof zal het vonnis vernietigen en opnieuw recht doen.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is - na de door de rechtbank toegelaten wijziging - ten laste gelegd, dat:
A.
hij op of omstreeks 22 maart 2009 te [plaats 1], in de gemeente [gemeente], ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk [benadeelde 1] van het leven te beroven, met dat opzet die [benadeelde 1], (terwijl deze op de grond lag), meermalen, althans eenmaal, in het gezicht, (althans) tegen het hoofd en/of tegen een of meer ander(e) de(e)l(en) van het lichaam heeft geslagen en/of gestompt en/of geschopt en/of getrapt, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
subsidiair zo het vorenstaande niet mocht leiden tot schuldigverklaring van en strafoplegging aan verdachte;
hij op of omstreeks 22 maart 2009 te [plaats 1], in de gemeente [gemeente], tezamen en in vereniging met anderen of een ander, althans alleen, aan een persoon genaamd [benadeelde 1], opzettelijk zwaar lichamelijk letsel (te weten een oogkasbreuk van het rechter oog en/of een wond op het voorhoofd, voor de geneeskundige behandeling waarvan een of meer hechting(en) zijn aangebracht), heeft toegebracht, door deze opzettelijk, (terwijl die [benadeelde 1] op de grond lag) meermalen, althans eenmaal, (met kracht) in het gezicht, (althans) tegen het hoofd, heeft geslagen en/of gestompt en/of geschopt en/of getrapt;
meer subsidiair zo het vorenstaande niet mocht leiden tot schuldigverklaring van en strafoplegging aan verdachte;
hij op of omstreeks 22 maart 2009 te [plaats 1], in de gemeente [gemeente], ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met anderen of een ander, althans alleen, aan een persoon genaamd [benadeelde 1], opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, met dat opzet (terwijl die [benadeelde 1] op de grond lag) die [benadeelde 1] meermalen, althans eenmaal, (met kracht) in het gezicht, (althans) tegen het hoofd en/of tegen een of meer ander(e) de(e)l(en) van het lichaam, heeft geslagen en/of gestompt en/of geschopt en/of getrapt, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
meest subsidiair zo het vorenstaande niet mocht leiden tot schuldigverklaring van en strafoplegging aan verdachte;
hij op of omstreeks 22 maart 2009, te [plaats 1], in de gemeente [gemeente], met een ander of anderen, op of aan de openbare weg, de [straat], in elk geval op of aan een openbare weg, openlijk in vereniging geweld heeft gepleegd tegen [benadeelde 1], welk geweld bestond uit het opzettelijk meermalen, althans eenmaal, slaan en/of stompen en/of schoppen en/of trappen, in het gezicht, althans tegen het hoofd en/of tegen een of meer andere de(el(en) van het lichaam.
B.
hij op of omstreeks 22 maart 2009 te [plaats 1], in de gemeente [gemeente], met een ander of anderen, op of aan de openbare weg, de [straat], in elk geval op of aan een openbare weg, openlijk in vereniging geweld heeft gepleegd tegen [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of [benadeelde 2] en/of [benadeelde 3] en/of een of meer ander(e) perso(o)n(en), welk geweld bestond uit het opzettelijk
- duwen/drukken tegen en/of trekken en/of rukken aan het/de licha(a)m(en) van die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] en/of die [benadeelde 2] en/of die [benadeelde 3] en/of een of meer ander(e) perso(o)n(en) en/of
- het slaan en/of stompen tegen het/de hoofd(en) en/of het schoppen en/of trappen tegen een of meer ander(e) de(e)l(en) van de/het licha(a)m(en) van die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] en/of die [benadeelde 2] en/of die [benadeelde 3] en/of een of meer ander(e) perso(o)n(en).
Vrijspraak ten aanzien van het onder A. ten laste gelegde
In de nacht van 22 maart 2009 vindt er aan de [straat] te [plaats 1] een gewelddadige confrontatie plaats tussen een onbekend gebleven aantal jongeren. Deze jongeren zijn even tevoren, na afloop van discotheekbezoek in [plaats 2], met een zogenoemde borrelbus vervoerd. Ook onderweg in de bus heeft er verbaal en (beperkt) fysiek geweld plaatsgevonden. Als de bus in [plaats 1] stopt, ontstaat er een aantal vechtpartijen buiten de bus. Er is dan sprake van een hectische situatie. Hierbij wordt aangever [benadeelde 1], terwijl deze op de grond ligt, tegen zijn hoofd en zijn lichaam geschopt en geslagen.
Vlak na de gebeurtenissen legt een aantal personen ter plaatse tegenover de politie een korte verklaring af. Een aantal verdachten wordt dezelfde nacht in de nabije omgeving van de bus aangehouden. Verdachte [verdachte] wordt een dag later elders aangehouden. Een aantal getuigen wordt bij de politie nogmaals gehoord en een deel van hen vervolgens bij de rechter-commissaris opnieuw. Enkele getuigen verklaren bij de politie verdachte [verdachte] te herkennen op één (dan wel twee) van de acht getoonde foto's als zijnde één van de personen die geweld heeft gebruikt jegens [benadeelde 1]. Andere getuigen koppelen (uitdrukkelijk) de naam en/of de foto('s) van verdachte niet aan de geweldshandelingen die zijn verricht ten aanzien van [benadeelde 1]. Samengevat komt uit de afgelegde verklaringen geen duidelijk beeld van de gebeurtenissen die nacht naar voren en de rol van verdachte [verdachte] daarin.
De politie heeft bij het horen van getuigen gebruik gemaakt van een enkelvoudige fotoconfrontatie. Getuigen werden acht foto's getoond, waarop verdachte [verdachte] en vier van de in totaal zes (mannelijke) medeverdachten stonden afgebeeld. Getuigen zijn niet foto's van alle medeverdachten getoond en getuigen zijn voorts niet geconfronteerd met foto's van andere personen die die nacht op enigerlei wijze bij de gewelddadigheden (tegen [benadeelde 1]) betrokken zijn geweest.
Het tonen van de foto's aan de getuigen gebeurde nadat de betreffende getuige ofwel een uiterst summiere beschrijving van het signalement van een verdachte had gegeven of in het geheel niet. Ook werd er voorafgaand aan de fotoconfrontatie door geen van de getuigen een naam, bijnaam of een andere aanduiding van een verdachte genoemd.
Verder blijkt uit het dossier dat het tonen van de foto's aan het merendeel van de getuigen op een suggestieve manier heeft plaatsgevonden: de acht foto's - van vijf van de in totaal zeven mannelijke verdachten - werden aan de getuigen gepresenteerd als zijnde foto's van "de verdachten". Daarnaast wijkt de achtergrond van de foto's van verdachte [verdachte] af van die op de andere getoonde foto's, waardoor verdachte als enige kon worden geplaatst in de discotheek waar zowel de getuigen als de verdachten die avond waren geweest.
Gezien de verklaringen van de getuigen die door de politie met foto's van verdachte [verdachte] en zijn medeverdachten zijn geconfrontreerd, alsmede de overige zich in het dossier bevindende gegevens, kenden de desbetreffende getuigen verdachte [verdachte] niet. In een dergelijk geval ligt het in het belang van een zorgvuldige waarheidsvinding voor de hand dat de politie gebruik maakt van een meervoudige confrontatie in de zin van het Besluit toepassing maatregelen in het belang van het onderzoek (Stb. 2002, 46). Dat is in casu niet gebeurd. Gelet hierop en gelet op de - in het bovenstaande omschreven - wijze waarop de herkenning van verdachte, als een van degenen die bij het geweld jegens [benadeelde 1] betrokken zou zijn geweest, door getuigen tot stand is gekomen acht het hof die verklaringen niet betrouwbaar. Deze verklaringen dienen daarom te worden uitgesloten van het bewijs.
Op grond van de overige inhoud van het dossier en het verhandelde ter zitting van het hof acht het hof onvoldoende wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder A primair, subsidiair, meer subsidiair en meest subsidiair ten laste gelegde heeft begaan, zodat hij daarvan moet worden vrijgesproken.
Vrijspraak ten aanzien van het onder B. ten laste gelegde
Het hof acht - evenals de raadsman en de advocaat-generaal - onvoldoende wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder B. ten laste gelegde heeft begaan, zodat hij daarvan moet worden vrijgesproken.
Vorderingen van de benadeelde partijen
Nu aan verdachte geen straf of maatregel wordt opgelegd ter zake van het aan hem als voormeld ten laste gelegde noch artikel 9a van het Wetboek van Strafrecht wordt toegepast, dienen de benadeelde partijen [benadeelde 1], [benadeelde 2] en [benadeelde 3], gelet op het bepaalde in artikel 361, tweede lid, aanhef en onder a, van het Wetboek van Strafvordering, in hun vorderingen niet-ontvankelijk te worden verklaard, met veroordeling van de benadeelde partijen in de kosten van het geding door de verdachte gemaakt, tot aan deze uitspraak begroot op nihil.
Vordering tot tenuitvoerlegging (parketnummer 17-880201-08)
Het hof zal de vordering van de officier van justitie, d.d. 15 juni 2009 tot tenuitvoerlegging van de gevangenisstraf, de verdachte voorwaardelijk opgelegd bij vonnis van de rechtbank Leeuwarden d.d. 9 september 2008 afwijzen, aangezien verdachte wordt vrijgesproken ter zake van het hem als voormeld ten laste gelegde.
Vordering tot tenuitvoerlegging (parketnummer 17-754464-08)
Het hof zal de vordering van de officier van justitie, d.d. 24 juni 2009 tot tenuitvoerlegging van de geldboete, de verdachte voorwaardelijk opgelegd bij vonnis van de politierechter in de rechtbank Leeuwarden d.d. 9 januari 2009 afwijzen, aangezien verdachte wordt vrijgesproken ter zake van het hem als voormeld ten laste gelegde.
De uitspraak
HET HOF,
RECHT DOENDE OP HET HOGER BEROEP:
vernietigt het vonnis, waarvan beroep, en opnieuw recht doende:
verklaart het verdachte onder A primair, subsidiair, meer subsidiair en meest subsidiair en onder B ten laste gelegde niet bewezen en spreekt hem daarvan vrij;
verklaart de benadeelde partijen [benadeelde 1], [benadeelde 2] en [benadeelde 3] niet-ontvankelijk in hun vorderingen;
veroordeelt de benadeelde partijen in de kosten van het geding door de verdachte gemaakt, tot aan deze uitspraak begroot op nihil;
wijst af de vorderingen tot tenuitvoerlegging.
Dit arrest is aldus gewezen door mr. H.M.E. Lam?ris-Tebbenhoff Rijnenberg, voorzitter, mr. J. Hielkema en mr. M.F.H.M. van Haastert, in tegenwoordigheid van mr. M. Zevenhuizen als griffier, zijnde mr. Van Haastert voornoemd buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.