ECLI:NL:GHLEE:2010:BN1355

Gerechtshof Leeuwarden

Datum uitspraak
1 juli 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
24-000290-09
Instantie
Gerechtshof Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Diefstal van koper en andere metalen met afwijzing vordering benadeelde partij

In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 1 juli 2010 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Assen. De verdachte, geboren in 1965, was eerder veroordeeld voor diefstal van koper en andere metalen van een bedrijfsterrein. De politierechter had de verdachte veroordeeld en de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaard in haar vordering. De verdachte heeft tijdig hoger beroep aangetekend.

Tijdens de zitting in hoger beroep heeft de advocaat-generaal gevorderd dat het hof de verdachte vrijspreekt van het tweede ten laste gelegde feit en hem voor het eerste feit veroordeelt tot een gevangenisstraf van twee maanden. Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en opnieuw recht gedaan. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte op 17 augustus 2008 samen met anderen een hoeveelheid koper en andere metalen heeft weggenomen van een bedrijfsterrein, toebehorende aan een bedrijf en een slachtoffer.

Het hof heeft de verdachte strafbaar geacht en de strafmotivering gebaseerd op de ernst van het feit en de omstandigheden waaronder het is gepleegd. De benadeelde partij had een vordering ingediend voor schadevergoeding, maar het hof heeft vastgesteld dat de ontvreemde goederen aan de benadeelde partij zijn teruggegeven, waardoor de vordering werd afgewezen. Het hof heeft de verdachte uiteindelijk veroordeeld tot een gevangenisstraf van twee maanden, met aftrek van het voorarrest, en de kosten van de benadeelde partij in de kosten van het geding afgewezen.

Uitspraak

Parketnummer: 24-000290-09
Parketnummer eerste aanleg: 19-606182-08
Arrest van 1 juli 2010 van het gerechtshof te Leeuwarden, meervoudige strafkamer, op het hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Assen van 2 februari 2009 in de strafzaak tegen:
[verdachte],
geboren op [1965] te [geboorteplaats],
wonende te [woonplaats], [adres],
verschenen in persoon, bijgestaan door zijn raadsman mr. J. Dekens, advocaat te Odoorn.
Het vonnis waarvan beroep
De politierechter in de rechtbank Assen heeft de verdachte bij het vonnis wegens misdrijven veroordeeld tot een straf en heeft de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaard, zoals in dat vonnis omschreven.
Gebruik van het rechtsmiddel
De verdachte is op de voorgeschreven wijze en tijdig in hoger beroep gekomen.
Het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep, alsmede het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
De vordering van de advocaat-generaal
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof :
- verdachte van het onder 2 ten laste gelegde zal vrijspreken;
- verdachte ter zake het onder 1 primair ten laste gelegde zal veroordelen tot een gevangenisstraf van 2 maanden;
- de benadeelde partij niet-ontvankelijk zal verklaren in haar vordering.
De beslissing op het hoger beroep
Het hof zal het vonnis vernietigen en opnieuw recht doen.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd, dat:
1.
hij op of omstreeks 17 augustus 2008 te [plaats 1], althans in de gemeente [gemeente 1], tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening van(af) een bedrijfsterrein aan het [adres] heeft weggenomen een hoeveelheid koper en/of (andere) metalen, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [bedrijf] en/of [slachtoffer 2], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s);
althans, indien terzake van het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen,
terzake dat
[medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] op of omstreeks 17 augustus 2008 te [plaats 1], gemeente [gemeente 1], tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening van(af) een bedrijfsterrein aan het [adres] heeft/hebben weggenomen een hoeveelheid koper en/of (andere) metalen, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 2], in elk geval aan een ander of anderen dan aan die [medeverdachte 1] en/of die [medeverdachte 2] en/of aan verdachte,
bij het plegen van welk misdrijf verdachte toen daar opzettelijk behulpzaam is geweest door die [medeverdachte 1] en/of die [medeverdachte 2] in de/een (door hem bestuurde) auto naar dat bedrijfsterrein te vervoeren;
althans, indien terzake van het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen,
terzake dat
hij op of omstreeks 17 augustus 2008 te [plaats 1], althans in de gemeente [gemeente 1], ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening van(af) een bedrijfsterrein aan het [adres] weg te nemen een hoeveelheid koper en/of (andere) metalen, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 2], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
- dat terrein heeft betreden en/of
- een hoeveelheid koper en/of (ander) metaal heeft verzameld en/of in (een) zak(ken) gedaan en/of
- dat koper en/of dat (andere) metaal naar/in de richting van de openbare weg heeft gesleept/gebracht,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
althans, indien terzake van het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen,
terzake dat
[medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] op of omstreeks 17 augustus 2008, te [plaats 1], althans in de gemeente [gemeente 1], ter uitvoering van het door die [medeverdachte 1] en/of die [medeverdachte 2] voorgenomen misdrijf om met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening van(af) een bedrijfsterrein aan het [adres] weg te nemen koper en/of (andere) metalen, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 2], in elk geval aan een ander of anderen dan aan die [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of verdachte,
- dat terrein heeft/hebben betreden en/of
- een hoeveelheid koper en/of (ander) metaal heeft/hebben verzameld en/of in (een) zak(ken) gedaan en/of
- dat koper en/of dat (andere) metaal naar/in de richting van de openbare weg heeft/hebben gesleept/gebracht,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid,
bij het plegen van welk misdrijf verdachte toen daar opzettelijk behulpzaam is geweest door die [medeverdachte 1] en/of die [medeverdachte 2] met de/een (door hem bestuurde) auto naar dat terrein te vervoeren;
2.
hij op of omstreeks 6 mei 2008, te [plaats 2], althans in de gemeente [gemeente 2], ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning/boerderij aan het [adres] weg te nemen geld en/of gereedschap en/of (andere) goederen, die van zijn, verdachte's en/of van verdachte's mededader(s) gading zouden blijken te zijn, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) en zich daarbij de toegang tot die woning/boerderij te verschaffen en/of die/dat weg te nemen geld en/of gereedschap en/of (andere) goederen onder zijn/hun bereik te brengen door middel van braak, verbreking en/of inklimming, met een
of meer van zijn mededader(s), althans alleen die woning/boerderij is binnengegaan, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
althans, indien terzake van het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen,
terzake dat
twee onbekend gebleven personen, althans een onbekend gebleven persoon, op of omstreeks 6 mei 2008, te [plaats 2], althans in de gemeente [gemeente 2], ter uitvoering van het door verdachte en/of die die onbekend gebleven personen/ persoon voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning/boerderij aan het [adres] weg te nemen geld en/of gereedschap en/of (andere) goederen, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5], in elk geval aan een ander of anderen dan aan die onbekend gebleven persoon/personen en/of aan verdachte, en zich daarbij de toegang tot de plaats van het misdrijf te verschaffen en/of dat weg te nemen geld en/of gereedschap en/of die (andere) goederen onder zijn/hun bereik te brengen door middel van inklimming, door een gat in het dak de woning is/zijn binnengegaan,
zijnde de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet voltooid,
bij het plegen van welk misdrijf verdachte op of omstreeks 6 mei 2008 te [plaats 2], althans in de gemeente [gemeente 2] opzettelijk behulpzaam is geweest door de bij het voorgenomen misdrijf gebruikte auto ter beschikking te stellen en/of te besturen.
Vrijspraak
Het hof acht niet bewezen hetgeen onder 2 primair en 2 subsidiair aan verdachte is ten laste gelegd, zodat hij daarvan moet worden vrijgesproken.
Bewezenverklaring
Het hof acht bewezen dat:
1 primair.
hij op 17 augustus 2008 te [plaats 1], tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening vanaf een bedrijfsterrein aan het [adres] heeft weggenomen een hoeveelheid koper en andere metalen, toebehorende aan [bedrijf] en/of [slachtoffer 2].
Het hof acht niet bewezen hetgeen aan verdachte als voormeld onder 1 primair meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen.
Kwalificatie
Het bewezen verklaarde levert op het misdrijf:
diefstal door twee of meer verenigde personen.
Strafbaarheid
Het hof acht verdachte strafbaar. Strafuitsluitingsgronden worden niet aanwezig geacht.
Strafmotivering
Het hof heeft de op te leggen straf bepaald op grond van de aard en ernst van het feit, de omstandigheden waaronder het feit is begaan en de persoon van verdachte. Daarbij heeft het hof in het bijzonder het navolgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft zich samen met anderen schuldig gemaakt aan diefstal van koper en andere metalen vanaf een bedrijfsterrein. Door het plegen van dit feit heeft verdachte samen met zijn mededaders niet alleen inbreuk gemaakt op het eigendomsrecht van een ander, maar ook hinder veroorzaakt bij betrokkene.
Uit het verdachte betreffende Uittreksel Justitiële Documentatie d.d. 19 maart 2010 blijkt dat verdachte al vele malen is veroordeeld voor het plegen van strafbare feiten, waaronder vermogensdelicten.
Op grond van het vorenstaande, in samenhang beschouwd, acht het hof de oplegging van een gevangenisstraf voor de duur van 2 maanden, met aftrek van het voorarrest, niet alleen gerechtvaardigd, maar ook geboden. Het hof komt aldus tot een strafoplegging zoals gevorderd is door de advocaat-generaal.
Benadeelde partij
Uit het onderzoek ter terechtzitting van het hof is gebleken, dat de benadeelde partij [bedrijf] zich in het geding in eerste aanleg heeft gevoegd, dat zij in eerste aanleg niet-ontvankelijk is verklaard in haar vordering en dat zij zich binnen de grenzen van haar eerste vordering in het geding in hoger beroep opnieuw heeft gevoegd.
Tegen de vordering van de benadeelde partij is van de zijde van verdachte aangevoerd, dat de benadeelde partij de gestolen goederen terug heeft gekregen en dat er geen schade is veroorzaakt.
Het hof is gebleken dat de benadeelde partij vergoeding heeft gevraagd voor materiële schade wegens ontvreemde goederen in de periode van 1 juli 2008 tot en met 23 augustus 2008. Gebleken is evenwel dat de op 17 augustus 2008 ontvreemde goederen terug zijn gegeven aan de benadeelde partij. De vordering dient derhalve te worden afgewezen.
Toepassing van wetsartikelen
Het hof heeft gelet op de artikelen 63, 310 en 311 van het Wetboek van Strafrecht, zoals deze artikelen golden ten tijde van het bewezen verklaarde.
De uitspraak
HET HOF,
RECHT DOENDE OP HET HOGER BEROEP:
vernietigt het vonnis, waarvan beroep, en opnieuw recht doende:
verklaart het verdachte onder 2 primair en 2 subsidiair ten laste gelegde niet bewezen en spreekt hem daarvan vrij;
verklaart het verdachte onder 1 primair ten laste gelegde bewezen, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart dit feit en verdachte strafbaar;
verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte als voormeld onder 1 primair meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen en spreekt verdachte daarvan vrij;
veroordeelt verdachte [verdachte] tot gevangenisstraf voor de duur van twee maanden;
beveelt dat de tijd door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf geheel in mindering wordt gebracht;
wijst de vordering van de benadeelde partij [bedrijf] af;
veroordeelt de benadeelde partij in de kosten van het geding door de verdachte gemaakt, tot aan deze uitspraak begroot op nihil.
Dit arrest is aldus gewezen door mr. G.M. Meijer-Campfens, voorzitter, mr. H. Heins en mr. J.A. Wiarda, in tegenwoordigheid van mr. M. Nijhuis als griffier, zijnde mr. J.A. Wiarda buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.