ECLI:NL:GHLEE:2010:BN7958
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- J. Hielkema
- H.M.E. Laméris-Tebbenhoff Rijnenberg
- H. Heins
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen veroordeling voor diefstal en diefstal met braak van koper en andere materialen
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen een veroordeling voor diefstal en diefstal met braak van koper en andere materialen. De verdachte, geboren in 1974, werd door de politierechter in de rechtbank Groningen veroordeeld tot een straf, waarbij ook schadevergoedingen aan benadeelde partijen waren opgelegd. De verdachte heeft tijdig hoger beroep aangetekend. Tijdens de zitting in hoger beroep heeft de advocaat-generaal een zwaardere straf geëist dan de eerdere veroordeling, met een werkstraf van 100 uren en een schadevergoeding aan benadeelde partijen.
Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en opnieuw recht gedaan. De verdachte is schuldig bevonden aan drie diefstallen, waarbij hij zich toegang tot de plaatsen des misdrijf heeft verschaft door middel van braak. Het hof heeft de straf bepaald op een werkstraf van 80 uren, met een vervangende hechtenis van 40 dagen indien de werkstraf niet naar behoren wordt verricht. De vordering van benadeelde partij [benadeelde 1] is toegewezen, terwijl de vordering van benadeelde partij [benadeelde 2] niet-ontvankelijk is verklaard.
Het hof heeft bij de strafoplegging rekening gehouden met de ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn gepleegd en het strafrechtelijk verleden van de verdachte. Ondanks eerdere veroordelingen heeft de verdachte sinds de laatste veroordeling geen nieuwe strafbare feiten gepleegd, wat het hof heeft doen besluiten tot een lichtere straf dan geëist door de advocaat-generaal. De benadeelde partijen zijn in hun vorderingen behandeld, waarbij het hof heeft geoordeeld dat de vordering van [benadeelde 2] niet ontvankelijk is, omdat deze partij zich niet opnieuw heeft gevoegd in het hoger beroep. De kosten van het geding zijn voor beide partijen.