ECLI:NL:GHLEE:2010:BO1465
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- M. Melssen
- A. Idsardi
- J. Schipmölder
- Rechtspraak.nl
Huurrecht van de echtelijke woning en belangenafweging tussen ex-partners
In deze zaak gaat het om een hoger beroep inzake het huurrecht van de voormalige echtelijke woning na de scheiding van partijen. De rechtbank had eerder bepaald dat de vrouw met uitsluiting van de man huurder zou zijn van de woning. De man, die Canadese nationaliteit heeft, heeft in hoger beroep verzocht om deze beschikking te vernietigen en te bepalen dat hij huurder zou zijn. De vrouw, die de zorg heeft voor vier kinderen, waaronder twee minderjarige kinderen uit het huwelijk, heeft het verzoek van de man bestreden. Het hof heeft de feiten en omstandigheden van de zaak in overweging genomen, waaronder de zorg voor de kinderen en de noodzaak van voldoende woonruimte voor de vrouw en haar kinderen.
Het hof heeft vastgesteld dat beide partijen belang hebben bij het huurrecht van de woning, maar dat de belangen van de vrouw zwaarder wegen. De vrouw heeft een woning met voldoende slaapkamers nodig voor haar en de kinderen, terwijl de man met een kleinere woonruimte kan volstaan. Het hof heeft ook overwogen dat de man niet aannemelijk heeft gemaakt dat zijn werk afhankelijk is van het wonen in de voormalige echtelijke woning. Gelet op deze overwegingen heeft het hof de beschikking van de rechtbank bekrachtigd, waarbij is bepaald dat de vrouw het huurrecht van de woning behoudt. De proceskosten zijn gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt.