ECLI:NL:GHLEE:2011:BP8903
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- G.M. Meijer-Campfens
- J. Hielkema
- J.P. van Stempvoort
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van de vordering tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel uit hennepteelt
In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 23 maart 2011 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Groningen. De zaak betreft de vordering tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel uit hennepteelt. De veroordeelde had eerder verklaard geen voordeel te hebben verkregen uit de hennepteelt, en het hof achtte deze verklaring aannemelijk. De politierechter had in een eerder vonnis het wederrechtelijk verkregen voordeel geschat op € 15.400,- en de veroordeelde verplicht om dit bedrag aan de Staat te betalen. De veroordeelde ging hiertegen in hoger beroep.
Tijdens de zitting in hoger beroep heeft de advocaat-generaal gevorderd dat het hof de uitspraak van de politierechter zou bevestigen. Het hof heeft echter de uitspraak van de politierechter vernietigd en opnieuw recht gedaan. Het hof overwoog dat de ontnemingsmaatregel een reparatoir karakter heeft en niet gericht is op leedtoevoeging. Het hof heeft vastgesteld dat de veroordeelde geen daadwerkelijk voordeel heeft behaald uit de hennepteelt, en dat er geen bewijs was dat hij een afdwingbare vordering had op de persoon met wie hij de hennepkwekerij had ingericht.
Uiteindelijk heeft het hof de vordering tot ontneming van het wederrechtelijk verkregen voordeel afgewezen, en de uitspraak van de politierechter vernietigd. Dit arrest is gewezen door een meervoudige strafkamer van het hof, met mr. G.M. Meijer-Campfens als voorzitter, en mr. J. Hielkema en mr. J.P. van Stempvoort als leden van de kamer, in aanwezigheid van griffier J.B. Schwerzel.