Gerechtshof Leeuwarden
Sector strafrecht
Parketnummer: 24-002188-10
Uitspraak d.d.: 19 september 2011
TEGENSPRAAK
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken
gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Assen van 2 september 2010 in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [1977],
wonende te [woonplaats], [adres].
De verdachte heeft tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van het hof van 5 september 2011 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422 van het Wetboek van Strafvordering, het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, strekkende tot veroordeling van verdachte ter zake de (opzet) heling van de dvd-speler zoals genoemd in het onder 2. ten laste gelegde tot een gevangenisstraf voor de duur van 6 weken onvoorwaardelijk. Tevens heeft de advocaat-generaal gevorderd de benadeelde partij [benadeelde 1] en de benadeelde partij [benadeelde 2] in hun vordering niet ontvankelijk te verklaren. Deze vordering is na voorlezing aan het hof overgelegd.
Het hof heeft voorts kennis genomen van hetgeen door verdachte en zijn raadsvrouw,
mr. J.B. Pieters, naar voren is gebracht.
Ontvankelijkheid van het hoger beroep
Voor zover het door de verdediging ingestelde hoger beroep gericht is tegen de vrijspraak van het onder 1. ten laste gelegde, zal het hof verdachte daarin niet ontvankelijk verklaren.
Het vonnis waarvan beroep
Het hof zal het vonnis waarvan beroep vernietigen omdat het tot een andere bewijsbeslissing komt en daarom opnieuw rechtdoen.
Aan verdachte is, voor zover aan hoger beroep onderworpen, tenlastegelegd dat:
feit 2:
hij op of omstreeks 26 mei 2010 te [plaats], in elk geval in Nederland,
- een gele medicijnentas en/of
- een fietstas met paarse bloemenopdruk en/of
- een fietstas met legervlekken en/of
- een dvd speler (merk Philips) en/of
- een acculader (merk Gamma) en/of
- een krantentas met opdruk Netwerk vsp en/of
- een heggeschaar (lidl florabest)
heeft verworven, voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen, terwijl hij ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van voornoemde goederen/voorwerpen wist, althans redelijkerwijs het had moeten vermoeden, dat het (een) door misdrijf verkregen goed(eren) betrof.
Indien in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Het hof is, gezien de stukken die zich in het dossier bevinden en hetgeen is besproken ter terechtzitting met betrekking tot de omstandigheden waaronder verdachte de goederen, in het bijzonder de dvd speler heeft verkregen, van oordeel dat niet wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte ten tijde van het verkrijgen van alle goederen zoals genoemd in het onder 2. ten laste gelegde wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat die goederen van diefstal afkomstig waren. Het hof zal verdachte derhalve vrijspreken.
Nu het belang van strafvordering zich daartegen niet verzet, zal het hof de teruggave van de onder verdachte in beslag genomen dvd speler van het merk Philips, Dvp3142/12 67073, met scartkabel aan verdachte gelasten.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 1]
Uit het onderzoek ter 's hofs terechtzitting is gebleken, dat de benadeelde partij zich in het geding in eerste aanleg heeft gevoegd, dat haar vordering in eerste aanleg niet is toegewezen en dat zij zich binnen de grenzen van haar eerste vordering in het geding in hoger beroep opnieuw heeft gevoegd. Derhalve duurt de voeging ter zake van haar in eerste aanleg gedane vordering tot schadevergoeding in het geding in hoger beroep voort.
Nu aan de verdachte geen straf of maatregel wordt opgelegd, terwijl evenmin artikel 9a van het Wetboek van Strafrecht wordt toegepast, dient de benadeelde partij, gelet op het bepaalde in artikel 361, tweede lid, aanhef en onder a, van het Wetboek van Strafvordering, in haar vordering niet ontvankelijk te worden verklaard, met veroordeling van de benadeelde partij in de kosten van het geding door de verdachte gemaakt, tot aan deze uitspraak begroot op nihil.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 2]
Uit het onderzoek ter 's hofs terechtzitting is gebleken, dat de benadeelde partij zich in het geding in eerste aanleg heeft gevoegd, dat haar vordering in eerste aanleg niet is toegewezen en dat zij zich binnen de grenzen van haar eerste vordering in het geding in hoger beroep opnieuw heeft gevoegd. Derhalve duurt de voeging ter zake van haar in eerste aanleg gedane vordering tot schadevergoeding in het geding in hoger beroep voort.
Nu aan de verdachte geen straf of maatregel wordt opgelegd, terwijl evenmin artikel 9a van het Wetboek van Strafrecht wordt toegepast, dient de benadeelde partij, gelet op het bepaalde in artikel 361, tweede lid, aanhef en onder a, van het Wetboek van Strafvordering, in haar vordering niet ontvankelijk te worden verklaard, met veroordeling van de benadeelde partij in de kosten van het geding door de verdachte gemaakt, tot aan deze uitspraak begroot op nihil.
Verklaart de verdachte niet-ontvankelijk in het hoger beroep, voor zover gericht tegen het onder 1. ten laste gelegde.
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het onder 2. ten laste gelegde heeft begaan en spreekt verdachte daarvan vrij;
Gelast de teruggave aan verdachte van het in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerp, te weten: dvd speler, merk Philips, Dvp3142/12 67073, met scartkabel;
Verklaart de benadeelde partij, [benadeelde 1], niet ontvankelijk in zijn vordering tot schadevergoeding;
Veroordeelt de benadeelde partij in de kosten van het geding door verdachte gemaakt, tot aan deze uitspraak begroot op nihil;
Verklaart de benadeelde partij, [benadeelde 2], niet ontvankelijk in haar vordering tot schadevergoeding;
Veroordeelt de benadeelde partij in de kosten van het geding door verdachte gemaakt, tot aan deze uitspraak begroot op nihil.
Aldus gewezen door
mr. J. Hielkema, voorzitter
mr. J. Dolfing en mr. J.P. van Stempvoort, raadsheren,
in tegenwoordigheid van H. Pool, griffier,
en op 19 september 2011 ter openbare terechtzitting uitgesproken.
Mr. Van Stempvoort, voornoemd, is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.