ECLI:NL:GHLEE:2011:BT2245

Gerechtshof Leeuwarden

Datum uitspraak
19 september 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
24-000413-10
Instantie
Gerechtshof Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor smaad, belediging en belaging met contactverbod

In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 19 september 2011 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Groningen. De verdachte is veroordeeld voor smaadschrift, eenvoudige belediging en belaging. De feiten vonden plaats tussen 1 december 2008 en 19 december 2008, waarbij de verdachte opzettelijk beledigende en smaadlijke geschriften heeft verspreid over het slachtoffer, [slachtoffer 1]. De verdachte heeft onder andere brieven verstuurd naar buren van het slachtoffer met kwetsende en lasterlijke uitspraken, en heeft herhaaldelijk contact gezocht met het slachtoffer en haar familie, wat leidde tot een inbreuk op haar persoonlijke levenssfeer.

Het hof heeft de vordering van de advocaat-generaal, die een werkstraf had geëist, afgewezen en in plaats daarvan een voorwaardelijke gevangenisstraf van één maand opgelegd, met een proeftijd van twee jaar. Een bijzondere voorwaarde van het vonnis is dat de verdachte op geen enkele wijze contact mag opnemen met het slachtoffer of haar familie, wat een contactverbod inhoudt. Het hof heeft bij de strafoplegging rekening gehouden met de ernst van de feiten en de impact die deze op het slachtoffer hebben gehad, evenals met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, die eerder onherroepelijk was veroordeeld. Het hof heeft geoordeeld dat de verdachte onvoldoende inzicht heeft in de gevolgen van zijn handelen, wat de beslissing om een voorwaardelijke straf op te leggen heeft beïnvloed.

Uitspraak

Gerechtshof Leeuwarden
Sector strafrecht
Parketnummer: 24-000413-10
Uitspraak d.d.: 19 september 2011
VERSTEK
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken
gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Groningen van 21 januari 2010 in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [1957],
wonende te [woonplaats], [adres].
Het hoger beroep
De verdachte heeft tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van het hof van 5 september 2011 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422 van het Wetboek van Strafvordering, het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, strekkende tot veroordeling van verdachte ter zake het onder 1., 2. en 3. ten laste gelegde tot een werkstraf voor de duur van 140 uren, subsidiair 70 dagen hechtenis, waarvan 40 uur, subsidiair 20 dagen hechtenis voorwaardelijk, met als bijzondere voorwaarde reclasseringstoezicht. De advocaat-generaal heeft tevens gevorderd aan verdachte de bijzondere voorwaarde van een contactverbod op te leggen. Deze vordering is na voorlezing aan het hof overgelegd.
Het vonnis waarvan beroep
Het hof zal het vonnis waarvan beroep vernietigen en opnieuw rechtdoen.
De tenlastelegging
Aan verdachte is tenlastegelegd dat:
feit 1:
hij in of omstreeks de periode van 1 december 2008 tot en met 19 december 2008 te [plaatsplaats], gemeente [gemeente], opzettelijk, door middel van verspreiding van (een) geschrift(en), de eer en/of de goede naam van [slachtoffer 1] heeft aangerand door telastlegging van een of meer bepaalde feiten, met het kennelijke doel om daaraan ruchtbaarheid te geven, immers heeft verdachte met voormeld doel (een) geschrift(en) verspreid door middel van het versturen van brieven naar een of meer buren van die [slachtoffer 1] (wonende aan de [adres]) met onder meer de zinssnede(s): "Wist u dat die familie van [slachtoffer 1] sperma-verslaafd is. Ze is nymfomaan en hoer en doet aan seks zoals die enkel in Sodom en Gomorra voorkwam"
feit 2:
hij in of omstreeks de periode van 1 december 2008 tot en met 19 december 2008 te [plaatsplaats], althans in Nederland, meermalen opzettelijk beledigend [slachtoffer 1], door een of meer toegezonden geschriften, heeft toegevoegd de woorden
- "Duivelse Hoer van Babylon" en/of "Duivelse Hoer, kom maar op, alle legers staan klaar!" en/of "Veel plezier met je sperma, jij ongedierte" en/of
- "Wist u dat deze [slachtoffer 1] Duivelse Honden om zich heen heeft voor de organisatie. Dat de God des Hemels zelfs persoonlijk braakneigingen krijgt als hij de rechtspraak moet voltrekken" en/of
- "[slachtoffer 1], dit soort ongedierte hoort niet in mijn land!" en/of "Jij duivelse hoer met al je schimmels en soa's, bron van epidemieën", althans woorden van gelijke beledigende aard en/of strekking;
feit 3:
hij in of omstreeks de periode van 13 maart 2008 tot en met 4 augustus 2008 te [plaatsplaats], in elk geval in Nederland, wederrechtelijk stelselmatig opzettelijk inbreuk heeft gemaakt op de persoonlijke levenssfeer van [slachtoffer 1], in elk geval van een ander, met het oogmerk die [slachtoffer 1], in elk geval die ander te dwingen iets te doen, niet te doen, te dulden en/of vrees aan te jagen, immers heeft verdachte
- meermalen die [slachtoffer 1] een e-mail gestuurd en/of
- een groot aantal keren, althans meermalen, die [slachtoffer 1] een sms gestuurd en/of
- meermalen, althans eenmaal, contact opgenomen met het werk van die [slachtoffer 1] en/of de buurvrouw van die [slachtoffer 1] en/of een of meerdere familieleden van die [slachtoffer 1] (te weten de moeder van die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2]).
Indien in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Bewezenverklaring
Door wettige bewijsmiddelen, waarbij de inhoud van elk bewijsmiddel -ook in onderdelen- slechts wordt gebezigd tot het bewijs van dat tenlastegelegde feit waarop het blijkens de inhoud kennelijk betrekking heeft, en waarin zijn vervat de redengevende feiten en omstandigheden waarop de bewezenverklaring steunt, acht het hof wettig bewezen en heeft het hof de overtuiging verkregen, dat verdachte het onder 1, 2 en 3 tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande, dat:
feit 1:
hij in de periode van 1 december 2008 tot en met 19 december 2008 te [plaatsplaats], gemeente [gemeente], opzettelijk, door middel van verspreiding van geschrift, de eer en/of de goede naam van [slachtoffer 1] heeft aangerand door telastlegging van een of meer bepaalde feiten, met het kennelijke doel om daaraan ruchtbaarheid te geven, immers heeft verdachte met voormeld doel een geschrift verspreid door middel van het versturen van een brief naar buren van die [slachtoffer 1], wonende aan de Ruimtevaartlaan, met onder meer de zinssnedes: "Wist u dat die familie van [slachtoffer 1] sperma-verslaafd is. Ze is nymfomaan en hoer en doet aan seks zoals die enkel in Sodom en Gomorra voorkwam";
feit 2:
hij in de periode van 1 december 2008 tot en met 19 december 2008 te [plaatsplaats], meermalen opzettelijk beledigend [slachtoffer 1], door toegezonden geschriften, heeft toegevoegd de woorden
- "Duivelse Hoer van Babylon" en "Duivelse Hoer, en "Veel plezier met je sperma, jij ongedierte" en
- "[slachtoffer 1], dit soort ongedierte hoort niet in mijn land!" en "Jij duivelse hoer met al je schimmels en soa's, bron van epidemieën";
feit 3:
hij in de periode van 13 maart 2008 tot en met 4 augustus 2008 te [plaatsplaats], wederrechtelijk stelselmatig opzettelijk inbreuk heeft gemaakt op de persoonlijke levenssfeer van [slachtoffer 1], met het oogmerk die [slachtoffer 1], te dwingen iets te dulden en vrees aan te jagen, immers heeft verdachte
- meermalen die [slachtoffer 1] een e-mail gestuurd en
- meermalen die [slachtoffer 1] een sms gestuurd en
- meermalen contact opgenomen met het werk van die [slachtoffer 1] en een familielid van die [slachtoffer 1], te weten [slachtoffer 2].
Het hof acht niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezenverklaard, zodat deze daarvan behoort te worden vrijgesproken.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
het onder 1 bewezen verklaarde levert op:
smaadschrift.
het onder 2 bewezen verklaarde levert op:
eenvoudige belediging, meermalen gepleegd.
het onder 3 bewezen verklaarde levert op:
belaging.
Strafbaarheid van de verdachte
Verdachte is strafbaar aangezien geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die verdachte niet strafbaar zou doen zijn.
Oplegging van straf en/of maatregel
De hierna te melden strafoplegging is in overeenstemming met de aard en de ernst van het bewezenverklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan, mede gelet op de persoon van verdachte, zoals van een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan belediging en bedreiging van aangeefster [slachtoffer 1]. Verdachte heeft door aldus te handelen een inbreuk gemaakt op de persoonlijke levenssfeer van [slachtoffer 1]. Tevens heeft verdachte zich schuldig gemaakt aan het verspreiden van een geschrift waarin de eer en de goede naam van [slachtoffer 1] wordt aangetast. Uit het dossier komt naar voren dat de beschuldigingen diep hebben ingegrepen in het leven van [slachtoffer 1], terwijl ze zich hiertegen niet of nauwelijks heeft kunnen verdedigen. Het hof houdt verdachte hier verantwoordelijk voor.
Het hof heeft bij de bepaling van de straf tevens gelet op een verdachte betreffend uittreksel uit de Justitiële Documentatie van 28 juli 2011, waaruit blijkt dat verdachte eerder onherroepelijk is veroordeeld.
Het feit dat verdachte noch ter zitting van de politierechter als ter zitting van het hof is verschenen brengt mee dat het hof zich op basis van de stukken die zich in het dossier bevinden informeert omtrent de persoon van verdachte. Uit de door verdachte afgelegde verklaringen bij de politie leidt het hof af dat verdachte weinig tot geen inzicht heeft in het kwalijke en de impact van zijn handelen.
Gelet op het feit dat verdachte bij de politie heeft aangegeven dat hij veel stress ervaart is het hof van oordeel dat het niet opportuun is aan verdachte een werkstraf - zoals geëist door de advocaat-generaal - op te leggen. De kans lijkt thans reëel dat verdachte gezien zijn persoonlijke omstandigheden deze straf niet naar behoren kan verrichten. Het hof is voorts van mening dat een werkstraf verdachte er wellicht ook niet van zal weerhouden zich in de toekomst wederom schuldig te maken aan strafbare feiten. Zeker nu uit de informatie van de advocaat-generaal aannemelijk is geworden dat verdachte na de bewezen verklaarde feiten wederom telefonisch contact met [slachtoffer 1] zoekt.
Gezien de ernst van de bewezen verklaarde feiten en verdachtes genoemde gebrek aan inzicht in het kwalijke van zijn handelen en de impact daarvan, is een voorwaardelijke gevangenisstraf passend en geboden. Een werkstraf, zoals door de advocaat-generaal is geëist, is niet aan de orde.
Deze voorwaardelijke straf dient verdachte er bovendien van te weerhouden zich in de toekomst wederom schuldig te maken aan dergelijke feiten. Het hof zal tevens als bijzonder voorwaarde aan verdachte een contactverbod opleggen, teneinde verdachte duidelijk te maken dat hij op geen enkele manier nog contact mag zoeken met [slachtoffer 1] en haar familie.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
Het hof heeft gelet op de artikelen 14a, 14b, 14c, 57, 261, 266 en 285b van het Wetboek van Strafrecht.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij golden ten tijde van het bewezenverklaarde.
BESLISSING
Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart het onder 1, 2 en 3 bewezen verklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar.
Veroordeelt de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 1 (één) maand.
Bepaalt dat de gevangenisstraf niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van 2 (twee) jaren aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt dan wel de hierna te noemen bijzondere voorwaarde(n) niet heeft nageleefd.
Stelt als bijzondere voorwaarde.
dat de veroordeelde op geen enkele wijze (middelijk dan wel onmiddellijk) contact mag opnemen met het slachtoffer [slachtoffer 1] en haar familie, noch in persoon noch via (een) ander(en), noch telefonisch, per sms, per post, per e-mail of op andere wijze (contactverbod).
Aldus gewezen door
mr. J. Hielkema, voorzitter,
mr. J. Dolfing en mr. J.P. van Stempvoort, raadsheren,
in tegenwoordigheid van H. Pool, griffier,
en op 19 september 2011 ter openbare terechtzitting uitgesproken.
Mr. Van Stempvoort, voornoemd is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.