ECLI:NL:GHLEE:2011:BU6824

Gerechtshof Leeuwarden

Datum uitspraak
5 december 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
24-000591-11
Instantie
Gerechtshof Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep inzake ernstige vermogenscriminaliteit met meerdere diefstallen en pogingen tot diefstal

In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 5 december 2011 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Groningen. De verdachte is veroordeeld voor ernstige vermogenscriminaliteit, waaronder meerdere diefstallen van trekkers, opleggers en ladingen van transportbedrijven, alsook pogingen tot diefstal. De feiten vonden plaats tussen 2002 en 2009, waarbij de verdachte samen met medeverdachten op systematische wijze te werk ging. Ze selecteerden transportbedrijven en bezochten deze 's nachts met een huurauto om goederen te stelen. De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan diefstal door middel van braak, inklimming en valse sleutels. Het hof heeft de betrouwbaarheid van de verklaringen van medeverdachten bevestigd en de onrechtmatigheid van het verkregen bewijs besproken. De verdachte is veroordeeld tot een gevangenisstraf van vijf jaar, waarbij de schadevergoeding aan benadeelde partijen is toegewezen. Het hof heeft de vorderingen van de benadeelde partijen beoordeeld en toegewezen, met uitzondering van enkele onderdelen die als onevenredig belastend voor het strafgeding werden beschouwd. De uitspraak benadrukt de ernst van de gepleegde feiten en de recidive van de verdachte.

Uitspraak

Gerechtshof Leeuwarden
Sector strafrecht
Parketnummer: 24-000591-11
Uitspraak d.d.: 5 december 2011
TEGENSPRAAK
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken
gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Groningen van 7 maart 2011 in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [1984],
thans verblijvende in PI Zuid West - De Dordtse Poorten te Dordrecht.
Het hoger beroep
De verdachte heeft tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van het hof van 28 april 2011, 21 november 2011 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422 van het Wetboek van Strafvordering, het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, strekkende tot veroordeling van verdachte ter zake het onder 1, 2, 3, 4, 6, 7, 8, 9, 10 primair, 11 primair, 12, 15 subsidiair, 16, 17, 18 primair, 19, 20, 21 primair en 23 primair ten laste gelegde tot een gevangenisstraf van 5 jaren, met aftrek van het voorarrest, en tot toewijzing van de vorderingen van de benadeelde partijen met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel zoals door de rechtbank in eerste aanleg is gedaan. Deze vordering is na voorlezing aan het hof overgelegd.
Het hof heeft voorts kennis genomen van hetgeen door verdachte en zijn raadsman, mr. J.P. Plasman, naar voren is gebracht.
Ontvankelijkheid van het hoger beroep
Voor zover het hoger beroep van verdachte is gericht tegen de vrijspraak van het onder 5 primair, 5 subsidiair, 13, 14, 22, 24 primair en 24 subsidiair ten laste gelegde, kan de verdachte daarin niet worden ontvangen.
Het vonnis waarvan beroep
Het hof zal het vonnis waarvan beroep vernietigen omdat het tot een andere bewijsbeslissing komt en daarom opnieuw rechtdoen.
De tenlastelegging
Aan verdachte is - na wijziging van de tenlastelegging ter terechtzitting in eerste aanleg en voor zover aan het oordeel van het hof onderworpen - tenlastegelegd dat:
1.
hij in of omstreeks de periode van 28 maart 2009 tot en met 29 maart 2009 te [plaats 1], althans in de gemeente [gemeente 1], tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit/vanaf een bedrijfsterrein aan de [straat] heeft weggenomen een oplegger (met het kenteken [kenteken]) en/of een grote hoeveelheid cosmetica- en/of toiletartikelen (ter waarde van euro 47.572,-), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [bedrijf 8] en/of [bedrijf 1], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking, inklimming en/of een valse sleutel;
Zakendossier 001, Zaak 1, aangifte pagina 3019
2.
hij in of omstreeks de periode van 28 maart 2009 tot en met 29 maart 2009 te [plaats 1], althans in de gemeente [gemeente 1], tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening vanaf een bedrijfsterrein aan de [straat] heeft weggenomen een trekker (merk Volvo, voorzien van kenteken [kenteken]), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde 4], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of die weg te nemen trekker onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking, inklimming en/of een valse sleutel;
Zakendossier 001, Zaak 1, aangifte pagina 3040
3.
hij in of omstreeks de periode van 28 maart 2009 tot en met 29 maart 2009 in de gemeente [gemeente 2] ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening vanaf een bedrijfsterrein aan de [straat] weg te nemen een vrachtauto, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde 3], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) en zich daarbij de toegang tot die vrachtauto te verschaffen en/of die/dat weg te nemen vrachtauto, althans die/dat goed(eren), onder zijn/hun bereik te brengen door middel van braak, verbreking en/of inklimming, met een of meer van zijn mededader(s), althans alleen die vrachtauto is/zijn ingeklommen en/of binnengestapt en/of het contactslot heeft/hebben verbroken en/of geforceerd en/of het middenconsole heeft/hebben verbroken en/of losgetrokken en/of de bedrading heeft/hebben blootgelegd, zijnde de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet voltooid;
Zakendossier 002, Zaak 2, aangifte pagina 3516
4.
hij in of omstreeks de periode van 18 april 2009 tot en met 19 april 2009 in de gemeente [plaats 12], tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit/vanaf een bedrijfspand en/of een of meerdere op een bedrijfsterrein aan de [straat] geparkeerde trekkers en/of opleggers heeft weggenomen 34.500, althans een of meer, pakken sigaretten en/of een printer en/of een puzzel en/of een of meerdere elektrische tandenborstels, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde 1] en/of [bedrijf 9] en/of [bedrijf 10] en/of [benadeelde 2], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking, inklimming en/of een valse sleutel;
Zakendossier 004, Zaak 8, aangifte pagina 4526
6.
hij op of omstreeks 05 oktober 2007 in de gemeente [gemeente 4] tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit/vanaf een bedrijfsterrein aan de [straat] heeft weggenomen een trekker (voorzien van kenteken [kenteken]), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [bedrijf 11], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking, inklimming en/of een valse sleutel;
Zakendossier 006 (VUUR), Zaak 27.2, aangifte pagina 5089
7.
hij op of omstreeks 05 oktober 2007 te [plaats 2], althans in de gemeente [gemeente 5], tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit/vanaf een bedrijfsterrein aan de [straat] heeft weggenomen een trailer/oplegger (voorzien van kenteken [kenteken]) en/of 27, althans een of meerdere, pallets met (sterke) drank, althans een grote hoeveelheid flessen (sterke)drank, (ter waarde van 150.000,- euro), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [bedrijf 12] en/of [bedrijf 13], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking, inklimming en/of een valse sleutel;
Zaakdossier 006 (Vuur), Zaak 27.2, aangifte pagina 5105
8.
hij op of omstreeks 30 juni 2007 in de gemeente [gemeente 6] tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning aan de [straat] heeft weggenomen een of meerdere mobiele telefoons, een navigatiesysteem, een spelcomputer, een of meerdere computerspellen, een MP3 speler, een of meerdere sieraden, een fototoestel, een of meerdere portemonnaie's met inhoud, een dvd speler, een laptop, een paspoort (op naam van [slachtoffer 1]) en/of parfums, in elk geval enig goed, en/of geld, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 1], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
Zakendossier 006 (Vuur), Zaak 27.1, aangifte pagina 5043
9.
hij op of omstreeks 27 maart 2004 in de gemeente [gemeente 7] tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een op een parkeerplaats op of aan de A28 geparkeerde trekker met oplegger heeft weggenomen 20, althans een of meerdere dozen (met een onbekende inhoud), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [bedrijf 14] en/of [bedrijf 15], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
Zakerndossier 006 (Vuur), Zaak 27-4, aangifte pagina 5213
10.
hij in of omstreeks de periode van 18 maart 2007 tot en met 19 maart 2007 in de gemeente [gemeente 8] tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening vanaf een bedrijfsterrein aan de [straat] heeft weggenomen een bestelbus (merk Iveco, kenteken [kenteken]), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 2] en/of [bedrijf 16], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of die/dat weg te nemen bestelbus onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking, inklimming en/of een valse sleutel;
Zakendossier 006 (Vuur), Zaak 27.5, aangifte pagina 5227
althans, indien terzake het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen, dat
hij in of omstreeks de periode van 18 maart 2007 tot en met 19 maart 2007 in de gemeente(n) [gemeente 8] en/of [gemeente 9], in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, een bestelbus (merk Iveco, kenteken [kenteken]) heeft verworven, voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen, terwijl hij en/of zijn mededader(s) ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van die bestelbus wist(en) dat het (een) door misdrijf verkregen goed(eren) betrof;
Zakendossier 006 (Vuur), Zaak 27.5, aangifte pagina 5227
althans, indien terzake het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen, dat
hij in of omstreeks de periode van 18 maart 2007 tot en met 19 maart 2007 in de gemeente(n) [gemeente 8] en/of [gemeente 9], in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, een bestelbus (merk Iveco, kenteken [kenteken]) heeft verworven, voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen, terwijl hij en/of zijn mededader(s) ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van die bestelbus redelijkerwijs had(den) moeten vermoeden dat het (een) door misdrijf verkregen goed(eren) betrof;
Zakendossier 006 (Vuur), Zaak 27.5, aangifte pagina 5227
11.
hij in of omstreeks de periode van 17 maart 2007 tot en met 19 maart 2007 te [plaats 3], althans in de gemeente [gemeente 10], tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening vanaf een (afgesloten) parkeerterrein aan de [straat] heeft weggenomen een aanhangwagen (merk Sallas, kenteken [kenteken]), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 3], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of die/dat weg te nemen aanhangwagen onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking, inklimming en/of een valse sleutel;
Zakendossier 006 (Vuur), Zaak 27.5, aangifte pagina 5232
althans, indien terzake het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen, dat
hij in of omstreeks de periode van 17 maart 2007 tot en met 19 maart 2007 te [plaats 3], althans in de gemeente [gemeente 10] en/of in de gemeente [gemeente 9], in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, een aanhangwagen (merk Sallas, kenteken [kenteken]) heeft verworven, voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen, terwijl hij en/of zijn mededader(s) ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van die aanhangwagen wist(en) dat het (een) door misdrijf verkregen goed(eren) betrof;
Zakendossier 006 (Vuur), Zaak 27.5, aangifte pagina 5232
althans, indien terzake het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen, dat
hij in of omstreeks de periode van 17 maart 2007 tot en met 19 maart 2007 te [plaats 3], althans in de gemeente [gemeente 10] en/of in de gemeente [gemeente 9], in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, een aanhangwagen (merk Sallas, kenteken [kenteken]) heeft verworven, voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen, terwijl hij en/of zijn mededader(s) ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van die aanhangwagen redelijkerwijs had(den) moeten vermoeden dat het (een) door misdrijf verkregen goed(eren) betrof;
Zakendossier 006 (Vuur), Zaak 27.5, aangifte pagina 5232
12.
hij in of omstreeks de periode van 16 juli 2007 tot en met 17 juli 2007 in de gemeente [gemeente 11] tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit/vanaf één of meerdere op een bedrijfsterrein aan de [straat] geparkeerde trekkers met oplegger, althans vrachtauto's, heeft weggenomen een of meer verzorgingsproducten en/of toiletartikelen, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde 5], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking,
inklimming en/of een valse sleutel;
Zakendossier 006 (Vuur), Zaak 27.8, aangifte pagina 5331
15.
hij op of omstreeks 18 augustus 2007 te [plaats 4], althans in de gemeente [gemeente 12], tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit/vanaf een bedrijfsterrein aan de [straat] heeft weggenomen een (personen)auto (merk BMW, type 530d touring, kenteken [kenteken]), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [bedrijf 17] en/of [bedrijf 18], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking, inklimming en/of een valse sleutel; Zakendossier 006 (Vuur), Zaak 27.9, aangifte pagina 5361
althans, indien terzake het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen, dat
hij in of omstreeks de periode van 18 augustus 2007 tot en met 3 september 2007 te [plaats 4], althans in de gemeente [gemeente 12] en/of in de gemeente [gemeente 13], in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, een (personen)auto (merk BMW, type 530d touring, kenteken [kenteken]) heeft verworven, voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen, terwijl hij en/of zijn mededader(s) ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van die (personen)auto wist(en) dat het (een) door misdrijf verkregen goed(eren) betrof;
Zakendossier 006 (Vuur), Zaak 27.9, aangifte pagina 5361
althans, indien terzake het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen, dat
hij in of omstreeks de periode van 18 augustus 2007 tot en met 3 september 2007 te [plaats 4], gemeente [gemeente 12] en/of gemeente [gemeente 13], in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, een (personen)auto (merk BMW, type 530d touring, kenteken [kenteken]) heeft verworven, voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen, terwijl hij en/of zijn mededader(s) ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van die (personen)auto redelijkerwijs had(den) moeten vermoeden dat het (een) door misdrijf verkregen goed(eren) betrof;
Zakendossier 006 (Vuur), Zaak 27.9, aangifte pagina 5361
16.
hij op of omstreeks 03 september 2007 in de gemeente [gemeente 13] ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een (winkel)pand aan de [straat] weg te nemen geld en/of goederen van zijn/hun gading, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde 6], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) en zich daarbij de toegang tot dat (winkel)pand te verschaffen en/of die/dat weg te nemen geld en/of goederen, althans die/dat goed(eren), onder zijn/hun bereik te brengen door middel van braak, verbreking en/of inklimming, met een of meer van zijn mededader(s), althans alleen met een (personen)auto, althans een zwaar en/of groot voorwerp, tegen de voorgevel en/of een of meer deuren van dat (winkel)pand is/zijn gereden en/of door een ontstane opening dat (winkel)pand is/zijn binnengegaan en/of (vervolgens) met één of meerdere (breek)voorwerpen een kluis heeft/hebben geforceerd, zijnde de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet voltooid;
Zakendossier 006 (Vuur), Zaak 27.9, aangifte pagina 5341
17.
hij op of omstreeks 29 augustus 2007 te [plaats 5], althans in de gemeente [gemeente 14], tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een (winkel)pand aan de [straat] heeft weggenomen 4, althans één of meerdere gameboy's en/of 40, althans één of meerdere gameboyspelletjes, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [bedrijf 3], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
Zakendossier 0006 (Vuur), Zaak 27.10, aangifte pagina 5411
18.
hij op of omstreeks 20 februari 2007 in de gemeente [gemeente 15] tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een (bedrijfs)pand aan [straat] heeft weggenomen een bestelbus (merk Iveco, kenteken [kenteken]), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [bedrijf 19], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking, inklimming en/of een valse sleutel;
Zakendossier 006 (Vuur), Zaak 27.11, aangifte pagina 5466
althans, indien terzake het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen, dat
hij in of omstreeks de periode van 20 februari 2007 tot en met 21 februari 2007 in de gemeente [gemeente 15] en/of te [plaats 6], in de gemeente [gemeente 16], in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, een bestelbus (merk Iveco, kenteken [kenteken]) heeft verworven, voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen, terwijl hij en/of zijn mededader(s) ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van die bestelbus wist(en) dat het (een) door misdrijf verkregen goed(eren) betrof;
Zakendossier 006 (Vuur), Zaak 27.11, aangifte pagina 5466
althans, indien terzake het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen, dat
hij in of omstreeks de periode van 20 februari 2007 tot en met 21 februari 2007 in de gemeente [gemeente 15] en/of te [plaats 6], in de gemeente [gemeente 16], in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, een bestelbus (merk Iveco, kenteken [kenteken]) heeft verworven, voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen, terwijl hij en/of zijn mededader(s) ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van die bestelbus redelijkerwijs had(den) moeten vermoeden dat het (een) door misdrijf verkregen goed(eren) betrof;
Zakendossier 006 (Vuur), Zaak 27.11, aangifte pagina 5466
19.
hij op of omstreeks 25 oktober 2002 in de gemeente [gemeente 9] ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening weg te nemen een bij een woning op of aan de [straat] geparkeerde auto, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] e.v. [slachtoffer 5], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) en die/dat weg te nemen auto, althans die/dat goed(eren), onder zijn/hun bereik te brengen door middel van een valse sleutel, met een of meer van zijn mededader(s), althans alleen van die auto de autosleutels heeft/hebben gestolen en/of met die gestolen autosleutels een autoportier heeft/hebben geopend en/of in die auto is/zijn gaan zitten en/of (vervolgens) met die gestolen autosleutel heeft/hebben getracht die auto te starten, zijnde de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet voltooid, alleen tengevolge van de van zijn wil onafhankelijke omstandigheid dat hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) die auto niet konden starten en/althans niet met die auto kon(den) wegrijden, in elk geval alleen tengevolge van een van zijn wil onafhankelijke omstandigheid;
(Zaak 27.12, aangifte blz 5486 in samenhang met blz 5491)
20.
hij op of omstreeks 25 oktober 2002 te gemeente [gemeente 9] tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning aan de [straat] heeft weggenomen (een) autosleutel(s), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 6], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
Zakendossier 006 (Vuur), Zaak 27.12, aangifte pagina 5486
21.
hij in of omstreeks de periode van 11 april 2009 tot en met 12 april 2009 te [plaats 7], althans in de gemeente [gemeente 17], ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit acht, althans een of meerdere, op een bedrijfsterrein aan de [adres] geparkeerde opleggers, voorzien van (een) dekzeil(en), weg te nemen goederen en/of geld van zijn/hun gading, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [bedrijf 5], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) en zich daarbij de toegang tot die opleggers te verschaffen en/of die/dat weg te nemen goederen en/of geld, althans die/dat goed(eren), onder zijn/hun bereik te brengen door middel van braak, verbreking en/of inklimming, met een of meer van zijn mededader(s), althans alleen, over een hekwerk is/zijn geklommen en/of het bedrijfsterrein is /zijn opgelopen en/of (vervolgens) met (een) scherp(e) voorwerp(en) in het/de dekzeil(en) van die opleggers heeft/hebben gesneden en/of (vervolgens) door die ontstane opening(en) in de laadruimte(n) heeft/hebben gekeken, zijnde de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet voltooid;
Zakendossier 003, Zaak 3, aangifte pagina 4024
althans, indien terzake het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen, dat
hij in of omstreeks de periode van 11 april 2009 tot en met 12 april 2009 te [plaats 7], althans in de gemeente [gemeente 17], tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk en wederrechtelijk een of meerdere dekzeilen, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [bedrijf 5], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), heeft vernield en/of beschadigd en/of onbruikbaar gemaakt;
Zakendossier 003, Zaak 3, aangifte pagina 4024
23.
hij in of omstreeks de periode van 11 april 2009 tot en met 12 april 2009 te [plaats 8], althans in de gemeente [gemeente 18], ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit 28, althans een of meerdere, op een bedrijfsterrein aan de [straat], geparkeerde trekkers en/of opleggers, voorzien van (een) dekzeil(en) weg te nemen goederen en/of geld van zijn/hun gading, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [bedrijf 6], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) en zich daarbij de toegang tot die trekkers en/of opleggers te verschaffen en/of die/dat weg te nemen goederen en/of geld, althans die/dat goed(eren), onder zijn/hun bereik te brengen door middel van braak, verbreking en/of inklimming, met een of meer van zijn mededader(s), althans alleen, met (een) scherp(e) voorwerp(en) in het/de dekzeil(en) van die opleggers heeft/hebben gesneden en/of (vervolgens) door die ontstane opening(en) in de laadruimte(n) heeft/hebben gekeken, zijnde de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet voltooid;
Zakendossier 003, Zaak 6, aangifte pagina 4056
althans, indien terzake het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen, dat
hij in of omstreeks de periode van 11 april 2009 tot en met 12 april 2009 te [plaats 8], althans in de gemeente [gemeente 18], tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk en wederrechtelijk een of meerdere dekzeilen, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [bedrijf 7], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), heeft vernield en/of beschadigd en/of onbruikbaar gemaakt;
Zakendossier 003, Zaak 6, aangifte pagina 4056.
Indien in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Overwegingen met betrekking tot de rechtmatigheid van het verkregen bewijs
De Volkswagen Polo met kenteken [kenteken] is twee keer door de politie staande gehouden: de eerste keer op 2 april 2009 te [plaats 9] en daarna nogmaals op 12 april 2009 te [plaats 10]. Beide keren zaten, onder andere, verdachte en medeverdachte [medeverdachte] in de auto. Beide keren hebben verbalisanten aan zowel de bestuurder als de inzittenden gevraagd zich te legitimeren. Beide controles hebben uiteindelijk geleid tot het maken van kopieën dan wel foto's van documenten en goederen zonder deze in beslag te nemen.
De verdediging heeft zich op het standpunt gesteld dat de verkrijging van vorengenoemde kopieën en foto's onrechtmatig is geweest en dat daardoor de verdenking op onrechtmatige wijze is ontstaan. De raadsman heeft bepleit dat dit dient te leiden tot niet-ontvankelijk verklaring van het openbaar ministerie in de vervolging dan wel tot bewijsuitsluiting van de onrechtmatig verkregen gegevens en het daardoor verkregen overige bewijs dan wel tot strafvermindering.
Volgens de verdediging bestaat de onrechtmatigheid hierin dat er zonder redelijke verdenking stukken in beslag zijn genomen. Het fotograferen en kopiëren van zaken moet volgens de raadsman worden gezien als inbeslagname van de inhoud van die zaken.
Het hof overweegt daarover het volgende.
Ten aanzien van de controle op 2 april 2009 blijkt uit het proces-verbaal van bevindingen d.d. 7 april 2009 dat de politie op 2 april 2009 verdachte [medeverdachte] heeft aangehouden voor het opgeven van een valse naam. Tijdens de insluitingsfouillering trof de verbalisant onder meer een lijst aan met daarop namen van groothandel- en transportbedrijven in Noord-Nederland. Van deze lijst is een kopie gemaakt.
Ten aanzien van de controle op 12 april 2009 blijkt uit het proces-verbaal van bevindingen d.d. 3 mei 2009 dat de politie op 12 april 2009 de Volkswagen Polo een stopteken heeft gegeven. Alle inzittenden is naar hun legitimatie gevraagd. Eén van hen - [inzittende] - bleek gesignaleerd te staan in het opsporingsregister ter zake van een niet onherroepelijk vonnis, waarop van hem gevorderd werd mee te gaan naar het bureau voor de uitreiking van het vonnis. Aangezien uit dat vonnis bleek dat [inzittende] was veroordeeld voor het vervoeren van inbrekerswerktuig, werd aan de bestuurder - medeverdachte [medeverdachte] - toestemming gevraagd om de auto te doorzoeken. [medeverdachte] gaf hiervoor toestemming. In de auto werden onder andere een inschrijvingsformulier voor het verblijf in een bungalowpark in [plaats 11], enkele lege verpakkingen voor mobiele telefoons en lijstjes met daarop adressen van transportbedrijven aangetroffen. Van de aangetroffen verpakkingen en papieren heeft de politie foto's en kopieën gemaakt.
Het karakter van de controles en de reden(en) voor het geven het stopteken, kan naar het oordeel van het hof in het midden blijven. Gelet op de gebeurtenissen na het geven van het stopteken (op zowel 2 als op 12 april 2009) kan niet worden gezegd dat het aantreffen van de betreffende papieren het rechtstreekse gevolg is geweest van een eventueel onbevoegd gegeven stopteken. Immers werd [medeverdachte] (op 2 april) aangehouden voor het opgeven van een valse naam en werd de lijst nadien aangetroffen bij zijn insluitingsfouillering. Op 12 april 2009 gaf [medeverdachte] zelf toestemming voor het doorzoeken van de auto, waarna de betreffende papieren en verpakkingen werden aangetroffen. In het kader van hun algemene opsporingsbevoegdheid mochten de opsporingsambtenaren vervolgens hun waarnemingen omtrent de aldus aangetroffen documenten en objecten - die op zijn minst opmerkelijk zijn - vastleggen, hetgeen in dit geval is gebeurd door het maken van kopieën en foto's daarvan. Hiervoor is geen inbeslagname vereist.
Op grond van het vorenstaande is het hof van oordeel dat de betreffende kopieën en foto's rechtmatig zijn verkregen. Het verweer van de raadsman strekkende tot niet-ontvankelijk verklaring van het openbaar ministerie dan wel tot bewijsuitsluiting dan wel tot strafvermindering wordt verworpen.
ANPR-registraties
Tevens stelt de verdediging zich op het standpunt dat het door de politie gedane onderzoek op 23 april 2009 aan de hand van ANPR(Automatic Number Plate Recognition) gegevens tot niet-ontvankelijkheid van het openbaar ministerie moet leiden.
Het hof overweegt hieromtrent het volgende.
Overeenkomstig artikel 3, eerste lid, van de Wet politiegegevens (Wpg) worden politiegegevens slechts verwerkt voor zover dit noodzakelijk is voor de bij of krachtens deze wet geformuleerde doeleinden. Op grond van artikel 3, tweede lid, van de Wpg worden politiegegevens slechts verwerkt voor zover zij rechtmatig zijn verkregen en, gelet op de doeleinden waarvoor zij worden verwerkt, toereikend, ter zake dienend en niet bovenmatig zijn.
In artikel 8, zesde lid, Wpg is bepaald dat de politiegegevens, die zijn verwerkt op grond van het eerste, tweede en derde lid, worden vernietigd zodra zij niet langer noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de dagelijkse politietaak en worden in ieder geval uiterlijk vijf jaar na de datum van eerste verwerking verwijderd.
Bij automatische nummerplaatherkenning worden kentekens gescand en vervolgens vergeleken met een vergelijkingsbestand waarin kentekens voorkomen die bij de politie bekend zijn. Wanneer een kenteken voorkomt in het vergelijkingsbestand dan is sprake van een hit en wordt informatie toegevoegd aan de informatie in het vergelijkingsbestand. Deze informatie kan verder worden verwerkt, ook ten behoeve van gericht politieonderzoek. Komt het kenteken niet voor dan is sprake van een no-hit, in dat geval verrijkt het geregistreerde kenteken geen andere informatie. Ingevolge artikel 8, zesde lid, van de Wpg dient de registratie van het kenteken in de ANPR te worden vernietigd, omdat het niet noodzakelijk is voor de uitvoering van de dagelijkse politietaak. Een expliciete wettelijke grondslag voor het bewaren van dergelijke gegevens ontbreekt.
In het onderhavige geval is in het opsporingsonderzoek op 23 april 2009 nagegaan of ter zake van het kenteken [kenteken] sprake was van ANPR registraties in de database van het ANPR-systeem te [gemeente 7].
Niet blijkt, dat bij de eerdere bestandsvergelijking sprake was geweest van (een) hit(s), zodat ervan uit moet worden gegaan dat de registraties van het kenteken [kenteken] ten onrechte, want zonder expliciete wettelijke basis, zijn bewaard, net zoals de (bijbehorende) fotografische opnamen van (het kenteken van) de desbetreffende auto.
Het desondanks bewaren van dit materiaal en ter beschikking stellen voor verdere verwerking, namelijk voor opsporingsdoeleinden, zoals dat in casu is gebeurd, is onrechtmatig.
Het hof acht niet-ontvankelijkheid van het openbaar ministerie, zoals door de raadsman is bepleit, niet aan de orde, nu deze sanctie pas toegepast kan worden indien met opsporing of vervolging belaste ambtenaren ernstige inbreuken hebben gemaakt op de beginselen van een behoorlijke procesorde waardoor doelbewust of met grove veronachtzaming van de belangen van de verdachte aan diens recht op een eerlijke behandeling van zijn zaak is tekortgedaan. Van dergelijke feiten en omstandigheden is het hof niet gebleken. Het hof is van oordeel dat - mede in aanmerking genomen dat de ANPR-informatie geen doorslaggevende betekenis heeft gehad bij het onderhavige opsporingsonderzoek en het hof deze informatie niet voor het bewijs zal gebruiken - kan worden volstaan met de constatering dat de ANPR-informatie onrechtmatig is verkregen.
Overwegingen met betrekking tot het bewijs van de tenlastegelegde feiten
Het hof acht niet wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder 15 primair, 15 subsidiair, 15 meer subsidiair, 18 primair, 18 subsidiair en 18 meer subsidiair tenlastegelegde heeft begaan, zodat verdachte daarvan behoort te worden vrijgesproken.
Ten aanzien van het onder 18 tenlastegelegde overweegt het hof het volgende.
Er is een onderzoek ingesteld naar de in de asbak van de gestolen bestelauto aangetroffen sigarettenfilter (dossier pagina 5469). Verbalisant [verbalisant 2] heeft de sigarettenfilter veiliggesteld voor DNA-onderzoek in een DNA-kit met zegel [nummer]. Deze DNA-sporendrager is op 7 mei 2011 door de Technische recherche ontvangen (dossier pagina 5475). Op 11 mei 2007 ontving verbalisant [verbalisant 1] (Technische Recherche) van een medewerker van de politie te [plaats 6] een DNA-kit met een sporendrager met de spooromschrijving 'peuk' in verband met diefstal van een motorvoertuig. Dit sporenmateriaal krijgt het zegel [nummer] (dossier pagina 5473) en is onderzocht door NFI. Het onderzoek van het NFI resulteert in een match tussen DNA-profiel op de onderzochte peuk en DNA-profiel van verdachte [verdachte].
Maar niet is vast te stellen dat de DNA-kit met zegel [nummer] en de DNA-kit met zegel [nummer] dezelfde zijn. Met andere woorden, het verband tussen de aangetroffen sigarettenfilter in de gestolen bestelbus en de door het NFI onderzochte peuk ontbreekt.
Het vorenstaande in aanmerking nemende is, naar het oordeel van het hof, het onder 18 tenlastegelegde niet wettig en overtuigend bewezen.
Het hof is voorts van oordeel dat de door de verdediging gevoerde verweren strekkende tot vrijspraak van de overige tenlastegelegde feiten worden weersproken door de gebezigde bewijsmiddelen, zoals deze later in de eventueel op te maken aanvulling op dit arrest zullen worden opgenomen. Het hof heeft geen reden om aan de juistheid en betrouwbaarheid van de inhoud van die bewijsmiddelen te twijfelen.
Het hof overweegt daarbij het volgende met betrekking tot het verweer van de verdediging dat de verklaringen van medeverdachte [medeverdachte] niet betrouwbaar zouden zijn.
De rechtbank heeft in haar vonnis hierover het volgende overwogen:
"Betrouwbaarheid verklaringen medeverdachte [medeverdachte]
De raadsman heeft aangevoerd dat de verklaringen van medeverdachte [medeverdachte] niet tot bewijs kunnen dienen, aangezien deze niet betrouwbaar zijn. De raadsman wijst daarbij op het belang dat [medeverdachte] had om zijn broertje buiten schot te houden en hem ten koste van een ander, bijvoorbeeld verdachte, te ontlasten. Daarnaast bagatelliseert [medeverdachte] zijn eigen rol in het geheel. Ten slotte heeft [medeverdachte] op een aantal punten aantoonbaar onjuist verklaard.
De rechtbank acht de verklaringen van medeverdachte [medeverdachte] betrouwbaar. [medeverdachte] heeft tijdens zijn politieverhoren belastend verklaard over verdachte, maar ook over zichzelf.
[medeverdachte] heeft uitgebreid en gedetailleerd verklaard dat en hoe hij samen met onder anderen verdachte betrokken is geweest bij de ladingdiefstal van cosmetica-artikelen te [plaats 1] en de diefstal van sigaretten te [plaats 12] en over de daarbij toegepaste modus operandi.
Volgens [medeverdachte] speelde verdachte een grote rol bij het plegen van de ten laste gelegde diefstallen en de pogingen daartoe door middel van het opensnijden van dekzeilen van opleggers. Deze twee omstandigheden, dat verdachte zichzelf niet heeft vrijgepleit en dat hij zeer gedetailleerd over de afzonderlijke feiten heeft verklaard, zijn naar het oordeel van de rechtbank sterke indicaties dat de verklaringen van [medeverdachte] op waarheid berusten. De rechtbank wordt hierin gesterkt door andere in het dossier aanwezige bewijsmiddelen die de verklaringen van [medeverdachte] ondersteunen.
Allereerst blijkt uit de aangiftes dat de (pogingen tot) diefstallen waar [medeverdachte] over verklaart, daadwerkelijk hebben plaatsgevonden. In de tweede plaats vinden deze verklaringen steun in de in het dossier aangetroffen bewijsmiddelen, onder meer bestaande uit het proces-verbaal van bevindingen ten aanzien van de printgegevens van enkele mobiele telefoons en het proces-verbaal van bevindingen met betrekking tot de track & trace-gegevens van de Volkswagen Polo.
Dat [medeverdachte] zou proberen zijn broertje te ontlasten en zijn eigen rol in het geheel lijkt te bagatelliseren doet niet af aan de betrouwbaarheid van zijn verklaringen met betrekking tot de (pogingen tot) diefstal waarover hij heeft verklaard.
Een en ander heeft de rechtbank er wel toe gebracht terughoudendheid te betrachten bij het toekennen van gewicht aan alle onderdelen van de verklaringen van [medeverdachte] en met name te letten op de aanwezigheid van zo objectief mogelijke aanknopingspunten die het relaas van [medeverdachte] zouden kunnen ondersteunen."
Het hof volgt de rechtbank in haar vorengenoemde overwegingen en acht de verklaringen van medeverdachte [medeverdachte] betrouwbaar.
Bewezenverklaring
Door wettige bewijsmiddelen, waarbij de inhoud van elk bewijsmiddel - ook in onderdelen - slechts wordt gebezigd tot het bewijs van dat tenlastegelegde feit waarop het blijkens de inhoud kennelijk betrekking heeft, en waarin zijn vervat de redengevende feiten en omstandigheden waarop de bewezenverklaring steunt, heeft het hof de overtuiging verkregen en acht het hof wettig bewezen, dat verdachte het onder 1, 2, 3, 4, 6, 7, 8, 9, 10 primair, 11 primair, 12, 16, 17, 19, 20, 21 primair en 23 primair tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande, dat:
1.
hij in de periode van 28 maart 2009 tot en met 29 maart 2009 te [plaats 1], tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening vanaf een bedrijfsterrein aan de [straat] heeft weggenomen een oplegger en een grote hoeveelheid cosmetica- en/of toiletartikelen (ter waarde van euro 47.572,-), toebehorende aan [bedrijf 8] en [bedrijf 1], waarbij verdachte en zijn mededaders zich de toegang tot de plaats des misdrijfs hebben verschaft en de weg te nemen goederen onder hun bereik hebben gebracht door middel van braak;
2.
hij in de periode van 28 maart 2009 tot en met 29 maart 2009 te [plaats 1], tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening vanaf een bedrijfsterrein aan de [straat] heeft weggenomen een trekker (merk Volvo, voorzien van kenteken [kenteken]), toebehorende aan [benadeelde 4], waarbij verdachte en zijn mededaders zich de toegang tot de plaats des misdrijfs hebben verschaft en die weg te nemen trekker onder hun bereik hebben gebracht door middel van braak;
3.
hij in de periode van 28 maart 2009 tot en met 29 maart 2009 in de gemeente [gemeente 2] ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening vanaf een bedrijfsterrein aan de [straat] weg te nemen een vrachtauto, toebehorende aan [benadeelde 3] en zich daarbij de toegang tot die vrachtauto te verschaffen en die weg te nemen vrachtauto, onder hun bereik te brengen door middel van braak en inklimming, met een of meer van zijn mededaders die vrachtauto is ingeklommen en het contactslot heeft verbroken en het middenconsole heeft losgetrokken en de bedrading heeft blootgelegd, zijnde de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet voltooid;
4.
hij in de periode van 18 april 2009 tot en met 19 april 2009 in de gemeente [plaats 12], tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een bedrijfspand en een of meerdere op een bedrijfsterrein aan de [straat] geparkeerde opleggers heeft weggenomen 34.500 pakken sigaretten en een printer en een puzzel en meerdere elektrische tandenborstels, toebehorende aan [benadeelde 1] en/of [bedrijf 9] en/of [bedrijf 10] en/of [benadeelde 2], waarbij verdachte en zijn mededaders zich de toegang tot de plaats des misdrijfs hebben verschaft en de weg te nemen goederen onder hun bereik hebben gebracht door middel van braak;
6.
hij op 05 oktober 2007 in de gemeente [gemeente 4], met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening vanaf een bedrijfsterrein aan de [straat] heeft weggenomen een trekker (voorzien van kenteken [kenteken]), toebehorende aan [bedrijf 11], waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak, inklimming en een valse sleutel;
7.
hij op 05 oktober 2007 te [plaats 2], met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening vanaf een bedrijfsterrein aan de [straat] heeft weggenomen een trailer/oplegger (voorzien van kenteken [kenteken]) en 27 pallets met sterke drank (ter waarde van 150.000,- euro), toebehorende aan [bedrijf 12] en/of [bedrijf 13], waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft verschaft en de weg te nemen goederen onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak;
8.
hij op 30 juni 2007 in de gemeente [gemeente 6] tezamen en in vereniging met een ander, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een woning aan de [straat] heeft weggenomen meerdere mobiele telefoons, een navigatiesysteem, een spelcomputer, meerdere computerspellen, een MP3 speler, meerdere sieraden, een fototoestel, meerdere portemonnaie's met inhoud, een dvd speler, een laptop, een paspoort (op naam van [slachtoffer 1]) en parfums, toebehorende aan [slachtoffer 1], waarbij verdachte en zijn mededader zich de toegang tot de plaats des misdrijfs hebben verschaft en de weg te nemen goederen onder hun bereik hebben gebracht door middel van braak;
9.
hij op 27 maart 2004 in de gemeente [gemeente 7] tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een op een parkeerplaats aan de A28 geparkeerde trekker met oplegger heeft weggenomen meerdere dozen (met een onbekende inhoud), toebehorende aan [bedrijf 14] en/of [bedrijf 15], waarbij verdachte en zijn mededaders zich de toegang tot de plaats des misdrijfs hebben verschaft door middel van braak en inklimming;
10 primair.
hij in de periode van 18 maart 2007 tot en met 19 maart 2007 in de gemeente [gemeente 8], met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening vanaf een bedrijfsterrein aan de [straat] heeft weggenomen een bestelbus (merk Iveco, kenteken [kenteken]), toebehorende aan [slachtoffer 2], waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft verschaft en die weg te nemen bestelbus onder zijn heeft gebracht door middel van braak;
11 primair.
hij in de periode van 17 maart 2007 tot en met 19 maart 2007 te [plaats 3], met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening vanaf een afgesloten parkeerterrein aan de [straat] heeft weggenomen een aanhangwagen (merk Sallas, kenteken [kenteken]), toebehorende aan [slachtoffer 3];
12.
hij in de periode van 16 juli 2007 tot en met 17 juli 2007 in de gemeente [gemeente 11], met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit meerdere op een bedrijfsterrein aan de [straat] geparkeerde trekkers met oplegger, althans vrachtauto's, heeft weggenomen enig goed, toebehorende aan [benadeelde 5], waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft verschaft en de weg te nemen goederen onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak en inklimming;
16.
hij op 03 september 2007 in de gemeente [gemeente 13] ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een pand aan de [straat] weg te nemen geld en/of goederen van zijn/hun gading, toebehorende aan [benadeelde 6], en zich daarbij de toegang tot dat pand te verschaffen door middel van braak, met zijn mededader met een personenauto, tegen de voorgevel van dat pand zijn gereden en door een ontstane opening dat pand zijn binnengegaan, zijnde de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet voltooid;
17.
hij op 29 augustus 2007 te [plaats 5], tezamen en in vereniging met een ander, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een winkelpand aan de [straat] heeft weggenomen 4 gameboy's en 40 gameboyspelletjes, toebehorende aan [bedrijf 3], waarbij verdachte en zijn mededader zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft door middel van braak;
19.
hij op 25 oktober 2002 in de gemeente [gemeente 9] ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening weg te nemen een auto, toebehorende aan [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] e.v. [slachtoffer 5], en die weg te nemen auto onder zijn bereik te brengen door middel van een valse sleutel, van die auto de autosleutel heeft gestolen en met die gestolen autosleutel een autoportier heeft geopend en met die gestolen autosleutel heeft getracht die auto te starten, zijnde de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet voltooid, alleen tengevolge van de van zijn wil onafhankelijke omstandigheid dat hij, verdachte niet met die auto kon wegrijden;
20.
hij 25 oktober 2002 te gemeente [gemeente 9] tezamen en in vereniging met een ander, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een woning aan de [straat] heeft weggenomen een autosleutel, toebehorende aan [slachtoffer 6], waarbij verdachte en zijn mededader zich de toegang tot de plaats des misdrijfs hebben verschaft door middel van braak;
21 primair.
hij in de periode van 11 april 2009 tot en met 12 april 2009 te [plaats 7], ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit acht, op een bedrijfsterrein aan de [adres] geparkeerde opleggers, voorzien van dekzeilen, weg te nemen goederen van hun gading, toebehorende aan [bedrijf 5], en/of die/dat weg te nemen goederen, onder hun bereik te brengen door middel van braak en/of inklimming, met zijn mededader, over een hekwerk is geklommen en het bedrijfsterrein is opgelopen en vervolgens in de dekzeilen van die opleggers heeft gesneden en vervolgens door die ontstane openingen in de laadruimten heeft gekeken, zijnde de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet voltooid;
23 primair.
hij in de periode van 11 april 2009 tot en met 12 april 2009 te [plaats 8], ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit 28 op een bedrijfsterrein aan de [straat], geparkeerde trekkers en opleggers, voorzien van dekzeilen weg te nemen goederen van zijn gading, toebehorende aan [bedrijf 6], en die goederen, onder zijn bereik te brengen door middel van braak en inklimming, met zijn mededader in de dekzeilen van die opleggers heeft gesneden en vervolgens door die ontstane openingen in de laadruimten heeft gekeken, zijnde de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet voltooid.
Het hof acht niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezenverklaard, zodat deze daarvan behoort te worden vrijgesproken.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Het onder 1 bewezen verklaarde levert op:
diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak.
Het onder 2 bewezen verklaarde levert op:
diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak.
Het onder 3 bewezen verklaarde levert op:
poging tot diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak en inklimming.
Het onder 4 bewezen verklaarde levert op:
diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak.
Het onder 6 bewezen verklaarde levert op:
diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak, inklimming en een valse sleutel.
Het onder 7 bewezen verklaarde levert op:
diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak.
Het onder 8 bewezen verklaarde levert op:
diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak en inklimming.
Het onder 9 bewezen verklaarde levert op:
diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak en inklimming.
Het onder 10 primair bewezen verklaarde levert op:
diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak.
Het onder 11 primair bewezen verklaarde levert op:
diefstal.
Het onder 12 bewezen verklaarde levert op:
diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak en inklimming.
Het onder 16 bewezen verklaarde levert op:
poging tot diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak.
Het onder 17 bewezen verklaarde levert op:
diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak.
Het onder 19 bewezen verklaarde levert op:
poging tot diefstal, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van valse sleutels.
Het onder 20 bewezen verklaarde levert op:
diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak.
Het onder 21 primair bewezen verklaarde levert op:
poging tot diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak en inklimming.
Het onder 23 primair bewezen verklaarde levert op:
poging tot diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak en inklimming.
Strafbaarheid van de verdachte
Verdachte is strafbaar aangezien geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die verdachte niet strafbaar zou doen zijn.
Oplegging van straf en/of maatregel
De hierna te melden strafoplegging is in overeenstemming met de aard en de ernst van het bewezenverklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan, mede gelet op de persoon van verdachte, zoals van een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
Het hof heeft bij de straftoemeting in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft zich gedurende een periode van enkele jaren op grote schaal schuldig gemaakt aan ernstige vermogenscriminaliteit. Verdachte en zijn medeverdachten zijn op systematische wijze te werk gegaan.
Samen met anderen heeft hij transportbedrijven door het hele land geselecteerd en op een lijst gezet. Met een huurauto werden die bedrijven 's nachts door hen bezocht om daar vervolgens trekkers, opleggers en lading te stelen. Daarbij is door hen ontzaglijk veel schade aangericht, onder andere door het kapotsnijden van dekzeilen van vele opleggers om te kijken of er iets van hun gading in lag.
Ook heeft verdachte een woninginbraak gepleegd, waarbij de zoon des huizes tijdens de inbraak boven in de woning lag te slapen.
Verder heeft verdachte bij een speelgoedwinkel ingebroken en een ramkraak gepleegd bij een pizzeria.
Uit het de verdachte betreffende Uittreksel Justitiële Documentatie d.d. 26 september 2011 blijkt dat verdachte vóór 25 oktober 2002 (chronologisch gezien de eerste feiten in de onderhavige zaak) meermalen ter zake van het plegen van strafbare feiten is veroordeeld, onder meer voor gekwalificeerde diefstallen. Deze veroordelingen hebben hem er niet van weerhouden om nog jaren door te gaan met het plegen van dit soort feiten.
Op grond van het vorenstaande acht het hof de oplegging van een langdurige onvoorwaardelijke gevangenisstraf passend en geboden.
Ondanks de omstandigheid, dat het hof twee feiten minder bewezen acht dan de rechtbank en de advocaat-generaal, is het hof van oordeel, dat verdachte tot dezelfde straf dient te worden veroordeeld als door de rechtbank opgelegd en door de advocaat-generaal is gevorderd, zijnde vijf jaar onvoorwaardelijke gevangenisstraf. Niet het exacte aantal feiten is in dit geval bepalend voor de straf maar de ernst van de feiten, de berokkende schade en de mate waarin deze feiten over een langere periode zijn begaan. De oplegging van een lagere straf zou, mede gezien voornoemde recidive, hieraan onvoldoende recht doen.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 4]
De benadeelde partij heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt EUR 2.265,15. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep toegewezen tot een bedrag van EUR 1.600,29. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep niet opnieuw gevoegd. Het hof heeft in hoger beroep te oordelen over de gevorderde schadevergoeding voor zover deze in eerste aanleg is toegewezen.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van het onder 2 bewezenverklaarde handelen van verdachte rechtstreeks schade heeft geleden. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering zal worden toegewezen.
Gelet op het vorenstaande dient verdachte, als de in het ongelijk gestelde partij, te worden veroordeeld in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot aan deze uitspraak begroot op nihil, en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken.
Om te bevorderen dat de schade door verdachte wordt vergoed, zal het hof de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht opleggen op de hierna te noemen wijze.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 3]
De benadeelde partij heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt EUR 1.631,07. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep toegewezen tot een bedrag van EUR 1.202,58. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep opnieuw gevoegd voor het bedrag van haar oorspronkelijke vordering.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van het onder 3 bewezenverklaarde handelen van verdachte rechtstreeks schade heeft geleden tot na te melden bedrag. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot dat bedrag zal worden toegewezen.
Ten aanzien van de BTW acht het hof de benadeelde partij niet-ontvankelijk in de vordering, aangezien de BTW geen schadepost oplevert. De benadeelde partij kan als ondernemer immers de BTW verrekenen. Voor het overige is het hof van oordeel dat behandeling van de vordering een onevenredige belasting van het strafgeding oplevert. In zoverre kan de benadeelde partij daarom thans voor dat deel van haar vordering niet worden ontvangen en kan zij haar vordering slechts bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
Gelet op het vorenstaande dient verdachte, als de grotendeels in het ongelijk gestelde partij, te worden veroordeeld in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot aan deze uitspraak begroot op nihil, en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken.
Om te bevorderen dat de schade door verdachte wordt vergoed, zal het hof de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht opleggen op de hierna te noemen wijze.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 1]
De benadeelde partij heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt EUR 1.500,00. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep toegewezen.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van het onder 4 bewezenverklaarde handelen van verdachte rechtstreeks schade heeft geleden. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering zal worden toegewezen.
Gelet op het vorenstaande dient verdachte, als de in het ongelijk gestelde partij, te worden veroordeeld in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot aan deze uitspraak begroot op nihil, en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken.
Om te bevorderen dat de schade door verdachte wordt vergoed, zal het hof de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht opleggen op de hierna te noemen wijze.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 2]
De benadeelde partij heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt EUR 6.882,50. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep toegewezen tot een bedrag van EUR 5.882,50. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep opnieuw gevoegd voor het bedrag van haar oorspronkelijke vordering.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van het onder 4 bewezenverklaarde handelen van verdachte rechtstreeks schade heeft geleden tot na te melden bedrag. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot dat bedrag zal worden toegewezen.
Ten aanzien van de post administratiekosten is het hof van oordeel dat behandeling van de vordering een onevenredige belasting van het strafgeding oplevert. In zoverre kan de benadeelde partij daarom thans voor dat deel van haar vordering niet worden ontvangen en kan zij haar vordering slechts bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
Gelet op het vorenstaande dient verdachte, als de grotendeels in het ongelijk gestelde partij, te worden veroordeeld in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot aan deze uitspraak begroot op nihil, en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken.
Om te bevorderen dat de schade door verdachte wordt vergoed, zal het hof de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht opleggen op de hierna te noemen wijze.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 5]
De benadeelde partij heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt EUR 10.212,59. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep toegewezen tot een bedrag van EUR 3.798,82. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep opnieuw gevoegd voor het bedrag van haar oorspronkelijke vordering.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van het onder 12 bewezenverklaarde handelen van verdachte rechtstreeks schade heeft geleden tot na te melden bedrag. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot dat bedrag zal worden toegewezen.
Ten aanzien van de post gestolen goederen is het hof van oordeel dat behandeling van de vordering een onevenredige belasting van het strafgeding oplevert. In zoverre kan de benadeelde partij daarom thans voor dat deel van haar vordering niet worden ontvangen en kan zij haar vordering slechts bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
Gelet op het vorenstaande dient verdachte, als de grotendeels in het ongelijk gestelde partij, te worden veroordeeld in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot aan deze uitspraak begroot op nihil, en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken.
Om te bevorderen dat de schade door verdachte wordt vergoed, zal het hof de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht opleggen op de hierna te noemen wijze.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 6]
De benadeelde partij heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt EUR 270,00. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep toegewezen.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van het onder 16 bewezenverklaarde handelen van verdachte rechtstreeks schade heeft geleden. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering zal worden toegewezen.
Gelet op het vorenstaande dient verdachte, als de in het ongelijk gestelde partij, te worden veroordeeld in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot aan deze uitspraak begroot op nihil, en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken.
Om te bevorderen dat de schade door verdachte wordt vergoed, zal het hof de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht opleggen op de hierna te noemen wijze.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 7]
De benadeelde partij heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt EUR 1.905,00. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep toegewezen.
De verdachte wordt niet schuldig verklaard ter zake van het onder 18 tenlastegelegde handelen waardoor de gestelde schade zou zijn veroorzaakt. De benadeelde partij kan daarom in haar vordering niet worden ontvangen.
Gelet op het vorenstaande dient de benadeelde partij, als de in het ongelijk gestelde partij, te worden veroordeeld in de kosten van het geding door verdachte gemaakt, tot aan deze uitspraak begroot op nihil.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
Het hof heeft gelet op de artikelen 36f, 45, 57, 63, 310 en 311 van het Wetboek van Strafrecht.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij golden ten tijde van het bewezenverklaarde.
BESLISSING
Het hof:
Verklaart de verdachte niet-ontvankelijk in het hoger beroep, voor zover gericht tegen het onder 5 primair, 5 subsidiair, 13, 14, 22, 24 primair en 24 subsidiair ten laste gelegde.
Vernietigt het vonnis waarvan beroep voor zover aan het oordeel van het hof onderworpen en doet opnieuw recht:
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het onder 15 primair, 15 subsidiair, 15 meer subsidiair, 18 primair, 18 subsidiair en 18 meer subsidiair ten laste gelegde heeft begaan en spreekt verdachte daarvan vrij.
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het onder 1, 2, 3, 4, 6, 7, 8, 9, 10 primair, 11 primair, 12, 16, 17, 19, 20, 21 primair en 23 primair ten laste gelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart het onder 1, 2, 3, 4, 6, 7, 8, 9, 10 primair, 11 primair, 12, 16, 17, 19, 20, 21 primair en 23 primair bewezen verklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar.
Veroordeelt de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 5 (vijf) jaren.
Beveelt dat de tijd die door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in enige in artikel 27, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht bedoelde vorm van voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 4]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij, [benadeelde 4], terzake van het onder 2 bewezen verklaarde tot het bedrag van EUR 1.600,29 (duizend zeshonderd euro en negenentwintig cent) aan materiële schade en veroordeelt de verdachte die, evenals zijn mededaders, hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is, met dien verstande dat indien en voor zover de een aan zijn betalingsverplichting heeft voldaan, de een of meer anderen daarvan in zoverre zaullen zijn bevrijd, om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
Bepaalt dat voormeld toegewezen bedrag aan materiële schadevergoeding vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 29 maart 2009 tot aan de dag der algehele voldoening.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [benadeelde 4], een bedrag te betalen van EUR 1.600,29 (duizend zeshonderd euro en negenentwintig cent) aan materiële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 26 (zesentwintig) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
Bepaalt dat de verplichting tot betaling van schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer voor de verdachte komt te vervallen indien en voor zover mededaders hebben voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer.
Bepaalt dat voormelde betalingsverplichting ter zake van de materiële schade vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 29 maart 2009 tot aan de dag der algehele voldoening.
Bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
Bepaalt dat indien en voor zover de mededaders van de verdachte voormeld bedrag hebben betaald, verdachte in zoverre is bevrijd van voornoemde verplichtingen tot betaling aan de benadeelde partij of aan de Staat.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 3]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [benadeelde 3] terzake van het onder 3 bewezen verklaarde tot het bedrag van EUR 1.202,58 (duizend tweehonderdtwee euro en achtenvijftig cent) aan materiële schade en veroordeelt de verdachte die, evenals zijn mededaders, hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is, met dien verstande dat indien en voor zover de een aan zijn betalingsverplichting heeft voldaan, de een of meer anderen daarvan in zoverre zullen zijn bevrijd, om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
Verklaart de benadeelde partij in haar vordering voor het overige niet-ontvankelijk en bepaalt dat zij in zoverre haar vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Bepaalt dat voormeld toegewezen bedrag aan materiële schadevergoeding vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 29 maart 2009 tot aan de dag der algehele voldoening.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [benadeelde 3], een bedrag te betalen van EUR 1.202,58 (duizend tweehonderdtwee euro en achtenvijftig cent) aan materiële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 22 (tweeëntwintig) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
Bepaalt dat de verplichting tot betaling van schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer voor de verdachte komt te vervallen indien en voor zover mededaders hebben voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer.
Bepaalt dat voormelde betalingsverplichting ter zake van de materiële schade vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 29 maart 2009 tot aan de dag der algehele voldoening.
Bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
Bepaalt dat indien en voor zover de mededaders van de verdachte voormeld bedrag hebben betaald, verdachte in zoverre is bevrijd van voornoemde verplichtingen tot betaling aan de benadeelde partij of aan de Staat.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 1]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [benadeelde 1] terzake van het onder 4 bewezen verklaarde tot het bedrag van EUR 1.500,00 (duizend vijfhonderd euro) aan materiële schade en veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
Bepaalt dat voormeld toegewezen bedrag aan materiële schadevergoeding vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 19 april 2009 tot aan de dag der algehele voldoening.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [benadeelde 1], een bedrag te betalen van EUR 1.500,00 (duizend vijfhonderd euro) aan materiële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 25 (vijfentwintig) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
Bepaalt dat de verplichting tot betaling van schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer voor de verdachte komt te vervallen indien en voor zover mededaders hebben voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer.
Bepaalt dat voormelde betalingsverplichting ter zake van de materiële schade vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 19 april 2009 tot aan de dag der algehele voldoening.
Bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 2]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [benadeelde 2] terzake van het onder 4 bewezen verklaarde tot het bedrag van EUR 5.882,50 (vijfduizend achthonderdtweeëntachtig euro en vijftig cent) aan materiële schade en veroordeelt de verdachte die, evenals zijn mededaders, hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is, met dien verstande dat indien en voor zover de een aan zijn betalingsverplichting heeft voldaan, de een of meer anderen daarvan in zoverre zullen zijn bevrijd, om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
Verklaart de benadeelde partij in haar vordering voor het overige niet-ontvankelijk en bepaalt dat zij in zoverre haar vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Bepaalt dat voormeld toegewezen bedrag aan materiële schadevergoeding vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 19 april 2009 tot aan de dag der algehele voldoening.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [benadeelde 2], een bedrag te betalen van EUR 5.882,50 (vijfduizend achthonderdtweeëntachtig euro en vijftig cent) aan materiële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 64 (vierenzestig) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
Bepaalt dat de verplichting tot betaling van schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer voor de verdachte komt te vervallen indien en voor zover mededaders hebben voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer.
Bepaalt dat voormelde betalingsverplichting ter zake van de materiële schade vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 19 april 2009 tot aan de dag der algehele voldoening.
Bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
Bepaalt dat indien en voor zover de mededaders van de verdachte voormeld bedrag hebben betaald, verdachte in zoverre is bevrijd van voornoemde verplichtingen tot betaling aan de benadeelde partij of aan de Staat.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 5]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [benadeelde 5] terzake van het onder 12 bewezen verklaarde tot het bedrag van EUR 3.798,82 (drieduizend zevenhonderdachtennegentig euro en tweeëntachtig cent) aan materiële schade en veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
Verklaart de benadeelde partij in haar vordering voor het overige niet-ontvankelijk en bepaalt dat zij in zoverre haar vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Bepaalt dat voormeld toegewezen bedrag aan materiële schadevergoeding vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 17 juli 2007 tot aan de dag der algehele voldoening.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [benadeelde 5], een bedrag te betalen van EUR 3.798,82 (drieduizend zevenhonderdachtennegentig euro en tweeëntachtig cent) aan materiële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 47 (zevenenveertig) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
Bepaalt dat voormelde betalingsverplichting ter zake van de materiële schade vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 17 juli 2007 tot aan de dag der algehele voldoening.
Bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 6]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [benadeelde 6] terzake van het onder 16 bewezen verklaarde tot het bedrag van EUR 270,00 (tweehonderdzeventig euro) aan materiële schade en veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
Bepaalt dat voormeld toegewezen bedrag aan materiële schadevergoeding vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 3 september 2007 tot aan de dag der algehele voldoening.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [benadeelde 6], een bedrag te betalen van EUR 270,00 (tweehonderdzeventig euro) aan materiële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 5 (vijf) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
Bepaalt dat voormelde betalingsverplichting ter zake van de materiële schade vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 3 september 2007 tot aan de dag der algehele voldoening.
Bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 7]
Verklaart de benadeelde partij, [benadeelde 7], in haar vordering tot schadevergoeding niet-ontvankelijk.
Verwijst de benadeelde partij in de door verdachte gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Aldus gewezen door
mr. G. Dam, voorzitter,
mr. L.T. Wemes en mr. G.M. Meijer-Campfens, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. M. Nijhuis, griffier,
en op 5 december 2011 ter openbare terechtzitting uitgesproken.