ECLI:NL:GHSGR:2001:AB1266
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- M. Schuering
- A. van de Wildenberg
- F. Fockema Andreae-Hartsuiker
- Rechtspraak.nl
Bepaling van kinderalimentatie en draagkracht in internationaal context
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof 's-Gravenhage, gaat het om de bepaling van de kinderalimentatie en de draagkracht van de man in het kader van een hoger beroep. De man, verzoeker in hoger beroep, heeft een inkomen van f. 51.167,- in 1999, met een jaarpremie ziekenfonds van f. 3.592,-. Hij woont bij zijn ouders en stelt f. 700,- per maand aan huur te betalen, maar heeft geen bewijsstukken overgelegd. Het hof concludeert dat de man voldoende draagkracht heeft om de verzochte kinderalimentatie van f. 350,- per maand, vermeerderd met indexering, voor zijn kind te betalen.
De moeder, verweerder in hoger beroep, woont in Australië en de zaak heeft internationale implicaties. Het hof heeft vastgesteld dat de man de verwekker is van de minderjarige, wat zijn verplichting tot het betalen van kinderalimentatie bevestigt. De man betwist echter de behoefte van de minderjarige en zijn draagkracht. Het hof oordeelt dat de alimentatieplichtige ouder volgens de Child Support Act 1989 in Australië 27% van zijn belastbaar inkomen moet betalen voor de kinderen samen. De verzochte bijdrage voor de minderjarige is toewijsbaar, omdat deze samen met de bijdrage voor het andere kind minder dan 27% van het belastbaar inkomen van de man bedraagt.
De beslissing van het hof is om de bestreden beschikking te bekrachtigen, de kosten van het bloedonderzoek ten laste van de man te leggen, en de proceskosten in hoger beroep te compenseren, zodat iedere partij zijn eigen kosten draagt. Deze beschikking is uitgesproken op 4 april 2001.