ECLI:NL:GHSGR:2001:AB1880
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep kort geding
- M. Vrij
- A. Welbedacht
- J. Boele
- Rechtspraak.nl
Toegang tot experimenteel geneesmiddel TCH346 voor ALS-patiënt
In deze zaak, die van levensbelang is voor de appellant die lijdt aan de dodelijke ziekte ALS, heeft het Gerechtshof 's-Gravenhage op 31 mei 2001 uitspraak gedaan in hoger beroep. De appellant, vertegenwoordigd door mr. A.H. Vermeulen, heeft een vordering ingesteld tegen de besloten vennootschap Novartis Pharma B.V. en de Staat der Nederlanden, vertegenwoordigd door mr. J.G.F.M. Hoffmans, met als doel toegang te verkrijgen tot het experimentele geneesmiddel TCH346. Dit middel, dat zich nog in de onderzoeksfase bevindt, zou mogelijk effectief kunnen zijn tegen ALS, maar is nog niet geregistreerd voor gebruik in Nederland.
De appellant heeft in hoger beroep drie grieven aangevoerd tegen het vonnis van de president van de arrondissementsrechtbank te 's-Gravenhage, die eerder had geoordeeld dat de Staat en Novartis terecht weigerden het middel te verstrekken. Het hof heeft de feiten zoals vastgesteld door de president als uitgangspunt genomen en heeft de argumenten van de appellant, die bereid is de risico's van het gebruik van een niet-geregistreerd middel te aanvaarden, tegen de bezwaren van de Staat en Novartis afgewogen.
Het hof heeft geoordeeld dat de weigering van Novartis en de Staat om het middel te verstrekken terecht is, omdat het verstrekken van TCH346 aan de appellant ook aan andere ALS-patiënten zou moeten worden aangeboden, wat in strijd zou zijn met de Wet op de Geneesmiddelenvoorziening. Het hof heeft ook opgemerkt dat er geen bewijs is geleverd dat de specifieke variant van ALS van de appellant wezenlijk verschilt van andere vormen, en dat de verstrekking van een experimenteel middel aan alle ALS-patiënten de reguliere klinische onderzoeken zou kunnen belemmeren.
Uiteindelijk heeft het hof de grieven van de appellant verworpen en het vonnis van de president bekrachtigd, met veroordeling van de appellant in de kosten van het hoger beroep. Deze uitspraak benadrukt de strikte regulering rondom de verstrekking van niet-geregistreerde geneesmiddelen en de noodzaak van zorgvuldig onderzoek voordat dergelijke middelen aan patiënten worden aangeboden.