ECLI:NL:GHSGR:2002:AE3612

Gerechtshof 's-Gravenhage

Datum uitspraak
24 april 2002
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
99/692A
Instantie
Gerechtshof 's-Gravenhage
Type
Uitspraak
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
  • A. van den Wildenberg
  • M. Kok
  • J. Labohm
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Waardering van onroerende zaak in het kader van echtscheiding

In deze zaak, die voor het Gerechtshof 's-Gravenhage diende, ging het om de waardering van een woning in het kader van een echtscheiding tussen de man en de vrouw. De man, vertegenwoordigd door procureur mr. E.M. van Hilten - Kostense, stelde dat de woning gewaardeerd moest worden in verhuurde staat, terwijl de vrouw, vertegenwoordigd door procureur mr. H.J.A. Knijff, van mening was dat de woning leeg en in onverhuurde staat moest worden gewaardeerd. Het hof oordeelde dat de redelijkheid met zich meebracht dat de woning in onbewoonde staat moest worden gewaardeerd, gezien het feit dat de man zonder instemming van de vrouw de woning had verhuurd. De waarde diende te worden vastgesteld per datum van het arrest in 2001.

Partijen kwamen overeen dat de waarde van de woning aan de [P.G.] te Den Haag door één deskundige zou worden vastgesteld, maar bereikten geen overeenstemming over de benoeming van deze deskundige. Het hof benoemde daarop de heer [M.], beëdigd taxateur onroerende zaken, kantoorhoudende bij Estate makelaars te 's-Gravenhage, als deskundige. De kosten van de deskundige zouden door beide partijen, ieder voor de helft, worden gedragen. De deskundige zou zijn werkzaamheden niet aanvangen voordat het door hem gewenste voorschot was betaald.

Het hof zorgde voor de verzending van een fotokopie van het arrest aan de deskundige en bepaalde dat partijen zich na inzending van het deskundigenbericht bij akte konden uitlaten. Het hof verwees naar eerdere uitspraken en bepaalde dat de deskundige het deskundigenbericht, met redenen omkleed en ondertekend, voor 1 juni 2002 aan de Civiele Administratie van het Gerechtshof te 's-Gravenhage moest zenden. Het hof ontzegde partijen om tussentijds van dit arrest in cassatie te gaan en hield verdere beslissingen aan.

Uitspraak

Uitspraak : 24 april 2002
Rolnummer : 99/692
Rol.nr rb. : 96.904
GERECHTSHOF TE 'S-GRAVENHAGE
FAMILIEKAMER
A r r e s t
in de zaak van:
[appellant],
wonende te [woonplaats],
appellant en incidenteel geïntimeerde,
hierna te noemen: de man,
procureur mr. E.M. van Hilten - Kostense,
tegen
[geïntimeerde],
wonende te [woonplaats] (België),
geïntimeerde, tevens incidenteel appellant,
hierna te noemen: de vrouw,
procureur mr.H.J.A. Knijff.
HET VERDERE VERLOOP VAN HET GEDING
Het hof verwijst naar zijn [in] 2001, waarvan de inhoud als hier herhaald en ingelast moet worden beschouwd. Bij dit arrest is bepaald dat partijen zich dienen uit te laten of één of drie deskundige moeten worden benoemd voor de waardering van de onroerende zaak aan de [P.G. ], alsmede dienen partijen zich uit te laten over de waarderingsmaatstaven.
De partijen hebben nog een akte geno-men.
VERDERE BEOORDELING VAN HET PRINCIPALE EN HET INCIDENTELE HOGERBEROEP
1. De man stelt dat de woning moet worden gewaardeerd in verhuurde staat. De vrouw is van mening dat de woning leeg en in onverhuurde staat dient te worden gewaardeerd. Gezien het feit dat de man zonder instemming van de vrouw de woning heeft verhuurd, is het hof van oordeel dat de redelijkheid in deze met zich mede brengt dat de woning moet worden gewaardeerd in onbewoonde staat. Voorts dient de waarde te worden vastgesteld per datum van het arrest van d[in] 2001.
2. Partijen zijn het er over eens dat de waarde van de woning aan de [P.G. ] te Den Haag door één deskundige wordt vastgesteld.
3. Partijen hebben geen overeenstemming bereikt over de benoeming van de deskundige. Het hof benoemt tot deskundige de heer [M.] beëdigd taxateur onroerende zaken kantoorhoudende Estate makelaars te 's Gravenhage aan de Badhuisweg nr. 234. De kosten van de deskundige dient door beide partijen, ieder voor de helft te worden gedragen. De deskundige zal niet zijn werkzaamheden aanvangen alvorens door partijen het door de deskundige gewenste voorschot aan hem is betaald.
4. Het hof zal zorgdragen voor de verzending van een fotokopie van dit arrest aan de deskundige.
5. Partijen zullen na inzending van het deskundigenbericht zich daaromtrent bij akte kunnen uitlaten.
BESLISSING VAN DE ZAAK
Het hof:
benoemt tot taxateur de heer [M.] beëdigd taxateur onroerende zaken kantoorhoudende Estata makelaars te 's Gravenhage aan de Badhuisweg nr. 234, om de waarde van de woning aan de [P.G. ], te 's Gravenhage per datum [in] 2001, in onbewoonde staat vast te stellen;
bepaalt dat de deskundige niet met zijn werkzaamheden behoeft aan te vangen dan nadat door partijen het door de deskundige vast te stellen voorschot aan hem is voldaan;
verzoekt de deskundige het deskundigenbericht, met redenen omkleed en ondertekend en voor zover mogelijk vergezeld van relevante en schriftelijke bescheiden aan de Civiele Administratie van het Gerechtshof te 's Gravenhage, Postbus 20302, 2500 EH 's Gravenhage, toe te zenden voor 1 juni 2002;
bepaalt dat uit het deskundigenbericht moet blijken dat partijen door de deskundige in de gelegenheid zijn gesteld opmerkingen te maken en verzoeken te doen, met vermelding van de inhoud van de eventuele opmerkingen en verzoeken;
verzoekt de griffier dit arrest met een begeleidend schrijven aan de deskundige toe te zenden;
verwijst de zaak naar de rol van 20 - 6 - 2002 voor voortprocederen;
het hof ontzegt partijen om tussentijds van dit arrest in cassatie te gaan;
houdt verder iedere beslissing aan.
Dit arrest is gewezen door mrs.Van den Wildenberg, Kok, en Labohm en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van 24 april 2002, in tegenwoordigheid van de griffier.