ECLI:NL:GHSGR:2002:AE7004
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- M. Fockema Andreae-Hartsuiker
- A. Pannekoek-Dubois
- J. Punselie
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake uithuisplaatsing van minderjarige in AWBZ-voorziening
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van de vader tegen een beschikking van de kinderrechter in de rechtbank te Dordrecht, waarbij een machtiging tot uithuisplaatsing van zijn minderjarige kind is verleend. De vader en de moeder zijn op 13 oktober 1998 gehuwd, maar hun huwelijk is op 10 november 2000 ontbonden. De moeder heeft het ouderlijk gezag over de minderjarige, die in 1998 is geboren. De vader heeft de minderjarige erkend op 3 september 1998. Op 24 juni 2002 heeft Jeugdzorg een verzoek ingediend bij de kinderrechter voor uithuisplaatsing van de minderjarige, wat resulteerde in een beschikking van 10 juli 2002. Deze beschikking verleende een machtiging tot uithuisplaatsing in een AWBZ-voorziening voor de duur van de ondertoezichtstelling, die loopt tot 13 maart 2003. De minderjarige is op 6 augustus 2002 in het RMPI te Barendrecht geplaatst.
De vader heeft hoger beroep ingesteld tegen de beschikking van 10 juli 2002. Tijdens de behandeling van de zaak op 14 augustus 2002 heeft het hof overwogen dat de kinderrechter de machtiging tot plaatsing in een voorziening voor pleegzorg had moeten intrekken, omdat de noodzaak voor opname in een AWBZ-voorziening aanwezig was. Het hof oordeelde dat het onjuist was om twee machtigingen tot plaatsing in verschillende soorten voorzieningen naast elkaar te laten bestaan. Daarom heeft het hof de beschikking van de kinderrechter ambtshalve aangevuld, waardoor de machtiging tot plaatsing in een voorziening voor pleegzorg als ingetrokken moet worden beschouwd.
Uiteindelijk verklaarde het hof de vader niet-ontvankelijk in zijn hoger beroep, omdat hij geen belang meer had bij zijn beroep tegen de machtiging tot plaatsing van de minderjarige in een voorziening voor pleegzorg. Deze uitspraak werd gedaan op 28 augustus 2002 door het Gerechtshof 's-Gravenhage, waarbij de betrokken rechters de beschikking hebben gegeven.