ECLI:NL:GHSGR:2002:AE7364
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- M. Vrij
- A. Boele
- J. Looten
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen dwangsom opgelegd door de Gemeente Borsele voor verwijdering mestbassin
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Gravenhage op 18 juli 2002 uitspraak gedaan in hoger beroep van een eerder vonnis van de rechtbank te Middelburg. De appellant, vertegenwoordigd door procureur mr. P.J.M. von Schmidt auf Altenstadt, heeft vier grieven ingediend tegen het besluit van de Gemeente Borsele, vertegenwoordigd door procureur mr. W. Taekema, dat hem een dwangsom van fl. 300.000,-- oplegde voor het niet verwijderen van een mestbassin op zijn agrarisch bedrijf. De Gemeente had op 15 mei 1998 de appellant gelast om het mestbassin voor 1 september 1998 te verwijderen en de grond in de oorspronkelijke staat terug te brengen. Na het verstrijken van deze termijn heeft de Gemeente een dwangbevel uitgevaardigd en de appellant aangesproken op de verbeurde dwangsom.
De appellant heeft in zijn memorie van grieven betoogd dat de vordering van de Gemeente tot betaling van de dwangsom verjaard is. Het hof heeft vastgesteld dat de appellant erkende dat hij niet aan de last tot verwijdering had voldaan, waardoor de dwangsom op 1 september 1998 verbeurd was. Het hof heeft verder geoordeeld dat de Gemeente de verjaring van haar vordering had gestuit door de appellant tijdig te informeren over de verbeurde dwangsom. De Gemeente heeft binnen de wettelijke termijn van zes maanden na de stuiting tot invordering van de dwangsom overgegaan, waardoor de vordering niet verjaard was.
Het hof heeft de grieven van de appellant verworpen en de zaak naar de rol verwezen om partijen de gelegenheid te geven zich uit te laten over een mogelijke nieuwe grief die de appellant had willen inbrengen, gerelateerd aan een uitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State. Het hof heeft verder iedere verdere beslissing aangehouden, in afwachting van de uitkomsten van deze procedure.