ECLI:NL:GHSGR:2002:AF2536
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- Fockema Andreae-Hartsuiker
- Stille
- Jansen
- Rechtspraak.nl
Wijziging van gezag over minderjarige in het kader van internationale omgangsregeling
In deze zaak gaat het om de wijziging van het gezag over een minderjarige, hierna te noemen [het kind], die in Londen is geboren en de Engelse nationaliteit heeft. De ouders, de moeder en de vader, hebben een affectieve relatie gehad en hebben van 1991 tot maart/april 1993 samengewoond in Londen. Na hun uiteengaan heeft [het kind] aanvankelijk bij de moeder in Londen gewoond, maar sinds januari 2001 verblijft hij bij de vader in Nederland. De moeder heeft in hoger beroep verzocht om het gezag over [het kind] te behouden, terwijl de vader verzoekt om uitsluitend met het gezag belast te worden.
De moeder stelt dat het in het belang van [het kind] is dat hij bij haar in Engeland opgroeit, omdat hij daar altijd naar school is gegaan en zijn Engelse nationaliteit heeft. Ze betwist dat ze heeft ingestemd met een gezagswijziging en wijst op de goede omgangsregeling tussen de vader en [het kind]. De vader daarentegen stelt dat hij [het kind] naar Nederland heeft gehaald omdat hij zich zorgen maakte over diens welzijn en dat hij in Nederland een stabielere leefsituatie heeft gecreëerd.
Het hof oordeelt dat de moeder niet aannemelijk heeft gemaakt dat zij voldoende heeft gedaan om de terugkeer van [het kind] naar Engeland te bewerkstelligen. Het hof concludeert dat [het kind] in Nederland beter af is, gezien de professionele hulp die de vader heeft ingeschakeld en de stabiliteit die hij biedt. Het hof bekrachtigt de beschikking van de kantonrechter en wijst het verzoek van de moeder af, waarbij het belang van [het kind] voorop staat.