ECLI:NL:GHSGR:2003:AF7583
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M. Savelbergh
- M. van Duijvendijk
- Rechtspraak.nl
Belastingaanslag en eigen woning: beoordeling van hypothecaire lening en verbouwingskosten
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Gravenhage op 4 maart 2003 uitspraak gedaan in het beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de Inspecteur, het hoofd van de eenheid Particulieren P van de Belastingdienst, betreffende de aanslag in de inkomstenbelasting en de premie volksverzekeringen voor het jaar 2000. De mondelinge behandeling vond plaats op 18 februari 2003. Belanghebbende, eigenaar van een woning aan de a-straat 1 te Q, had bezwaar gemaakt tegen de hem opgelegde aanslag, waarbij hij een hypothecaire lening had verhoogd en kosten had gemaakt voor verbouwingen aan zijn woning. De Inspecteur betwistte dat het verhoogde bedrag van de lening was aangewend voor de verbouwing en stelde dat het bedrag was gebruikt voor andere doeleinden, zoals de aankoop van een auto.
Het Hof oordeelde dat belanghebbende aannemelijk had gemaakt dat de extra lening verband hield met de verbouwing van zijn woning. Het Hof concludeerde dat een bedrag van ƒ 50.000 van de verhoogde hypothecaire lening als schuld ter zake van de eigen woning kon worden aangemerkt. De rente op dit bedrag werd vastgesteld op ƒ 2.625. Het Hof verklaarde het beroep gegrond, vernietigde de uitspraak van de Inspecteur, en verlaagde de aanslag tot een belastbaar inkomen van ƒ 71.539. Tevens werd de Inspecteur veroordeeld in de proceskosten van belanghebbende, vastgesteld op € 20, en moest de Staat der Nederlanden het griffierecht van € 29 vergoeden. Tegen deze mondelinge uitspraak is geen beroep in cassatie mogelijk, maar belanghebbende kan verzoeken om een schriftelijke uitspraak.
De uitspraak benadrukt de noodzaak voor belanghebbende om aan te tonen dat de lening daadwerkelijk is aangewend voor de verbouwing, en dat de Inspecteur niet zonder meer kan afwijken van de aangifte zonder een bewuste standpuntbepaling. De uitspraak is van belang voor de beoordeling van hypothecaire leningen en de aftrekbaarheid van kosten in het kader van de inkomstenbelasting.