ECLI:NL:GHSGR:2003:AF9356
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- P. Pannekoek-Dubois
- M. Gerretsen-Visser
- A. Labohm
- Rechtspraak.nl
Ontvankelijkheid hoger beroep in familiezaken
In deze zaak is de man op 21 mei 2002 in hoger beroep gekomen van een beschikking van de kantonrechter in de rechtbank te Dordrecht, die op 25 februari 2002 was gegeven. De man heeft op 19 juli 2002 aanvullende stukken ingediend bij het hof. Echter, op 28 januari 2003 heeft de advocaat van de man, mr. M. Mook, meegedeeld dat het hoger beroep wordt ingetrokken. Dit heeft belangrijke gevolgen voor de ontvankelijkheid van het hoger beroep.
Volgens de wet heeft de intrekking van het hoger beroep tot gevolg dat het hoger beroep wordt beschouwd als een hoger beroep zonder gronden. Dit betekent dat de man in het hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard dient te worden. Het hof heeft deze overwegingen in acht genomen en heeft op 5 maart 2003 uitspraak gedaan.
De beslissing van het hof is dat de man niet-ontvankelijk wordt verklaard in zijn hoger beroep. Dit betekent dat de zaak niet verder in behandeling wordt genomen en dat de eerdere beschikking van de kantonrechter in stand blijft. De uitspraak is gedaan door de familiekamer van het Gerechtshof te 's-Gravenhage, waarbij de betrokken rechters de beschikking hebben gegeven en mr. Martens als griffier heeft opgetreden.