ECLI:NL:GHSGR:2003:AN8070
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M. Biemond
- Rechtspraak.nl
Waardering onroerende zaken en ontvankelijkheid in bezwaar bij familiale verkoop
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof 's-Gravenhage op 6 juni 2003, staat de waardering van een onroerende zaak centraal, specifiek de woning van belanghebbende gelegen aan a-straat 1 te P. De zaak betreft een beroep tegen de uitspraak van de heffingsambtenaar van de gemeente P, die de waarde van de woning op de waardepeildatum van 1 januari 1999 had vastgesteld op € 69.428. Belanghebbende betwist deze waardering en stelt dat de waarde van zijn woning op die datum € 45.378 bedraagt. Ter ondersteuning van zijn standpunt heeft hij een taxatierapport overgelegd van taxateurs F en G, die de woning van zijn zoon, A, eerder hadden getaxeerd.
De Inspecteur heeft echter ook een taxatierapport overgelegd, waarin de waarde van de woning op de waardepeildatum wordt bevestigd. Het Hof oordeelt dat de Inspecteur voldoende rekening heeft gehouden met wateroverlast en dat de waardebepaling niet kan worden aangepast op basis van toekomstige verwachtingen van het grondwaterpeil. Het Hof concludeert dat de waarde van de woning op de waardepeildatum correct is vastgesteld en dat de argumenten van belanghebbende niet opwegen tegen de door de Inspecteur overgelegde bewijzen.
Het Hof verklaart het beroep gegrond, vernietigt de eerdere uitspraak en wijzigt de beschikking, waarbij de waarde van de onroerende zaak wordt vastgesteld op € 69.428. Tevens wordt de gemeente P gelast het griffierecht aan belanghebbende te vergoeden. De uitspraak benadrukt het belang van de juiste procedure bij het indienen van bezwaarschriften en de noodzaak om taxatierapporten te onderbouwen met relevante gegevens.