ECLI:NL:GHSGR:2003:AN8076
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M. Tijnagel
- Rechtspraak.nl
Naheffingsaanslagen parkeerbelastingen 2002 en de belastingplicht van een huurder
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof 's-Gravenhage op 30 september 2003, ging het om naheffingsaanslagen parkeerbelastingen die waren opgelegd aan de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid X b.v.b.a. te Brussel, België. De naheffingsaanslagen betroffen twee voertuigen met Belgische kentekens die op 7 maart en 5 april 2001 geparkeerd stonden op een door de gemeente aangewezen parkeerplaats zonder geldige vergunning of parkeerkaart. De inspecteur had de belanghebbende aangemerkt als degene die de voertuigen had geparkeerd, ondanks het feit dat de voertuigen feitelijk door een werknemer van de belanghebbende waren geparkeerd.
De belanghebbende had bezwaar gemaakt tegen de naheffingsaanslagen, maar de inspecteur verklaarde haar niet-ontvankelijk in het bezwaar wegens termijnoverschrijding. De mondelinge behandeling vond plaats op 16 september 2003, waarbij zowel de belanghebbende als de inspecteur aanwezig waren. Het Hof oordeelde dat de inspecteur geen onjuiste rechtsopvatting had gehanteerd en dat de belanghebbende terecht als belastingplichtige was aangemerkt, ook al was zij geen natuurlijke persoon.
Het Hof verklaarde het beroep gegrond, vernietigde de uitspraken waarvan beroep, verklaarde de belanghebbende ontvankelijk in het bezwaar, en handhaafde de naheffingsaanslagen. Tevens werd de gemeente P gelast het griffierecht van € 29 aan de belanghebbende te vergoeden. De uitspraak benadrukte dat de rechter in belastingzaken niet bevoegd is om de billijkheid van de wet te beoordelen, en dat de bepalingen van de Verordening in overeenstemming zijn met de Gemeentewet.