ECLI:NL:GHSGR:2003:AN8086
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M. Biemond
- Rechtspraak.nl
Waarde onroerende zaak en vergelijkingsmethode in belastingrecht
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Gravenhage op 16 oktober 2003 uitspraak gedaan in het beroep van belanghebbende X tegen de uitspraak van de Inspecteur, het Hoofd Belastingen van de P, inzake de waarde van de onroerende zaak gelegen aan de A-straat 1 te Z. De mondelinge behandeling vond plaats op 2 oktober 2003, waarbij beide partijen aanwezig waren. De Inspecteur had de waarde van de onroerende zaak vastgesteld op € 214.015, terwijl belanghebbende een waarde van € 168.352 bepleitte. De waardepeildatum was vastgesteld op 1 januari 1999.
Het Hof oordeelde dat de Inspecteur, die de bewijslast droeg, voldoende bewijs had geleverd voor de door hem voorgestane waarde. Dit werd ondersteund door een taxatierapport van een gediplomeerd WOZ-taxateur, die de onroerende zaak had getaxeerd. Het Hof concludeerde dat de waarde van de onroerende zaak op de waardepeildatum ten minste € 214.015 bedroeg, en dat de vergelijkingsobjecten die door de Inspecteur waren gehanteerd, vergelijkbaar waren met de onroerende zaak van belanghebbende.
Belanghebbende voerde aan dat de aan zijn onroerende zaak toegekende waarde niet in verhouding stond tot de waarde van andere objecten, maar het Hof verwierp deze grief. Het Hof benadrukte dat de waarde van een onroerende zaak moet worden vastgesteld op basis van gerealiseerde verkopen van vergelijkbare objecten, en niet op basis van waarden die aan andere objecten zijn toegekend. Uiteindelijk verklaarde het Hof het beroep ongegrond en oordeelde dat er geen termen aanwezig waren voor een veroordeling in de proceskosten.