Uitspraak: 19 september 2003
Rolnummer: 03/915 KG
Rolnr. rechtbank: 195732/KG ZA 03-386
HET GERECHTSHOF TE 'S-GRAVENHAGE, negende civiele kamer, heeft het volgende arrest gewezen in de zaak van
PATRIMONIUMS WONINGSTICHTING,
gevestigd te Rotterdam,
appellante,
hierna te noemen: Patrimonium,
procureur: mr. M. Boender-Radder,
X,
wonende te Y,
geïntimeerde,
hierna te noemen: X,
procureur: mr. B.D.W. Martens,
en
De andere natuurlijke personen die verblijven in het perceel gelegen te Rotterdam aan de SLAAK 34,
tezamen met X verder te noemen de krakers,
in hoger beroep niet verschenen.
Bij exploot van 30 juni 2003 is Patrimonium in hoger beroep gekomen van het vonnis van 5 juni 2003, door de voorzieningenrechter van de rechtbank te Rotterdam in kort geding gewezen tussen partijen.
In de dagvaarding in hoger beroep heeft Patrimonium een grief tegen het vonnis aangevoerd.
Bij memorie van antwoord heeft X de grief bestreden.
Op 29 augustus 2003 hebben partijen hun zaak doen bepleiten, Patrimonium door mr. H.D.L.M. Schruer, advocaat te Rotterdam, en X door
mr. E.Th. Hummels, advocaat te Zeist. Beide raadslieden hebben pleitnotities overgelegd.
Tenslotte hebben partijen arrest gevraagd.
De beoordeling van het hoger beroep
1. Het gaat kort samengevat om het volgende. Patrimonium is eigenares van de onroerende zaak aan de Slaak 34 te Rotterdam waarvan de bestemming kantoorruimte is. Sinds 28 februari 2002 staat de voorbouw van deze onroerende zaak leeg. Op 6 april 2003 hebben de krakers de voorbouw van deze onroerende zaak gekraakt. Patrimonium vordert in dit kort geding ontruiming van de bij de krakers in gebruik zijnde ruimte in deze onroerende zaak. De voorzieningenrechter van de rechtbank heeft deze vordering afgewezen.
2. De grief is gericht tegen de overweging van de voorzieningenrechter dat niet is gebleken dat Patrimonium een spoedeisend belang heeft bij ontruiming en tegen de afwijzing van de vordering tot ontruiming.
3. Ter toelichting op de grief stelt Patrimonium allereerst dat de enkele omstandigheid dat derden onrechtmatig een goed dat een ander exclusief toebehoort, in gebruik hebben genomen, per definitie een spoedeisend belang oplevert om een voorlopige voorziening te treffen. Verder voert zij aan dat zij in haar mogelijkheden tot herontwikkeling wordt beperkt. Zij stelt dat de krakers zonder te betalen energie gebruiken en de telefoonverbinding in de lift hebben gekraakt en naar het buitenland (Spanje) en naar mobiele nummers bellen. Zij voert aan dat het gebruik van de kantoorruimte als woonruimte leidt tot schade en gevaar en wijst met name op het gevaar van brand.
4. Zij voert verder aan dat de krakers op het dak lopen, daar een vlag met een doodshoofd hebben gehesen en open vuur hebben gemaakt. Zij wijst erop dat het gebouw op veel plaatsen asbest bevat en de voorbouw een gemeentelijk monument is. Volgens Patrimonium heeft haar huurder Snookercentrum gesteld van het kraken schade te ondervinden omdat klanten wegblijven. Zij wijst op de precedentwerking van het bestreden vonnis en voert aan dat het lange tijd kan duren alvorens er een vonnis in een bodemzaak kan zijn.
5. Hieromtrent overweegt het hof het volgende. In eerste aanleg heeft Patrimonium gesteld dat zij van plan is in de onroerende zaak in samenwerking met de stichting Humanitas te Rotterdam een herontwikkeling te gaan realiseren in de vorm van huisvesting voor ouderen. Zij heeft aangegeven dat naar verwachting in de tweede helft van 2003, nadat ook andere huurders binnen het complex de onroerende zaak hebben verlaten, met de werkzaamheden zal worden begonnen. Zij heeft aangevoerd dat het in de bedoeling lag dat medio 2003 een procedure ex art. 19 WRO zou worden gestart waarna op een termijn van ongeveer zes maanden met de bouw zou kunnen worden begonnen. Zij heeft een gedeelte van een herontwikkelingsstudie overgelegd.
6. In hoger beroep heeft Patrimonium gesteld, dat zij tot op de dag van de pleidooien nog geen artikel 19 WRO-procedure heeft kunnen starten omdat de gemeente nog doende is met de beoordeling van het plan in relatie tot de monumentenstatus. In werkelijkheid is in hoger beroep niet gebleken dat een aanvraag voor een bouwvergunning is ingediend en is zelfs niet aannemelijk geworden dat er concrete bouwtekeningen zijn die ten grondslag zouden kunnen liggen aan een aanvraag tot verkrijgen van een bouwvergunning, en op welke termijn er wel dergelijke concrete bouwtekeningen zouden kunnen zijn. Dit betekent, dat Patrimonium niet aannemelijk heeft kunnen maken, dat zonder ontruiming binnen afzienbare tijd enige activiteit van haar met betrekking tot het pand wordt belemmerd. Het hof acht met de voorzieningenrechter van de rechtbank een spoedeisend belang van Patrimonium bij ontruiming niet aannemelijk geworden.
7. Ten aanzien van hetgeen Patrimonium verder heeft aangevoerd, overweegt het hof het volgende. Het hof deelt niet de opvatting van Patrimonium, dat de enkele omstandigheid dat derden onrechtmatig een goed dat een ander exclusief toebehoort, in gebruik hebben genomen, per definitie een spoedeisende omstandigheid oplevert om een voorlopige voorziening te treffen. De niet nader geconcretiseerde stelling dat Patrimonium in haar mogelijkheden tot herontwikkeling zou worden beperkt omdat derden de aanwezigheid van 35 krakers als een belemmerende factor zouden zien om te participeren en daarmee een gedeelte van de financiering over te nemen, is niet aannemelijk geworden.
8. Niet is aannemelijk geworden dat vanuit het gekraakt pand meer dan één maal naar het buitenland is gebeld. Niet is aannemelijk geworden dat het probleem dat de krakers zonder betaling van energie en telefoon gebruik maken, niet zonder ontruiming kan worden opgelost. Dat het brandgevaar groter is wanneer zich krakers in het pand bevinden dan wanneer het pand leeg staat, is niet aannemelijk geworden. Dat de krakers open vuur zouden hebben gemaakt, is niet aannemelijk geworden. Het door Patrimonium gestelde gevaar voor schade, is door haar onvoldoende geconcretiseerd, terwijl niet is gebleken dat er reeds schade geleden zou zijn. Niet is aannemelijk geworden dat andere huurders van Patrimonium door de krakers concreet in hun huurgenot zijn benadeeld. In hoger beroep is gebleken, dat er geen problemen meer zijn met betrekking tot het in stand houden van de opstalverzekering.
9. Met de voorzieningenrechter ziet het hof niet in waarom afwijzing van de vordering een precedent zou scheppen. Het feit dat een vonnis in een bodemprocedure lang op zich kan laten wachten, leidt niet tot een ander oordeel, nu niet aannemelijk is geworden dat Patrimonium niet op korte termijn in kort geding een executoriale titel tot ontruiming zou kunnen krijgen zodra zij een spoedeisend belang bij ontruiming heeft. Ook uit de overige stellingen van Patrimonium volgt niet, dat zij een spoedeisend belang heeft bij ontruiming.
10. Nu Patrimonium geen spoedeisend belang bij ontruiming heeft, faalt de grief. Het hof zal het bestreden vonnis bekrachtigen. Het hof zal Patrimonium als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten in hoger beroep veroordelen.
bekrachtigt het vonnis in kort geding van de voorzieningenrechter van de rechtbank te Rotterdam van 5 juni 2003;
veroordeelt Patrimonium in de proceskosten in hoger beroep, aan de zijde van X tot op heden begroot op € 2.558,-, waarvan € 245,- aan verschotten en € 2.313,- aan salaris van de procureur, te voldoen aan de griffier van het hof, die daarmee zal handelen op de voet van art. 243 Rv.
Dit arrest is gewezen door mrs. Schuering, Beyer-Lazonder en Husson en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van 19 september 2003 in aanwezigheid van de griffier.