ECLI:NL:GHSGR:2003:AO1236
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- M. In 't Velt-Meijer
- A. de Wild
- B. Beyer-Lazonder
- Rechtspraak.nl
Uitleg voorkeursrecht in huurgeschil tussen M.B.P. Beheer B.V. en KPN Telecom B.V.
In deze zaak heeft M.B.P. Beheer B.V. (hierna: M.B.P.) hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van de rechtbank te 's-Gravenhage, waarin het verzoek van M.B.P. om KPN Telecom B.V. (hierna: KPN) te verplichten tot onderhandelingen over de verkoop van gehuurde bedrijfsruimte werd afgewezen. M.B.P. had van KPN een voorkeursrecht van koop verkregen voor het gehuurde, maar KPN had dit recht niet nageleefd, volgens M.B.P. Het hof heeft de feiten vastgesteld zoals deze door de rechtbank zijn aangenomen, en heeft de rechtsvraag behandeld of het voorkeursrecht in werking is getreden. M.B.P. stelde dat KPN's mededeling van haar voornemen om het complex aan de Koninklijke Marine te verkopen, het voorkeursrecht in werking had moeten doen treden. KPN betwistte dit en stelde dat er eerst overeenstemming met een derde moest zijn bereikt voordat het voorkeursrecht in werking trad.
Het hof oordeelde dat het kenbaar maken van KPN's voornemen om te verkopen niet voldoende was om het voorkeursrecht in werking te laten treden. De onderhandelingen met de Koninklijke Marine hadden niet geleid tot overeenstemming, en er was geen bewijs dat KPN met een andere partij overeenstemming had bereikt. Het hof concludeerde dat het voorkeursrecht niet in werking was getreden en dat de grieven van M.B.P. faalden. Het hof bekrachtigde het vonnis van de rechtbank en veroordeelde M.B.P. in de kosten van het hoger beroep.
De uitspraak benadrukt de voorwaarden waaronder een voorkeursrecht in werking treedt en de verplichtingen van partijen in het kader van dergelijke rechten. Het hof bevestigde dat de stelling van M.B.P. dat het voorkeursrecht in werking treedt bij het voornemen tot verkoop, niet opgaat, zolang er geen verplichting tot verkoop aan een derde is aangegaan.