ECLI:NL:GHSGR:2003:AO3515
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- J.M.E. In 't Velt-Meijer
- A. Schuering
- B. Beyer-Lazonder
- Rechtspraak.nl
Blootstelling aan schadelijke stoffen en de bewijslast in arbeidszaken
In deze zaak, die voor het Gerechtshof 's-Gravenhage werd behandeld, gaat het om de vordering van [X], een voormalig procesoperator bij Atofina Vlissingen B.V., die stelt dat hij door blootstelling aan organische oplosmiddelen tijdens zijn werk gezondheidsklachten heeft ontwikkeld, specifiek het Organic Solvent Syndrome (OPS). [X] was sinds 1 februari 1975 in dienst bij Atofina en heeft tot 27 april 1999 als procesoperator gewerkt. Hij vordert schadevergoeding van Atofina, die hij aansprakelijk stelt voor zijn gezondheidsklachten, omdat het bedrijf onvoldoende maatregelen zou hebben genomen om hem te beschermen tegen schadelijke stoffen. De rechtbank had in een eerder vonnis enkele vorderingen van [X] toegewezen, maar Atofina ging in hoger beroep tegen deze beslissing.
Het hof overweegt dat [X] moet bewijzen dat hij in relevante mate aan schadelijke stoffen is blootgesteld en dat deze blootstelling de oorzaak is van zijn klachten. Atofina betwist dat [X] in de jaren na 1980 nog in relevante mate is blootgesteld aan organische oplosmiddelen en stelt dat zij haar zorgplicht heeft nageleefd. Het hof laat [X] toe om bewijs te leveren van zijn blootstelling aan organische oplosmiddelen en Atofina om bewijs te leveren van haar zorgplicht. De zaak is complex en vereist getuigenverhoren om de feiten vast te stellen. Het hof heeft de comparitie van partijen gelast om te overleggen over de benoeming van deskundigen en de vragen die aan hen gesteld moeten worden. De beslissing van het hof is een belangrijke stap in de beoordeling van de aansprakelijkheid van Atofina en de vraag of de gezondheidsklachten van [X] daadwerkelijk het gevolg zijn van zijn werk.
De uitspraak van het hof benadrukt de noodzaak van bewijsvoering in arbeidszaken waar gezondheidsklachten worden toegeschreven aan blootstelling aan schadelijke stoffen. Het hof heeft de grieven van Atofina deels gegrond verklaard, maar laat de mogelijkheid open voor [X] om zijn claims verder te onderbouwen. De zaak illustreert de uitdagingen die werknemers kunnen tegenkomen bij het bewijzen van causaal verband tussen werkgerelateerde blootstelling en gezondheidsklachten.