ECLI:NL:GHSGR:2004:AP1042

Gerechtshof 's-Gravenhage

Datum uitspraak
4 mei 2004
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
2200301603
Instantie
Gerechtshof 's-Gravenhage
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
  • M. Borgesius
  • A. van den Berg
  • J. Schaar
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Medeplegen van opzettelijk en wederrechtelijk beschadigen van een goed door een rechtspersoon met levensgevaar voor anderen

In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Gravenhage op 4 mei 2004 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen Stichting Greenpeace Nederland, die eerder door de politierechter in de rechtbank te Middelburg was veroordeeld tot een geldboete van € 5.000,-. Het hof heeft de zaak behandeld naar aanleiding van het hoger beroep dat door de verdachte was ingesteld tegen het vonnis van 14 april 2003. De verdachte werd beschuldigd van het medeplegen van opzettelijk en wederrechtelijk beschadigen van een goed dat aan een ander toebehoort, met levensgevaar voor anderen als gevolg.

Het hof oordeelde dat de verdachte, samen met anderen, door het beschadigen van een sleeptros een gevaarlijke situatie had gecreëerd. De sleeptros, die op dat moment in gebruik was, kan bij beschadiging knappen en ernstige gevolgen hebben voor omstanders. De verdachte, die ervaring had met protestacties, had onvoldoende maatregelen genomen om te voorkomen dat de actie binnen de wettelijke grenzen bleef. Hierdoor werd de verdachte medeverantwoordelijk gehouden voor de schade aan de sleeptros.

Het hof hield rekening met het feit dat de verdachte niet eerder was veroordeeld en bepaalde, met het oog op generale en speciale preventie, dat een geldboete van € 2.000,- passend was. Het hof vernietigde het eerdere vonnis en sprak de verdachte vrij van het eerste tenlastegelegde feit, maar verklaarde het tweede feit bewezen. De uitspraak werd gedaan in aanwezigheid van de griffier, en het arrest is gepubliceerd op de openbare terechtzitting.

Uitspraak

parketnummer 1200530303
datum uitspraak 4 mei 2004
verstek
GERECHTSHOF TE 'S-GRAVENHAGE meervoudige kamer voor strafzaken
ARREST
gewezen op het hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank te Middelburg van
14 april 2003 in de strafzaak tegen de verdachte:
Stichting GREENPEACE NEDERLAND,
gevestigd te Amsterdam, Veemkade 18-20,
1. Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg en het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep van dit hof van 21 april 2004.
2. Tenlastelegging
Aan de verdachte is tenlastegelegd hetgeen vermeld staat in de inleidende dagvaarding, waarvan een kopie in dit arrest is gevoegd.
3. Procesgang
In eerste aanleg is de verdachte terzake van het onder 1 en 2 tenlastegelegde veroordeeld tot een geldboete van
€ 5.000,--.
De verdachte heeft tegen het vonnis hoger beroep ingesteld.
4. Beoordeling van het vonnis
Het vonnis waarvan beroep kan niet in stand blijven omdat het hof zich daarmee niet verenigt.
5. Vrijspraak
Naar het oordeel van het hof is niet wettig en overtuigend bewezen hetgeen aan de verdachte onder 1 is tenlastegelegd. In het bijzonder acht het hof - gelet op de omstandigheden van het geval - niet wettig en overtuigend bewezen dat bij verdachte het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening bestond.
De verdachte moet derhalve hiervan worden vrijgesproken.
6. Bewezenverklaring
Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 2 primair tenlastegelegde heeft begaan op de wijze als is vermeld in de hierna ingevoegde bijlage die van dit arrest deel uitmaakt.
Hetgeen terzake meer of anders is tenlastegelegd, is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.
Voorzover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Blijkens het verhandelde ter terechtzitting is de verdachte daardoor niet geschaad in de verdediging.
7. Bewijsvoering
Het hof grondt zijn overtuiging dat de verdachte het bewezenverklaarde heeft begaan op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat en die reden geven tot de bewezenverklaring.
De bewijsmiddelen zullen in die gevallen waarin de wet aanvulling van het arrest met de bewijsmiddelen vereist in een aan dit arrest gehechte bijlage worden opgenomen.
8. Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Het bewezenverklaarde levert op:
Medeplegen van opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, beschadigen, terwijl er levensgevaar voor een ander te duchten is, terwijl het feit is begaan door een rechtspersoon.
9. Strafbaarheid van de verdachte
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit. De verdachte is dus strafbaar.
10. Strafmotivering
De advocaat-generaal mr. Ter Hart heeft gevorderd dat het vonnis waarvan beroep zal worden vernietigd en dat de verdachte terzake van het onder 1 en 2 primair tenlastegelegde zal worden veroordeeld tot een geldboete van € 5.000,--.
Het hof heeft de op te leggen straf bepaald op grond van de ernst van het feit en de omstandigheden waaronder dit is begaan en op grond van de omstandigheden van de verdachte, zoals daarvan is gebleken uit het onderzoek ter terechtzitting.
Daarbij is in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
De verdachte heeft tezamen met anderen door het beschadigen van een op dat moment in gebruik zijnde sleeptros een zeer gevaarlijke situatie voor andere personen geschapen. Door de enorme krachten die staan op zo'n sleeptros kan bij het beschadigen daarvan die tros gemakkelijk knappen en vervolgens alle kanten op slaan met alle mogelijke ernstige gevolgen van dien.
Verdachte, die ervaring heeft met protestacties met schepen en de emoties die daarbij kunnen loskomen, heeft onvoldoende maatregelen getroffen om te voorkomen dat deelnemers aan de onderhavige actie binnen de perken van de wet bleven. Het hof houdt verdachte daarom medeverantwoordelijk voor het beschadigen van de sleeptros.
Het hof houdt rekening met de omstandigheid dat verdachte niet eerder is veroordeeld. Mede gelet op de generale en speciale preventie acht het hof na te melden geldboete passend en geboden.
Bij de vaststelling van de geldboete is gelet op de financiële positie van de verdachte.
11. Toepasselijke wettelijke voorschriften
Het hof heeft gelet op de artikelen 23, 24, 47, 51, 350 en 354 van het Wetboek van Strafrecht.
12. Beslissing (bij verstek)
Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht.
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het onder 1 tenlastegelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart bewezen dat de verdachte het onder 2 primair tenlastegelegde, zoals hierboven omschreven, heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen terzake meer of anders is tenlastegelegd en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Bepaalt dat het bewezenverklaarde het hierboven vermelde strafbare feit oplevert.
Verklaart de verdachte strafbaar terzake van het bewezenverklaarde.
Veroordeelt de verdachte tot het betalen van een geldboete van TWEEDUIZENDVIJFHONDERD EURO.
Dit arrest is gewezen door mrs. Borgesius, Van den Berg en Schaar, in bijzijn van de griffier Van der Mark.
Het is uitgesproken op de openbare terechtzitting van het hof van 4 mei 2004.